Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
en] is door eiseres het nultarief toegepast wegens intracommunautaire leveringen. Het transport van de goederen van Nederland naar Hongarije vond in de meeste gevallen plaats via het Hongaarse bedrijf [kft 6] Kft. (eventueel via tussenschakel C.V. [CV] ). De heer [aandeelhouder 1] is de statutaire vertegenwoordiger dan wel aandeelhouder/bestuurder van [kft 6] Kft. Eigenaresse is mevrouw [eigenaresse] .
Hof: zie toelichting 2.2 hieronder]
en zeker geen bloemen te hebben ingekocht voor [belanghebbende] .
4.Omzetbelasting
5.Informatie uit openbare bronnen en informatie van de Hongaarse belastingdienst
- Veel bekenden van hem handelden in bloemen. Hij heeft de onderneming opgezet met hulp van vrienden welke ook allemaal werkzaam waren in de bloemen.
- Een vriend van hem was makelaar/agent in bloemen met het bedrijf [kft 11] Kft. Dit bedrijf verkocht bloemen voor [kft 1] Kft. De heer [naam 1] wil de naam van de agent van [kft 11] niet noemen.
- De heer [naam 1] heeft twee stempels van [kft 2] Kft. Hij had zelf een stempel en de andere stempel was bij de agent/makelaar. Deze was gemachtigd om de stempel te gebruiken als dit bedrijf de goederen ontving en kon zo doen alsof dit namens [kft 2] Kft. gebeurde.
- De heer [naam 1] heeft de beschikkingsmacht over de bankrekening van [kft 2] Kft. ter beschikking gesteld aan derden.
- De heer [naam 1] kon niets vertellen over de activiteiten, data, personeel , partners etc. van [kft 2] Kf.
- Leveren aangiften omzetbelasting in;
- Geven minimale bedragen aan omzetbelasting aan;
- Hebben niet het personeel, bedrijfsmiddelen etc. om daadwerkelijk economische activiteiten te verrichten (soms alleen een kantoor);
- Statutaire vertegenwoordigers zijn stromannen;
- De statutaire vertegenwoordigers wilden/konden veelal alleen maar schriftelijk verklaringen afleggen (alleen op hoofdlijnen);
- Boekhouding deels maar meestal in het geheel niet aanwezig;
- De voormalige werknemer van [kft 8] Kft., [aandeelhouder 3] , bestelde de bloemen rechtstreeks bij de Nederlandse Bloemenveiling.
6.Fraude met omzetbelasting
7.Samenvatting bevindingen
3.Geschil in hoger beroep
4.Het oordeel van de rechtbank
- de leverancier is een btw-ondernemer;
- de afnemer is een btw-ondernemer of een persoon die verplicht is intracommunautaire verwervingen aan te geven in het land van aankomst van de goederen;
- de macht om als eigenaar te beschikken over het goed moet op de afnemer zijn overgegaan, en
- de leverancier heeft aangetoond dat het goed naar een andere lidstaat is verzonden of vervoerd en het grondgebied van de lidstaat van levering ingevolge deze verzending of dit vervoer fysiek heeft verlaten.
5.Beoordeling van het geschil
volledigedossier, oordeelt het Hof, onder verwijzing naar het arrest ‘ Ispas ’ van het HvJ (HvJ 9 november 2017, C-298/16, ECLI:EU:C:2017:843, punt 32 en 33) als volgt. In dit arrest is onder meer overwogen:
missing traders, dus geen ondernemers in de zin van de Wet OB zoals is aangenomen door de rechtbank. Subsidiair heeft hij de correcties gebaseerd op het arrest van het HvJ 6 juli 2006, C-439/04 en C-440/04, Axel Kittel en Recolta Recycling BVBA , ECLI:EU:C:2006:446. Hij heeft gesteld dat belanghebbende had moeten weten dat de handelingen waaraan zij deelnam onderdeel waren van fraude in de keten van leveringen waar de correcties betrekking op hebben.
missing tradersen dat de werkelijke afnemers andere (Hongaarse) ondernemers zijn, te weten [kft 8] Kft en [kft 7] Kft.
missing tradersworden beschouwd maar als ondernemers in de zin van de Wet OB. Belanghebbende is in zoverre geslaagd in de op haar rustende stelplicht en bewijslast. Het Hof onderschrijft in zoverre hetgeen door de rechtbank is overwogen in r.o. 20 tot en met 26.
missing traderszijn die niet hebben voldaan aan de op hen rustende verplichtingen in het kader van de btw. Hij verwijst daarvoor primair naar de bevindingen van de Hongaarse belastingdienst. In zijn verweerschrift in beroep (6.2.1) voert hij daartoe het volgende aan, onder verwijzing naar onderdeel 6 van het controlerapport waarin de fraude is beschreven:
missing traders, dat in deze ondernemingen geen daadwerkelijke activiteiten plaatsvinden en waarvan de statutaire vertegenwoordigers stromannen zijn.
missing tradersvoor een deel in het geheel geen verwervingen hebben aangeven en voor een deel (deels) wel.
cross-invoicing’). De belasting op deze facturen zorgde er voor dat er per saldo niet of nauwelijks (25% tot 27%) Hongaarse btw voldaan hoefde te worden voldaan over de met de met de verkoop van bloemen behaalde omzet. Hiermee werd geprobeerd "onder de radar" (van de Hongaarse fiscus) te blijven.
missing trader. De inspecteur wijst er op dat in de periode eerste kwartaal 2010 tot medio vierde kwartaal 2011 leveringen door belanghebbende hebben plaatsgevonden aan [kft 1] Kft en dat deze periode overeenkomt met de periode waarin [aandeelhouder 2] en [naam 2] bedrijfsleider/directeur van de vennootschap waren. In dezelfde periode is [aandeelhouder 2] ook aandeelhouder van belanghebbende.
cross invoicing’ door haar afnemer(s) tot gevolg heeft dat in ‘haar’ keten van (bloemen) leveringen fraude heeft plaatsgevonden. Indien deze fraude aannemelijk wordt geacht, heeft deze plaatsgevonden in een andere keten, waarvan belanghebbende geen deel uitmaakte. Zij had op die andere keten geen zicht of invloed zodat, wat daar verder ook is gebeurd, dit belanghebbende niet kan worden aangerekend.
cross-invoicing. Zij hebben inkoopfacturen opgemaakt voor gefingeerde inkopen om de daarmee de omzetbelasting die was vermeld op de facturen aan [kft 8] Kft, de afnemer waar de bloemen en planten in werkelijkheid voor waren bestemd, te ‘salderen’;
werkelijkeafnemers van de door belanghebbende thans in geding zijnde bloemenleveringen. De Hongaarse belastingdienst heeft de fraude keten in een schema gevat dat is opgenomen in het controlerapport van de inspecteur onder 5.2 (zie onderdeel 2 van deze uitspraak).
alleafnemers van belanghebbende waarvoor is gecorrigeerd weergegeven. Zo ontbreekt in dat schema de afnemer [kft 2] Kft. Ten aanzien van deze afnemer heeft de Hongaarse belastingdienst echter op 8 april 2014 nadere informatie verstrekt (zie bijlage 19 bij het nader stuk van belanghebbende van 10 april 2018), waarvan een deel is weergegeven onder 5.2 van het rapport van 10 maart 2016 (zie 2.3). Op basis van hetgeen door haar statutair vertegenwoordiger, [naam 1] , is verklaard acht het Hof aannemelijk dat ook deze vennootschap kan worden aangemerkt als een
missing traderen dat [naam 1] heeft gefungeerd als stroman.
The good was transported directly to the customers of the [BV 1] d.o.o Hungarian Branch ( [kft 8] Kft, [kft 7] Kft.) to the address (…) The [BV 1] d.o.o Hungarian Branch indicated the acquisitions from the Dutch company, but they reduced the payable tax with fictious invoices.”
missing traderin de keten heeft ingenomen onder gebruik making van de hiervoor beschreven
cross-invoicingmethodiek.
De verwervingen door mijn belastingplichtige komen niet overeen met de VIES informatie. Gelieve mij het bedrag mee te delen van de intracommunautaire leveringen aan mijn belastingplichtige door uw belastingplichtige’. Dit duidt op een mismatch. Op het schutblad is onder O6 bovendien vermeld dat aanleiding voor het verzoek was ‘
vermoeden van fraude’. Dat het verzoek niet op het onderhavige tijdvak ziet (2010) brengt niet zonder meer mee dat deze informatie niet zou kunnen dienen als bewijs voor de door de inspecteur gestelde fraude in de keten in daarop volgende jaren (2011 e.v.). Hetgeen aan feiten en omstandigheden is gesteld en bewezen ten aanzien van de werkwijze in 2010, rechtvaardigt naar ’s Hofs oordeel het vermoeden dat die werkwijze ook in en na 2011 is gevolgd. Hetgeen door belanghebbende, in reactie op dit aan haar voorgehouden bewijsvermoeden is aangevoerd ter zitting bij het Hof, heeft dit vermoeden niet ontzenuwd.
- [bestuurder] heeft verklaard twee laptops in gebruik te hebben gegeven aan personen in Hongarije; ‘De personen die daar gebruik van maken ken ik niet persoonlijk’, aldus [bestuurder] (hogerberoepschrift, bijlage 25). Op deze laptops had [bestuurder] software laten installeren waarmee bestellingen op naam van belanghebbende konden worden gedaan. Deze bestellingen en betalingen gingen volledig buiten [bestuurder] om, zo heeft hij verklaard. (zie 3.4.2. van het controlerapport).
- Volgens [bestuurder] heeft hij de inlogcodes van de Hongaarse bankrekeningen van belanghebbende aan de [naam 2] gegeven. Wat [naam 2] met die codes heeft gedaan is hem niet bekend. [bestuurder] heeft verklaard zelf nooit geld te hebben overgemaakt van deze Hongaarse bankrekening (zie 3.4.6. van het controlerapport).
- Betalingen voor bestellingen die werden geplaatst via de voormelde ‘Hongaarse laptops’ werden door een tussenpersoon van een Hongaars bedrijf contant gestort op de Hongaarse bankrekening van belanghebbende en vervolgens doorgestort op de depotrekening van de bloemenveiling (zie 3.4.6. van het controlerapport).
- [bestuurder] heeft verklaard dat als een afnemer ‘stopte’, deze zelf met een nieuwe afnemer kwam die alle verplichten van de oude afnemer overnam. [bestuurder] vond dit, zo heeft hij verklaard, ‘merkwaardig’ maar heeft daarin geen aanleiding gezien om zijn toezicht op de (betrouwbaarheid van de) afnemers te intensiveren (zie 3.3.4. en 4.2.2. van het controlerapport).
- Het vervoer van de bloemen werd, zo is door [bestuurder] verklaard, volledig geregeld en betaald vanuit Hongarije. Belanghebbende hield hierop geen toezicht (zie 4.2.2. van het controlerapport);
- Van nagenoeg alle Hongaarse bedrijven waaraan belanghebbende heeft geleverd, is het VAT-nummer ingetrokken wegens (vermoeden van) betrokkenheid bij btw-fraude (zie 3.2. van het controlerapport).
- De afnemers van belanghebbende volgden als gevolg van die intrekkingen elkaar snel op (zie de zogenoemde trapstructuur zoals weergegeven in 3.2. van het controlerapport). Dit is een aanwijzing voor fraude in de keten.
- [bestuurder] kreeg ‘vanuit Hongarije’ per e-mail door voor wie hij de factuur moest opmaken (zie 3.3.4. van het controlerapport). Dit wijkt af van een gebruikelijke handelswijze.
- De bloemen die belanghebbende inkocht werden doorgaans verkocht voor een zelfde bedrag (er was dus geen winstopslag); de winst van belanghebbende bestond uit een commissie van 8% (zie 3.4.1. van het controlerapport). Dit terwijl de positie van belanghebbende niet vergelijkbaar is met die van een commissionair. Gesteld noch gebleken is dat belanghebbende ‘in opdracht handelde’; personen die [bestuurder] ‘niet persoonlijk’ kende verrichtten aankopen van bloemen op de veiling van Aalsmeer op naam en voor rekening van belanghebbende.
- Tot medio 2013 zijn er in de administratie van belanghebbende geen afgetekende/afgestempelde cmr’s aangetroffen. Vanaf medio 2013 zijn wel afgetekende cmr’s aangetroffen maar in die gevallen kwamen het afleveradres en de vestigingsplaats van de afnemer niet overeen (zie 3.4.5. van het controlerapport).
- [bestuurder] heeft verklaard dat met elke Hongaarse afnemer een contract is opgemaakt. Hij heeft aan de controleambtenaren echter maar twee contracten ter beschikking kunnen stellen. In deze contracten worden geen namen van personen genoemd (alleen de desbetreffende bedrijven). Meer contracten konden niet ter beschikking worden gesteld daar deze steeds na verloop van tijd werden verwijderd (zie 3.4.3. van het controlerapport). Belanghebbende heeft daarvoor geen verklaring gegeven.
- Bij een aantal facturen waarop bij ‘debtor’ de toevoeging [kft 7] staat, zijn de daarbij behorende vervoersbescheiden aangetroffen. Hierop staat een stempel voor ontvangst van de goederen van het bedrijf [kft 7] Kft. Dit was geen afnemer van belanghebbende (zie 3.4.3. van het controlerapport).
- [aandeelhouder 3] (aandeelhouder/bestuurder van belanghebbende in de periode 13 januari 2010 - 2 februari 2012) heeft verklaard dat zij ervan op de hoogte was dat de bestellingen bestemd waren voor het Hongaarse bedrijf [kft 8] Kft. Deze afnemer wordt door de Hongaarse belastingdienst beschouwd als een werkelijke afnemer van belanghebbende (zie 3.3.3. van het controlerapport).
- Bij een aantal afnemers/
- Statutair vertegenwoordiger van [kft 8] Kft is de heer [naam 2] . Sinds 2 februari 2012 zijn de aandelen in belanghebbende eigendom van [ltd] Ltd. ( [plaats 2] ). [naam 2] , is de Ultimate Beneficial Owner van [ltd] Ltd. (zie 2.2. van het controlerapport). [naam 2] had toegang tot de Hongaarse bankrekeningen van belanghebbende, hij beschikte over de inlogcodes via [bestuurder] (zie 5.2 van het controlerapport). [aandeelhouder 3] heeft verklaard dat zij heeft gewerkt voor het bedrijf [kft 1] Kft, van welke onderneming [naam 2] bedrijfsleider was (zie 3.3.1. van het controlerapport). [bestuurder] heeft verklaard dat [naam 2] de persoon is die bepaalt wat er gebeurt en wie de beschikking krijgt over de computers van belanghebbende in Hongarije. [naam 2] heeft volgens een verklaring van [bestuurder] bepaald dat [aandeelhouder 3] bij belanghebbende op de loonlijst werd geplaatst.
- Door de Hongaarse belastingdienst is geconstateerd dat in de periode 14 september 2009 tot 2 augustus 2010 [aandeelhouder 2] bedrijfsleider van [kft 1] Kft was. Deze informatie komt overeen met het overzicht dat de belastingdienst van [bestuurder] heeft ontvangen (zie onderdeel 3.3.4. van het controlerapport). [aandeelhouder 2] was tevens aandeelhouder van belanghebbende in de periode van 21 mei 2008 tot 2 februari 2012. Bestellingen door [kft 1] Kft werden door middel van contante stortingen, verricht door [aandeelhouder 2] op de bankrekeningen van belanghebbende, betaald. Volgens de Hongaarse autoriteiten heeft [aandeelhouder 2] de fraudeketen mede ingericht.
- [aandeelhouder 2] is getrouwd geweest met [aandeelhouder 3] die - samen met haar (ex) echtgenoot - aandeelhouder/bestuurder van belanghebbende was in de periode 13 januari 2010 tot en met 2 februari 2012.
- [aandeelhouder 3] is volgens informatie van de Hongaarse belastingdienst werkneemster geweest van i) [kft 9] Kft, ii) [kft 1] Kft. en iii) [kft 8] Kft; alle drie afnemers van belanghebbende (waarvoor is gecorrigeerd) en
missing traderonbetaald is gebleven, zodat niet kan worden uitgesloten dat de onderhavige naheffingsaanslag cumuleert en is opgelegd in strijd met het neutraliteitsbeginsel. Het Hof is van oordeel dat de rechtbank in de overwegingen 41, 42 en 43 van haar uitspraak in zoverre op goede gronden tot een juist oordeel is gekomen. Het Hof neemt dit oordeel alsmede deze gronden over en maakt deze tot de zijne. In aanvulling daarop verwijst het Hof naar r.o. 28 van het arrest Bonik Eood [4] , waar is overwogen:
6.Kosten
7.Beslissing
de Hoge Raad der Nederlanden via het webportaal van de Hoge Raad www.hogeraad.nl.
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag. Alle andere personen en gemachtigden die beroepsmatig rechtsbijstand verlenen, zijn in beginsel verplicht digitaal te procederen (zie www.hogeraad.nl).
Wie niet verplicht is om digitaal te procederen, kan op vrijwillige basis digitaal procederen. Hieronder leest u hoe een cassatieberoepschrift wordt ingediend.
Een professionele gemachtigde moet altijd digitaal procederen, ongeacht voor wie de gemachtigde optreedt. Degene die op papier mag procederen en dat ook wil, kan het beroepschrift in cassatie sturen aan
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag.