Uitspraak
mr. Jonker.
OVERWEGINGEN
1 augustus 2012 aan de minister doorgegeven. Bij besluit van 24 augustus 2012 is met ingang van 1 augustus 2012 studiefinanciering toegekend die is berekend naar de norm die geldt voor een uitwonende studerende. Deze toekenning is bij besluit van 20 oktober 2012 voor het jaar 2013 voortgezet.
1 augustus 2012 een opleiding heeft gevolgd in Groningen. Hij diende hiervoor – naar niet is weersproken – frequent in Groningen aanwezig te zijn. Omdat de broer van betrokkene reeds een kamer had in Groningen is betrokkene bij zijn broer gaan wonen. De broer van betrokkene betaalde tot dat moment de huur van de kamer zelf. De ouders van betrokkene hebben – om te bewerkstelligen dat beide broers gelijke rechten op het gebruik van de kamer hebben en de broer van betrokkene enigszins tegemoet te komen omdat hij niet langer de kamer voor zichzelf had – vanaf het moment dat betrokkene bij zijn broer introk de huur van de kamer betaald. Dat zulks is gebeurd heeft betrokkene aan de hand van bankafschriften aangetoond. De ouders hebben de huurbetaling gestopt per 1 november 2013. Dit valt samen met het moment waarop betrokkene is aangevangen met het treffen van voorbereidingen voor het volgen van een opleiding in Noorwegen. Ter onderbouwing van het volgen van deze opleiding heeft betrokkene een in oktober 2013 in Groningen ondertekende onderwijsovereenkomst met een onderwijsinstelling in Noorwegen overgelegd. De opleiding gaat hij samen met zijn vriendin volgen. De voorbereidingen – waaronder de aanschaf van een auto overige benodigde materialen – hebben plaatsgevonden terwijl betrokkene verbleef in het ouderlijk huis van zijn vriendin. Dit verblijf aldaar was noodzakelijk in verband met de gezondheidstoestand van de ouders van zijn vriendin. Alle bewijsmiddelen tezamen, bezien in onderling verband, leiden de Raad tot de conclusie dat betrokkene van 1 augustus 2012 tot
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak, behoudens voor zover daarin is beslist dat een nieuwe beslissing op bezwaar moet worden genomen;
- herroept het besluit van 12 december 2013, voor zover de herziening zich uitstrekt over de periode voorafgaand aan 1 november 2013;
- bepaalt dat deze uitspraak in zoverre in de plaats treedt van het besluit van 8 april 2014.