Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
[minderjarige](hierna: [minderjarige] ), geboren op [geboortedatum] 2013 te [geboorteplaats] .
- [de vader] (hierna te noemen: de vader);
- de gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering, de voogd van [minderjarige] (hierna te noemen: de GI).
- de heer en mevrouw [de gezinshuisouders] , gezinshuisouders van gezinshuis [gezinshuis] (hierna te noemen: de gezinshuisouders).
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- de moeder, bijgestaan door mr. Van Ek;
- de raad, vertegenwoordigd door [vertegenwoordiger van de raad] ;
- de GI, vertegenwoordigd door [vertegenwoordiger van de GI 1] en [vertegenwoordiger van de GI 2] ;
3.De beoordeling
geblekenis dat voortzetting van de familieband schadelijk is voor het kind. In de rechtspraak van het EHRM (EHRM 6 oktober 2015 N.P./Moldavië, 58455/13, rechtsoverweging 65 en 66) wordt ten aanzien van een gezagsbeëindiging het volgende overwogen.