ECLI:NL:CRVB:2017:3952
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Intrekking en terugvordering IOAW-uitkering met boete wegens niet melden van inkomsten uit website en schoonheidsbehandelingen
In deze zaak gaat het om de intrekking en terugvordering van een IOAW-uitkering van appellante, die sinds 17 mei 2011 een uitkering ontving. De Centrale Raad van Beroep behandelt het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland, die eerder het beroep van appellante tegen de intrekking van haar uitkering ongegrond verklaarde. De aanleiding voor de intrekking was een onderzoek door de Sociale Dienst Veluwerand, waaruit bleek dat appellante een website had waarop zij sieraden te koop aanbood en dat zij schoonheidsbehandelingen verrichtte. Het dagelijks bestuur van de Intergemeentelijke Sociale Dienst Veluwerand heeft de uitkering met terugwerkende kracht ingetrokken en een boete opgelegd wegens het niet voldoen aan de inlichtingenverplichting. Appellante heeft in hoger beroep aangevoerd dat zij de inlichtingenverplichting niet heeft geschonden en dat de boete te hoog is, gezien haar financiële situatie. De Raad oordeelt dat appellante haar verplichtingen niet is nagekomen en bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank, waarbij de boete van € 1.110,- is gehandhaafd. De Raad stelt vast dat appellante niet aannemelijk heeft gemaakt dat de activiteiten op de website en de schoonheidsbehandelingen geen invloed hadden op haar uitkering. De Raad concludeert dat de boete terecht is opgelegd en dat de hoogte van de boete in overeenstemming is met de geldende regelgeving.