Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep
- de memorie van grieven
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 4 maart 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep over een effectenleaseovereenkomst tussen Dexia Nederland B.V. en een afnemer, die via de tussenpersoon Spaar Select tot stand is gekomen. De afnemer had eerder bij de kantonrechter gevorderd dat Dexia onrechtmatig had gehandeld en dat zij schadevergoeding diende te betalen. De kantonrechter oordeelde dat Dexia onrechtmatig had gehandeld en veroordeelde haar tot betaling van € 12.401,84, vermeerderd met wettelijke rente. Dexia ging in hoger beroep tegen dit vonnis.
Het hof heeft de vorderingen van de afnemer en Dexia opnieuw beoordeeld. Centraal in de zaak staat de vraag of de afnemer door Spaar Select is geadviseerd zonder dat deze over de vereiste vergunning beschikte, en of Dexia hiervan op de hoogte was of had moeten zijn. Het hof concludeert dat Dexia in strijd heeft gehandeld met de regelgeving omtrent effectenbemiddeling, omdat zij de effectenleaseovereenkomst met de afnemer heeft gesloten terwijl zij wist of behoorde te weten dat Spaar Select als niet-gecertificeerde adviseur optrad. Het hof bevestigt dat de vergoedingsplicht van Dexia volledig in stand blijft, en wijst het hoger beroep van Dexia af. Dexia wordt veroordeeld tot betaling van de proceskosten van de afnemer.