Uitspraak
1.Het verdere verloop van de procedure
annual percentage rate of charge(hierna: APR) wordt berekend en opmerkingen gemaakt die dienstig kunnen zijn voor de beslissing van het geschil.
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak, die voor het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba werd behandeld, gaat het om een hoger beroep van RHM Management and Investment N.V. tegen een eerdere uitspraak met betrekking tot een leningsovereenkomst. De zaak betreft de vraag of de overeengekomen rente van 1,5% per maand, wat neerkomt op een jaarlijkse rente van 18%, in strijd is met de goede zeden, gezien de hoge jaarlijkse percentage rate (APR) van 332,40% die door de Centrale Bank is vastgesteld. De Centrale Bank had eerder verslag gedaan over de berekening van de APR en de betrokken partijen hebben hun standpunten hierover toegelicht tijdens een comparitie. Het Hof heeft vastgesteld dat de hoogte van de rente niet in strijd is met de goede zeden, mede omdat RHM een ontheffing heeft van de Centrale Bank voor kredietverleningsactiviteiten en de overeenkomst niet afwijkt van de gangbare praktijken. Het Hof heeft ook rekening gehouden met de omstandigheden van de geïntimeerde, maar oordeelt dat deze niet voldoende zijn om de overeenkomst ongeldig te verklaren. Uiteindelijk heeft het Hof het bestreden vonnis vernietigd en de geïntimeerde veroordeeld tot betaling aan RHM van een bedrag van NAf 975,85, vermeerderd met rente, en de proceskosten gecompenseerd.