ECLI:NL:CRVB:2016:3259
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake bewijslast functiebeoordeling en termijnoverschrijding in ambtenarenrecht
In deze zaak gaat het om hoger beroep tegen uitspraken van de rechtbank Overijssel met betrekking tot de functiebeoordeling van appellant, die werkzaam was bij de politie. Appellant had verzocht om bevordering op basis van het loopbaanbeleid, maar zijn beoordeling werd vastgesteld op 'voldoende', wat niet voldeed aan de vereisten voor bevordering naar een hogere functie. De korpschef had het verzoek om bevordering afgewezen, omdat appellant niet voldeed aan de criteria van een beoordeling boven de norm. De rechtbank verklaarde het beroep tegen de afwijzing van de korpschef ongegrond, en het beroep tegen de tweede afwijzing niet-ontvankelijk, omdat dit buiten de termijn was ingediend. De Centrale Raad van Beroep bevestigde de overwegingen van de rechtbank en oordeelde dat de beoordeling van appellant voldoende was onderbouwd en dat er geen aanwijzingen waren voor misbruik van bevoegdheid door de korpschef. De Raad oordeelde dat appellant niet aannemelijk had gemaakt dat de beoordeling niet op voldoende gronden berustte. De Raad bevestigde de uitspraken van de rechtbank en wees de verzoeken van appellant af.