ECLI:NL:GHARL:2020:7033
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep kort geding
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de geldigheid en onbillijkheid van een non-concurrentiebeding in kort geding
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden werd behandeld, ging het om een geschil over de geldigheid van een non-concurrentiebeding dat was opgenomen in de arbeidsovereenkomst van de appellant, die als internationaal chauffeur werkzaam was bij Meijndert Trucking B.V. Appellant had zijn dienstverband beëindigd en was in dienst getreden bij een concurrerende onderneming, Anne Transport. Meijndert Trucking vorderde in kort geding dat appellant zou worden veroordeeld tot nakoming van het non-concurrentiebeding, dat hem verbood om bij een concurrerende onderneming te werken. Het hof oordeelde dat het non-concurrentiebeding niet aanmerkelijk zwaarder was gaan drukken, maar dat appellant onbillijk werd benadeeld in verhouding tot het te beschermen belang van Meijndert Trucking. Het hof stelde vast dat de belangen van appellant om vrij te zijn in de keuze van een opvolgend dienstverband zwaarder wogen dan de belangen van Meijndert Trucking bij handhaving van het concurrentiebeding. Het hof vernietigde het vonnis van de kantonrechter en schorste het non-concurrentiebeding met terugwerkende kracht tot 1 maart 2020, waardoor appellant in staat werd gesteld om zijn werkzaamheden bij Anne Transport voort te zetten. Tevens werd Meijndert Trucking veroordeeld tot terugbetaling van de door appellant betaalde bedragen en in de proceskosten.