Uitspraak
1.Procesverloop
2.Uitgangspunten en feiten
3.Beoordeling van het middel
4.Beslissing
15 september 2023.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 15 september 2023 uitspraak gedaan over een zorgmachtiging die door de rechtbank Amsterdam was verleend. Betrokkene, die niet ter zitting was verschenen, had beroep in cassatie ingesteld tegen deze beschikking. De rechtbank had vastgesteld dat betrokkene niet bereid was om gehoord te worden, gebaseerd op het feit dat hij de deur niet opendeed voor familie, hulpverleners en een onafhankelijke psychiater. De advocaat van betrokkene had verzocht om aanhouding van de zaak, omdat hij betrokkene niet had kunnen spreken en het belangrijk vond dat hij werd gehoord. De Hoge Raad oordeelde dat de rechtbank niet voldoende had onderzocht of betrokkene daadwerkelijk niet bereid was om te worden gehoord, aangezien niet was vastgesteld dat hij op de relevante momenten thuis was. De Hoge Raad vernietigde de beschikking van de rechtbank en wees de zaak terug voor verdere behandeling. Deze uitspraak benadrukt het belang van het waarborgen van de rechten van de betrokkene in procedures rondom zorgmachtigingen.