In deze zaak heeft de Hoge Raad op 1 november 2013 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure over de aansprakelijkheid van een bestuurder in het kader van faillissementen. De curator van de failliete vennootschappen Verify International Holding B.V., Verify Nederland B.V. en Verify Europe B.V. had de bestuurder, [verweerder], aangesproken op basis van kennelijk onbehoorlijk bestuur volgens artikel 2:248 van het Burgerlijk Wetboek. De curator stelde dat de jaarstukken van de vennootschappen niet tijdig waren gepubliceerd, wat zou wijzen op onbehoorlijk bestuur. De rechtbank had de vordering van de curator afgewezen, en het gerechtshof te Amsterdam had dit vonnis bekrachtigd. De Hoge Raad oordeelde dat het hof ten onrechte had geoordeeld dat de overschrijding van de publicatietermijn een onbelangrijk verzuim was. De Hoge Raad benadrukte dat bij de beoordeling van onbehoorlijk bestuur niet alleen de periode van de overschrijding, maar ook de gehele context van de taakvervulling door het bestuur in aanmerking moet worden genomen. De Hoge Raad vernietigde het arrest van het hof en verwees de zaak naar het gerechtshof Den Haag voor verdere behandeling. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van bestuurders en de noodzaak om zorgvuldig om te gaan met publicatieverplichtingen, vooral in faillissementssituaties.