dhr. mr. H.J. De Mooij

De Raad wijst het verzoek van appellante om 24 uur zorg op grond van de Wlz af en kent schadevergoeding toe wegens overschrijding van de redelijke termijn.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het college ten onrechte geen bezwaarkosten heeft vergoed en dat de maatwerkvoorziening voor huishoudelijke ondersteuning herzien moet worden.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de betrokkene geen recht had op zijn studentenreisproduct na beëindiging van zijn inschrijving. De ov-schuld wordt vastgesteld op € 600,-.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn in een pgb-zaak. Appellant ontvangt € 583,- van de Staat en € 417,- van het zorgkantoor.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de omzetting van een prestatiebeurs in een gift moet plaatsvinden vanaf de eerste maand van toekenning, niet vanaf de maanden van de afgeronde opleiding. De eerdere uitspraak van de rechtbank wordt vernietigd.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat betrokkene wist dat hij geen recht had op studentenreisproduct en bevestigt ov-schuld van € 225,-. Eerdere uitspraak van rechtbank wordt vernietigd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt uitspraak rechtbank en wijst verzoek om omzetting prestatiebeurs in gift toe, wegens onredelijke afwijzing door minister.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verlengt de diploma- en opnametermijn tot 31 augustus 2026, ondanks de weigering van de minister.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant geen recht heeft op studiefinanciering van januari tot juni 2020, omdat hij niet als migrerend werknemer kan worden aangemerkt.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de minister correct heeft beslist over de studiefinanciering van een migrerende EU-student en dat er geen dwangsom verschuldigd is.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat appellant recht heeft op studiefinanciering voor de periode september 2021 tot en met december 2021, maar niet voor september 2020, omdat hij toen geen migrerend werknemer was.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat betrokkene geen recht heeft op studiefinanciering over augustus tot en met december 2021, omdat zij tijdens haar stage niet als migrerend werknemer wordt beschouwd.

Hoger beroep van het college tegen de niet-ontvankelijk verklaring van het bezwaar van verzoeker tegen een besluit over een parkeervergunning. De voorzieningenrechter oordeelt dat het bezwaar te laat is ingediend en vernietigt de eerdere uitspraak.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de gemeente niet de in de Beleidsregels opgenomen tijden mag hanteren voor huishoudelijke ondersteuning en bevestigt dat de was- en strijkservice een algemene voorziening is.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat er geen procesbelang meer is voor appellant, wiens bezwaren ongegrond zijn verklaard. Hoger beroep tegen eerdere uitspraken niet-ontvankelijk verklaard.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat er geen procesbelang meer is voor appellante, nu haar bezwaar ongegrond is verklaard en geen kostenvergoeding is toegekend. De uitspraak bevestigt de eerdere beslissing van de rechtbank Overijssel.

Afwijzing van de aanvraag om uitbreiding van schoonmaakondersteuning op grond van de Wmo 2015 door het college van burgemeester en wethouders van Emmen, bevestigd door de Centrale Raad van Beroep.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat de toekenning van 30 minuten extra huishoudelijke ondersteuning aan appellante voldoende is, gezien haar beperkingen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing WLZ-aanvraag door CIZ, maar veroordeelt CIZ tot proceskostenvergoeding van € 3.500,- wegens schending hoorplicht in bezwaarprocedure.

Hoger beroep van appellant niet-ontvankelijk verklaard wegens gebrek aan procesbelang; appellant heeft GGZ-indicatie op grond van Wlz en eerdere melding is afgesloten.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het college ten onrechte een maatwerkvoorziening voor beschermd wonen heeft geweigerd en vernietigt het besluit.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatwerkvoorziening opvang; verzoekster heeft niet voldoende inspanningen geleverd voor onderdak.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatwerkvoorziening opvang en weigering noodopvang. Appellante is zelfredzaam en kan in eigen onderhoud voorzien.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt dat verzoekster een bijdrage in de kosten voor een nieuwe scootmobiel moet betalen, inclusief bijkomende kosten. Het verzoek om een voorlopige voorziening wordt afgewezen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van de aanvraag voor een maatwerkvoorziening beschermd wonen, omdat appellant niet rechtmatig in Nederland verblijft en niet tot de rechthebbenden van de Wmo 2015 behoort.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatwerkvoorziening opvang; appellante niet voldoende zelfredzaam volgens Wmo 2015.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing maatwerkvoorziening opvang voor appellant zonder verblijfsrecht op 18 oktober 2023.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de minister de hardheidsclausule had moeten toepassen bij de toekenning van studiefinanciering aan appellant, met terugwerkende kracht tot 1 september 2015.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de minister om de prestatiebeurs van appellant om te zetten in een gift, omdat appellant niet voldoende medische onderbouwing heeft geleverd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing verzoek om omzetting prestatiebeurs in gift; geen bewijs van structurele medische omstandigheden die tijdig behalen examen belemmerden.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het pgb-uurtarief voor huishoudelijke ondersteuning minimaal moet voldoen aan cao-normen. Het college moet een nieuwe beslissing nemen.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het college terecht een maatwerkvoorziening individuele begeleiding heeft verstrekt, maar dat het pgb-uurtarief niet toereikend is. Schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn wordt toegewezen.

De Centrale Raad van Beroep heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, omdat er geen spoedeisend belang is aangetoond en het hoger beroep geen schorsende werking heeft.

Het hoger beroep is niet-ontvankelijk verklaard omdat appellante niet langer bestaat.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag woningaanpassing; appellante verhuisde zonder toestemming naar ongeschikte woning en toonde geen alternatieven aan.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat er geen procesbelang is in hoger beroep over jeugdhulpvoorziening, omdat appellant inmiddels 18 jaar is en geen schade heeft geleden.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van de Wlz-aanvraag van een jonge appellante met een zeldzame genetische aandoening, omdat niet kon worden vastgesteld dat zij blijvend 24 uur per dag zorg nodig heeft.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat appellante recht heeft op loskoppeling van het inkomen van haar vader bij studiefinanciering, gezien de verstoorde relatie en bijkomende omstandigheden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt eerdere uitspraak; geen nieuwe feiten voor herziening studiefinanciering. Identiteitsfraude niet aannemelijk, minister verleende voldoende medewerking.

Hoger beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van beroep inzake studiefinanciering. De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Gelderland.

Afwijzing van de aanvraag voor Wlz-zorg op basis van medisch advies; verzoekster voldoet niet aan de voorwaarden voor zorg.

Hoger beroep over studiefinanciering voor migrerende werknemers. De Raad bevestigt eerdere uitspraken van de rechtbank en oordeelt dat de minister de toekenning mag beperken tot de duur van de arbeidsovereenkomst.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat appellante geen recht heeft op studiefinanciering, omdat haar werkzaamheden te marginaal en onregelmatig waren. De minister hoefde haar niet als migrerend werknemer te beschouwen.

Hoger beroep van het college van burgemeester en wethouders van Beesel tegen de intrekking van maatwerkvoorzieningen voor individuele begeleiding. De voorzieningenrechter oordeelt dat er geen verschoonbare termijnoverschrijding is en wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de toekenning van een pgb voor badkamer aanpassing; geen nieuwe gronden in hoger beroep.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en besluit van de minister inzake studiefinanciering en studieschuld, en draagt minister op nieuw besluit te nemen.

Verzoeker, een vreemdeling zonder rechtmatig verblijf, krijgt geen ondersteuning op grond van de Wmo 2015. De Centrale Raad bevestigt de afwijzing van zijn aanvraag en wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat zorgkantoor terecht pgb herzien en teruggevorderd heeft. Geen onevenredige uitkomst voor betrokkene.

Centrale Raad van Beroep verklaart Zorg B.V. en Bewindvoering B.V. niet-ontvankelijk in beroep, omdat zij geen belanghebbenden zijn bij het besluit van het zorgkantoor.

Centrale Raad van Beroep verklaart betrokkenen niet-ontvankelijk in zorgbudgetzaak; belangen niet rechtstreeks betrokken bij besluit zorgkantoor.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om schadevergoeding en voorlopige voorziening af, omdat eerdere uitspraken gezag van gewijsde hebben en verzoeker geen onrechtmatige besluiten heeft aangetoond.

Centrale Raad van Beroep verlengt diplomatermijn van verzoeker met 5 jaren op basis van bijzondere omstandigheden en studievertraging. Minister wordt veroordeeld in proceskosten van € 1.518,-.

Hoger beroep over maatwerkvoorziening voor hulp bij het huishouden. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat verzoeker recht heeft op zorgprofiel VV Beschermd wonen met zeer intensieve zorg, afgewezen verzoek om voorlopige voorziening.

Centrale Raad van Beroep wijst verzoek om voorlopige voorziening af; verzoekster kan zelf in onderdak voorzien. Noodopvang dakloze gezinnen beëindigd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt eerdere uitspraak over persoonsgebonden budget; geen vergoeding voor kosten bezwaar.

Centrale Raad van Beroep verklaart verzet van CIZ ongegrond wegens termijnoverschrijding bij indienen gronden van hoger beroep.

De Centrale Raad van Beroep heeft het beroep van de erven van de betrokkene ongegrond verklaard en de weigering van het zorgkantoor om een pgb te verstrekken bevestigd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat bezwaar van appellante tegen herziening pgb niet-ontvankelijk is verklaard. Appellante is als belanghebbende aangemerkt, maar heeft te laat bezwaar gemaakt.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van verzoek tot kwijtschelding van studieschuld. Appellant voldoet niet aan voorwaarden voor kwijtschelding op basis van medische omstandigheden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening studiefinanciering en terugvordering op basis van woonsituatie. Appellante kan niet aantonen dat zij op brp-adres woonde.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van de studiefinanciering aan een migrerend werknemer, omdat deze niet voldeed aan de nationaliteitseis op de peildatum van 1 september 2018.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat DUO studiefinanciering maximaal drie jaar mag herzien en terugvorderen na controle woonsituatie. Herziening over eerdere periodes niet rechtmatig.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat noodopvang voor dakloze gezinnen in Amsterdam niet als algemene voorziening kwalificeert en bevestigt afwijzing van verzoekster's aanvraag.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep gegrond; college moet maatwerkvoorziening opvang verstrekken aan verzoekster met licht verstandelijke beperking.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing verzoek voorlopige voorziening zorgindicatie Wlz; verzoekster voldoet niet aan voorwaarden voor zorg.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat appellant opzettelijk onvolledige gegevens heeft verstrekt. Schadevergoeding van € 500,- voor overschrijding van de redelijke termijn.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening en terugvordering studiefinanciering, o.b.v. niet woonachtig op brp-adres.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat het bezwaar van appellant tegen het besluit van de minister niet-ontvankelijk is, omdat het bezwaar niet gericht was op een besluit waarover was beslist.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Overijssel en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

Hoger beroep over de hoogte van het persoonsgebonden budget voor zorgprofiel Wonen met intensieve begeleiding. De Raad bevestigt de eerdere uitspraak en wijst verzoek om schadevergoeding af.

Hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Overijssel over de verlening van een pgb voor 2018. De Centrale Raad bevestigt de uitspraak en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Overijssel en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

Centrale Raad van Beroep bevestigt eerdere uitspraak over pgb voor zorg en wijst verzoek om schadevergoeding af.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraken en verklaart de beroepen van betrokkene tegen vorderingen wegens meerinkomen ongegrond.

Centrale Raad van Beroep verklaart hoger beroep niet-ontvankelijk en wijst verzoek om voorlopige voorziening af; college wordt veroordeeld in proceskosten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat detentie van betrokkene een bijzondere omstandigheid is voor verlenging van de diplomatermijn.

Centrale Raad van Beroep bevestigt eerdere uitspraak over bekendmaking bestuursbesluit en procesrechtelijke termijnen. Appellant's betoog over tijdige bekendmaking wordt verworpen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de terugbetalingsverplichting van appellant correct is vastgesteld en dat bekendmaking via Mijn DUO geldig is, ondanks zijn verhuizing naar Brazilië.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat bezwaar van erven niet-ontvankelijk is en wijst verzoek om schadevergoeding af.

Centrale Raad van Beroep bevestigt eerdere uitspraak over jeugdhulp en financiële draagkracht, college moet opnieuw beoordelen welke hulp nodig is.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat financiële draagkracht van ouders niet beoordeeld mag worden bij jeugdhulp. Appellant krijgt recht op 4 uur jeugdhulp per week in de vorm van pgb.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de toekenning van individuele begeleiding onder de Wmo 2015 onvoldoende rechtszekerheid biedt voor cliënten, en oordeelt dat het college een nieuw besluit moet nemen.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de zus van de betrokkene ten onrechte als partner is aangemerkt voor de Wsf 2000, omdat zij en betrokkene feitelijk twee afzonderlijke woningen bewonen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de rente op studiefinanciering correct is vastgesteld en dat er geen inbreuk is op het eigendomsrecht van appellant.

De Centrale Raad van Beroep heeft het verzoek om voorlopige voorziening en schadevergoeding afgewezen, omdat verzoeker zijn beroep bij de rechtbank had ingetrokken. De voorzieningenrechter is onbevoegd om te oordelen over schadevergoeding en boete.

Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens gebrek aan procesbelang; verzoek om voorlopige voorziening afgewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de opgelegde OV-schuld van € 194,- aan betrokkene in stand blijft, omdat deze geen punitief karakter heeft en de wijziging van de wet geen terugwerkende kracht heeft.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de OV-schuld van betrokkene geen punitief karakter heeft en bevestigt de in stand blijvende OV-schuld na beëindiging studiefinanciering.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep tegen besluit minister ongegrond; betrokkene had recht niet tijdig stopgezet.

Centrale Raad van Beroep bevestigt OV-schuld van € 388,- aan betrokkene, ondanks eerdere uitspraak rechtbank. Betrokkene was niet tijdig ingeschreven voor studiefinanciering.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante niet in aanmerking komt voor uitwonendenbeurs vanwege inschrijving op verkeerd adres. Hardheidsclausule niet van toepassing.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing levenlanglerenkrediet aan appellante die reguliere studiefinanciering ontvangt voor hbo-opleiding.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening studiefinanciering en terugvordering van € 3.799,46, appellant was niet woonachtig op brp-adres.

De Centrale Raad van Beroep heeft op 23 februari 2021 een verzoek tot geheimhouding toegewezen in een hoger beroep over een maatwerkvoorziening voor beschermd wonen, waarbij het belang van de persoonlijke levenssfeer zwaarder weegt dan het recht op informatie van appellanten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant. Appellant heeft geen nieuwe gronden aangevoerd in hoger beroep. De Raad onderschrijft de eerdere overwegingen en bevestigt dat de zorgkosten correct zijn vergoed.

Hoger beroep van appellant tegen CAK over jaarafrekening buitenlandbijdrage 2010. Raad bevestigt dat appellant op de hoogte was van de aanmaning en dat er geen schending van het rechtszekerheidsbeginsel is.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank, vermindert de boete met 10% tot € 553,81 en veroordeelt de minister in proceskosten.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de minister bevoegd was tot herziening van studiefinanciering, ondanks feitelijke uitwonendheid, op basis van inschrijving in de brp.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep gegrond inzake studiefinanciering, waarbij loskoppeling van ouderlijke bijdrage wordt erkend.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de minister de prestatiebeurs van appellante moet omzetten in een gift vanwege bijzondere omstandigheden. De eerdere uitspraak wordt vernietigd en de minister wordt veroordeeld in proceskosten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Den Haag die het verzoek om loskoppeling van het inkomen van de vader bij de aanvullende beurs afwees, omdat er onvoldoende bewijs is voor een ernstig conflict.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Den Haag over de hoogte van de aanvullende beurs in relatie tot alimentatieverplichtingen. Appellante heeft niet aangetoond dat alimentatie oninbaar is.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing schadevergoeding verzoeker voor buitenlandbijdrage; onvoldoende bewijs van onrechtmatige besluiten en schade.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de OV-schuld van € 194,- terecht is vastgesteld, ondanks dat betrokkene geen gebruik heeft gemaakt van het reisproduct na uitschrijving.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag Wlz-zorg; appellante voldoet niet aan criteria voor blijvende zorgbehoefte.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatwerkvoorziening voor woningaanpassingen op basis van gezondheidsklachten door overgevoeligheid voor elektromagnetische straling en chemische stoffen.

Hoger beroep ongegrond verklaard; verzoek om € 1.000,- tegemoetkoming in energiekosten voor woonunit afgewezen wegens gebrek aan bewijs.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat klachten over late afmelding als wanbetaler bij zorgverzekeraar moeten worden ingediend. Appellant's gronden over teveel betaalde premie slagen niet.

Centrale Raad bevestigt dat betrokkene als migrerend werknemer recht had op studiefinanciering; herziening en terugvordering door de minister onterecht.

Centrale Raad van Beroep vernietigt uitspraak rechtbank over OV-schuld studente; schuld blijft in stand na te late stopzetting reisproduct.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van verzoek tot kwijtschelding studiefinancieringsschuld; appellante voldoet niet aan beleidseisen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt uitspraak rechtbank en handhaaft OV-schuld van studente, die haar reisproduct niet tijdig heeft stopgezet.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat appellant onvoldoende bewijs heeft geleverd voor onbetaalbaarheid boete, maar vermindert boete wegens overschrijding redelijke termijn.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening en terugvordering studiefinanciering op basis van woonadresonderzoek.

Hoger beroep ongegrond verklaard; minister heeft geen nieuwe verplichting gecreëerd met brief van 25 januari 2019; geen rechtsgevolg, dus geen besluit in de zin van de Awb.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat termijnoverschrijding bij bezwaar tegen ov-schuld studiefinanciering aan betrokkene is toe te rekenen. De eerdere uitspraak van de rechtbank wordt vernietigd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing verzoek om loskoppeling van ouderlijk inkomen bij studiefinanciering; minister niet gehouden om op bezwaarschrift uit 2012 te beslissen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak over studiefinanciering en proceskosten, omdat betrokkene in bezwaarfase wel is gehoord.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening studiefinanciering van appellante, oordelend dat zij niet voldeed aan uitwonendheidseisen. Hoger beroep slaagt niet.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van verzoek om verlenging diplomatermijn hoger onderwijs; omstandigheden niet causaal verbonden aan overschrijding termijn.

Hoger beroep over studiefinanciering en rechtmatigheid huisbezoek. De Raad bevestigt dat appellant niet op het brp-adres woonde en dat het huisbezoek rechtmatig was.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Gelderland over de herziening van studiefinanciering op basis van woonsituatie. Appellant heeft niet aangetoond dat hij op het brp-adres woonde.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de niet-ontvankelijkheid van bezwaar tegen OV-schuld van studente, ondanks minderjarigheid. Geen onrechtmatige besluitvorming aangetoond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening studiefinanciering appellante als thuiswonende studerende na huisbezoek, geen bewijs van verblijf op brp-adres.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de niet-ontvankelijkheid van het bezwaar van appellant tegen de herziening van studiefinanciering en de opgelegde bestuurlijke boete.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant niet woonde op het brp-adres, waardoor zijn studiefinanciering herzien werd. Hoger beroep faalt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep tegen besluit minister ongegrond inzake studiefinanciering en woonadres.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van de aanvraag voor zorg op grond van de Wlz, omdat niet is aangetoond dat de grondslag verstandelijke handicap van toepassing is.

Centrale Raad van Beroep verklaart beroep tegen niet tijdig nemen beslissing op studiefinanciering niet-ontvankelijk; verzoek om inkomen ouders niet als aanvraag beschouwd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing studiefinanciering wegens onvoldoende bewijs van bewoning brp-adres.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat er geen spoedeisend belang is om de uitspraak in de bodemprocedure niet af te wachten.

Appellante verzocht om een gehandicaptenparkeerkaart, maar haar aanvraag werd afgewezen. De Centrale Raad van Beroep bevestigde dat zij niet voldoet aan de criteria voor toekenning op basis van medische adviezen.

De Centrale Raad van Beroep wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af, omdat er geen spoedeisend belang is.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening toegewezen en de termijn voor het nemen van nieuwe besluiten met twaalf weken verlengd, gezien de omstandigheden rondom de coronacrisis.

Centrale Raad van Beroep vernietigt besluiten van het college over beëindiging en intrekking van hulp bij het huishouden, oordeelt dat appellante niet in staat was gebruikelijke hulp te verlenen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Gelderland over de hoogte van een pgb in het kader van de Wmo 2015, waarbij appellant zelf verantwoordelijk is voor extra kosten bij keuze voor een andere aanbieder.

Centrale Raad van Beroep bevestigt toekenning maatwerkvoorziening begeleiding aan betrokkene op grond van Wmo 2015, na eerdere afwijzing door college.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat het zorgkantoor het pgb correct heeft berekend en dat appellant onvoldoende onderbouwing heeft gegeven voor zijn claims.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van Wlz-zorgaanvraag; appellant heeft geen medische informatie overgelegd die twijfels oproept over medisch advies.

Appellante verzocht om AOW-pensioen, maar kreeg dit geweigerd door de Svb. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de Svb onvoldoende individueel onderzoek had gedaan naar de onevenredige last en vernietigde de uitspraak van de rechtbank.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Gelderland, waarbij de Svb niet voldoende individueel feitenonderzoek heeft gedaan naar de financiële situatie van de appellant met betrekking tot zijn AOW-pensioen.

Hoger beroep over AOW-pensioen en de gevolgen van de verhoging van de AOW-leeftijd. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en laat de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank over de afwijzing van AOW-aanvraag door de Svb, maar laat rechtsgevolgen in stand. Veroordeling Svb in proceskosten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt uitspraak rechtbank over AOW-pensioen en overbruggingsuitkering, oordeelt dat geen sprake is van onevenredig zware last.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de toetsing aan de voorwaarden van de OBR niet volstaat voor een deugdelijk individueel feitenonderzoek naar een onevenredig zware last tijdens het AOW-gat.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de Svb bij de beoordeling van AOW-gat ook individuele omstandigheden moet meewegen. Geen sprake van onevenredig zware last voor betrokkene.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat CAK niet in strijd met zorgvuldigheidsbeginsel heeft gehandeld bij invordering van eigen bijdrage zorg van € 11.115,94. Hoger beroep van appellant afgewezen.

Hoger beroep over afwijzing aanvraag maatwerkvoorzieningen Wmo. Raad bevestigt uitspraak rechtbank en oordeelt dat college niet tekort is geschoten in onderzoeksplicht.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Rotterdam over de bijdrage in de kosten van een maatwerkvoorziening. Hoger beroep slaagt niet.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het zorgkantoor bevoegd was om het pgb lager vast te stellen en € 14.593,40 terug te vorderen, gezien de gebrekkige verantwoording door de betrokkene.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van verzoek om beschermd wonen wegens onrechtmatig verblijf.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de wijziging van de grondslag van verstandelijke handicap naar psychiatrie voor zorgindicatie, en veroordeelt CIZ in proceskosten van € 2.755,50.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat er geen procesbelang is in hoger beroep inzake jeugdhulp en Wmo-zorg, waardoor de eerdere uitspraak van de rechtbank wordt bekrachtigd.

Hoger beroep over de toekenning van vier uur schoonmaakondersteuning per week aan appellante, die vijfeneenhalf uur eiste. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat het college het aantal uren correct heeft vastgesteld.

Centrale Raad van Beroep bevestigt terugvordering pgb wegens niet-naleving verplichtingen door appellante.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de afkeuring van de verantwoording van een pgb door het zorgkantoor, omdat niet kan worden vastgesteld dat de verleende zorg als begeleiding onder de AWBZ valt.

Hoger beroep over afwijzing woningaanpassingen Wmo 2015; college biedt verhuiskostenvergoeding aan. Centrale Raad bevestigt dat verhuizing een goedkopere en adequate oplossing is.

De Centrale Raad van Beroep heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, omdat er geen spoedeisend belang was. Verzoeker is veroordeeld in de proceskosten van betrokkene tot € 1.002,-.

Centrale Raad van Beroep rectificeert uitspraak van 6 juni 2018 inzake proceskostenveroordeling, waarbij verzoeker is veroordeeld tot € 1.002,-.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag voor hoog persoonlijk kilometerbudget; appellante kan met trein reizen.

Hoger beroep over de redelijke belangenafweging bij de vaststelling en terugvordering van een pgb. De Raad herroept het besluit van het Zorgkantoor en stelt het pgb voor 2013 vast op € 64.371,99, met een terugvordering van € 11.330,13.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante voor 2012 een eigen bijdrage AWBZ verschuldigd was, omdat zij onvoldoende bewijs heeft geleverd voor verblijf buiten het woonzorgcentrum.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing zorgindicatie voor niet rechtmatig verblijvende vreemdeling; CIZ niet bevoegd om indicatie te geven.

Hoger beroep over terugvordering van pgb na schending van verplichtingen door appellant. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak en oordeelt dat Zorgkantoor bevoegd was tot lagere vaststelling en terugvordering.

Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens onvoldoende procesbelang; appellant had geen actueel belang bij de beoordeling van de zorgbijdrage.

De Centrale Raad van Beroep wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat er geen spoedeisend belang is en de wetgever geen schorsende werking aan hoger beroep heeft verleend.

Centrale Raad van Beroep vernietigt besluit studiefinanciering wegens onrechtmatig verkregen bewijs en herroept eerder besluit van de minister.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van de aanvraag voor Wlz-zorg, oordelend dat appellante niet in aanmerking komt voor 24 uur zorg in de nabijheid.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking pgb voor huishoudelijke hulp; scheiding tussen Wmo 2015 en Wlz leidt tot geen aanspraak meer op Wmo-zorg.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van zorgaanvraag Wlz; medische adviezen zijn zorgvuldig en concludent.

Centrale Raad van Beroep verklaart hoger beroep niet-ontvankelijk wegens gebrek aan procesbelang na toekenning woonvoorziening aan appellant.

Hoger beroep over intrekking hulp bij het huishouden en afwijzing scootmobiel. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak, geen medische noodzaak aangetoond.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat FMMU Advies B.V. als bestuursorgaan kan worden aangemerkt en dat de afwijzing van de aanvraag voor hoog pkb terecht was.

Centrale Raad van Beroep bevestigt uitspraak rechtbank en oordeelt dat herziening studiefinanciering op basis van getuigenverklaringen en reisgegevens onvoldoende is onderbouwd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking en terugvordering van pgb wegens niet-naleving verantwoordingsplicht door appellante.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat CIZ onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar zorgindicatie voor betrokkene met psychische klachten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Gelderland over de eigen bijdrage in de Wlz, waarbij de vermogensinkomensbijtelling rechtmatig is toegepast.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Amsterdam over de toekenning van hulp bij het huishouden aan appellant, zonder nieuwe gronden in hoger beroep.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en stelt pgb voor 2014 vast op € 25.705,10, oordeelt dat Zorgkantoor ten onrechte zorg niet als AWBZ-zorg heeft erkend.

Hoger beroep tegen afwijzing van maatwerkvoorzieningen door college op basis van GGD-advies. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak en wijst verzoek om schadevergoeding af.

Centrale Raad van Beroep vernietigt besluit Zorgkantoor over pgb, stelt het pgb vast op € 29.833,90 en legt terugvordering op van € 12.331,65.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van een pgb aan appellant die in een AWBZ-instelling verbleef, op basis van de geldende regelgeving.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Zorgkantoor het pgb van appellant terecht lager heeft vastgesteld en teruggevorderd wegens onvoldoende verantwoording. De omstandigheid van mogelijke fraude door de zorgverlener komt voor rekening van appellant.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van studiefinanciering voor afstandsonderwijs aan een buitenlandse universiteit, omdat inschrijving per onderwijseenheid als deeltijdonderwijs wordt beschouwd.

Hoger beroep over de afkeuring van de verantwoording van een pgb voor AWBZ-zorg; de Raad vernietigt de eerdere uitspraak en herstelt het pgb op € 36.617,12.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat appellant geen begeleiding nodig heeft op grond van de Wmo 2015, omdat hij met hulpmiddelen zelfstandig kan functioneren.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat appellant onvoldoende bewijs heeft geleverd voor de besteding van het pgb en dat het Zorgkantoor terecht het pgb lager heeft vastgesteld en teruggevorderd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant niet voldeed aan verplichtingen voor pgb, Zorgkantoor bevoegd tot terugvordering.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing tweede aanvraag scootmobiel wegens contra-indicatie voor veilig gebruik.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraken en verklaart de beroepen tegen de besluiten van het Zorgkantoor ongegrond, met terugvordering van onterecht betaalde voorschotten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing verzoek studiefinanciering; medische adviezen zijn zorgvuldig en inzichtelijk gemotiveerd.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat appellante verantwoordelijk blijft voor het nakomen van pgb-verplichtingen en bevestigt de vaststelling van het pgb op € 6.879,06, met een goedkeuring van 60% van de zorgkosten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat Zorgkantoor bevoegd was pgb te verlagen en terug te vorderen wegens niet-naleving van verplichtingen door appellant.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Zorgkantoor om een pgb te verlenen, omdat appellante zich niet tijdig aan de verantwoordingsplicht heeft gehouden. De Raad oordeelt dat de dwingendrechtelijke bepalingen van de Rsa correct zijn toegepast.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat inkomensdaling van betrokkene in 2013 niet als normaal ondernemersrisico kan worden beschouwd, en vernietigt eerdere uitspraken.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van een lager vastgesteld pgb door het Zorgkantoor, omdat appellante geen verantwoording heeft afgelegd over de besteding.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van de aanvraag voor een gehandicaptenparkeerkaart, gebaseerd op medisch advies dat appellant in staat is zelfstandig een afstand van meer dan 100 meter te voet af te leggen.

Centrale Raad van Beroep verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk wegens gebrek aan procesbelang. Appellant heeft in 2014 minder zorg besteed dan het verleende pgb.

Centrale Raad bevestigt terugvordering pgb door Zorgkantoor wegens niet-naleving van verplichtingen door appellante.

Hoger beroep over indicatie voor begeleiding in het kader van de AWBZ. De Raad bevestigt de eerdere uitspraak dat appellant niet is aangewezen op meer zorg dan geïndiceerd.

Hoger beroep over indicatie hulp bij het huishouden. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank Gelderland, oordelend dat het college op het advies van de medisch adviseur mocht afgaan.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Den Haag over de toekenning van hulp bij het huishouden aan appellante, die geen nieuwe gronden in hoger beroep heeft aangevoerd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag gehandicaptenparkeerkaart; appellante niet continu afhankelijk van bestuurder.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag gehandicaptenparkeerkaart; appellante niet continu afhankelijk van bestuurder.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat bezwaar tegen bestuursrechtelijke premie niet-ontvankelijk is verklaard. Geen beroep mogelijk tegen verschuldigdheid en hoogte van premie.

Hoger beroep over afkeuring van pgb-verantwoording door Zorgkantoor. Centrale Raad vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; Zorgkantoor mag pgb verlagen en voorschotten terugvorderen.

Hoger beroep over de weigering van een pgb door het Zorgkantoor, omdat appellant niet voldeed aan de voorwaarden voor AWBZ-zorg. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank.

Centrale Raad van Beroep bevestigt niet-ontvankelijk verklaring van beroep tegen Zorgkantoor wegens termijnoverschrijding.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking pgb voor 2014, maar niet voor 2012 en 2013. Zorgkantoor had geen wettelijke grondslag voor intrekking over eerdere jaren, maar wel voor 2014 door niet-naleving van verplichtingen door betrokkene.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van de aanvragen voor maatwerkvoorzieningen door het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, oordelend dat de Taxibus een adequate vervoersvoorziening is voor appellante.

De Centrale Raad van Beroep heeft de terugvordering van een pgb vastgesteld op € 1.725,03, na te hebben geoordeeld dat appellante € 35.580,- voldoende heeft verantwoord. Het Zorgkantoor moet de proceskosten vergoeden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag indicatie zorgfuncties Persoonlijke Verzorging en Begeleiding op basis van medische adviezen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van de AWBZ-aanvraag van appellante, omdat uit behandelplannen niet blijkt dat zij AWBZ-zorg nodig heeft.

Centrale Raad van Beroep bevestigt terugvordering pgb door Zorgkantoor wegens niet-naleving van verplichtingen door appellante.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag peiljaarverlegging eigen bijdrage zorg; appellant houdt niet minder over dan de zak- en kleedgeldgrens.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat Nederland verantwoordelijk is voor zorgkosten van een in het VK woonachtige appellante en dat buitenlandbijdrage rechtmatig is.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van het pgb door het Zorgkantoor, oordelend dat appellant onvoldoende verantwoording heeft afgelegd voor de zorg die is ingekocht.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van een pgb door CZ Zorgkantoor na het overlijden van [A.], omdat niet voldaan was aan de verantwoordingsverplichtingen.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de door A. El Kadi verleende rechtsbijstand beroepsmatig is, waardoor appellante recht heeft op een hogere proceskostenvergoeding van € 990,-.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het college onvoldoende zorgvuldigheid heeft betracht bij de afwijzing van de aanvraag voor een gehandicaptenparkeerkaart en draagt aan het college op om nader onderzoek te verrichten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij voor 2 december 2014 ingezetene van Nederland was voor de WLZ.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat in de brief van 12 februari 2014 geen besluit op grond van de Wmo is genomen. Hoger beroep ongegrond.

Hoger beroep van vreemdelingen tegen afwijzing van aanvragen voor maatschappelijke opvang en uitkeringen. De Raad bevestigt de eerdere uitspraak en oordeelt dat appellanten niet in hun verdediging zijn geschaad.

Hoger beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van de rechtbank Midden-Nederland inzake tijdelijke maatwerkvoorziening Wmo 2015. De Raad bevestigt de uitspraak en oordeelt dat de geboden opvang adequaat is.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de situatie van betrokkene niet voldoet aan de conflicteis voor loskoppeling van het inkomen van haar vader, ondanks een verstoorde relatie door alcoholverslaving.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van financiële voorzieningen voor vreemdelingen onder de Wmo 2015. Appellanten hebben geen recht op bijstandsverlening.

Hoger beroep over tariefdifferentiatie bij pgb voor huishoudelijke hulp. Centrale Raad vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep gegrond.

Hoger beroep tegen afwijzing van verzoek om maatwerkvoorziening Wmo 2015. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak, oordeelt dat opvang adequaat was.

Hoger beroep tegen afwijzing aanvraag voor maatwerkvoorziening Wmo 2015; opvang op vakantiepark is adequaat; procesbelang voor toekomst erkend.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag maatschappelijke opvang en wijst schadevergoeding af.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond inzake herziening en terugvordering eenoudertoeslag; geen duurzaam gescheiden leven aangetoond.

Hoger beroep over oninbare alimentatie en studiefinanciering; verzoeken om loskoppeling afgewezen. Centrale Raad bevestigt uitspraak rechtbank.

Centrale Raad van Beroep vernietigt niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar en draagt college op nieuwe beslissing te nemen. Proceskosten van € 1.485,- worden vergoed.

Centrale Raad van Beroep vernietigt besluit van de minister inzake studiefinanciering en boete wegens onrechtmatige bewijsverkrijging. Proceskosten van € 2.475,- worden vergoed.

Hoger beroep over niet tijdig beslissen op aanvraag voor continuering opvang Wmo. Beroep niet-ontvankelijk verklaard, verzoek om schadevergoeding afgewezen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep gegrond inzake recht op maatschappelijke opvang en uitkering onder de Wmo.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging reiskostenvergoeding voor niet rechtmatig verblijvende vreemdeling; geen aanspraak op Wmo 2015.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op grond van de Wmo voor vreemdeling in Vrijheidsbeperkende Locatie.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van maatwerkvoorziening voor vreemdeling op grond van Wmo 2015, geen aanspraak op opvang.

Hoger beroep over maatschappelijke opvang op grond van de Wmo. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak; € 450,- per maand is toereikend.

Hoger beroep van een vreemdeling over Wmo-voorzieningen. De Raad vernietigt de uitspraak van de rechtbank voor de zaak met kenmerk 14/5338 en verklaart het beroep tegen het besluit van 11 februari 2015 ongegrond.

Hoger beroep tegen de weigering van opvang op grond van de Wmo 2015. De Raad vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep tegen het niet tijdig beslissen niet-ontvankelijk.

De Centrale Raad van Beroep heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, omdat verzoekster geen spoedeisend belang had bij het verzoek. Er was geen bewijs van financiële nood die zorgverlening in gevaar bracht.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de verlaging van persoonlijke verzorging en beëindiging van verpleging voor appellante met Diabetes Mellitus, o.b.v. medisch advies CIZ.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Overijssel over de eigen bijdrage Wmo 2015 en wijst verzoek om schadevergoeding af.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van een niet-verantwoord pgb van € 3.426,71 door het Zorgkantoor, omdat appellante niet kon aantonen dat de zorg voldeed aan AWBZ-eisen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van maatwerkvoorziening op grond van de Wmo 2015 voor vreemdelingen zonder rechtmatig verblijf.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van een maatwerkvoorziening op grond van de Wmo 2015 voor een vreemdeling zonder geldige verblijfstitel.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang voor vreemdelingen op grond van de Wmo 2015.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van maatwerkvoorziening op grond van de Wmo 2015 voor vreemdelingen zonder rechtmatig verblijf.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt dat een e-mail van de gemeente niet als besluit kan worden aangemerkt, waardoor het bezwaar van de appellant terecht niet-ontvankelijk is verklaard.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat vreemdelingen zonder verblijfsstatus geen aanspraak kunnen maken op maatwerkvoorzieningen op grond van de Wmo 2015.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij op medische gronden begeleiding door twee personen nodig heeft tijdens vervoer. Hoger beroep ongegrond verklaard.

Hoger beroep van appellante tegen CIZ over afwijzing zorgindicatie voor persoonlijke verzorging. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak, geen recht op AWBZ-zorg.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de zorg van IE Quest niet als begeleiding onder de AWBZ kan worden aangemerkt, en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing zorgaanvraag AWBZ Begeleiding individueel; medische adviezen zijn zorgvuldig en correct beoordeeld.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en oordeelt dat opvang in VBL voorliggende voorziening is, waardoor Wmo-opvang niet nodig is. Dwangsom van € 1.100,- toegewezen aan betrokkene.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op grond van de Wmo voor vreemdelingen, oordeelt dat opvang in VBL voorligt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep tegen de afwijzing van Wmo-opvang ongegrond, waarbij VBL als voorliggende voorziening wordt erkend.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de opvang in een Vrijheidsbeperkende Locatie als voorliggende voorziening wordt aangemerkt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; opvang in Vrijheidsbeperkende Locaties is voldoende.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waardoor de afwijzing van de aanvraag maatschappelijke opvang door het college in stand blijft.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de opvang van vreemdelingen centraal staat.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; opvang in Vrijheidsbeperkende Locatie is voldoende en doet noodzaak Wmo-opvang vervallen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; opvang in VBL is voldoende voorziening voor vreemdelingen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waardoor de afwijzing van de aanvraag voor maatschappelijke opvang door het college in stand blijft.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de afwijzing van Wmo-opvang voor vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waardoor de afwijzing van de aanvraag voor maatschappelijke opvang door het college in stand blijft.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat opvang in een Vrijheidsbeperkende Locatie (VBL) een voorliggende voorziening is die de noodzaak van Wmo-opvang voor vreemdelingen wegneemt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de afwijzing van Wmo-opvang wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; opvang in VBL is voorliggende voorziening voor Wmo-opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op grond van de Wmo is gerechtvaardigd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; VBL is voorliggende voorziening voor maatschappelijke opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank Amsterdam en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de afwijzing van Wmo-opvang wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, oordelend dat opvang in een VBL een voorliggende voorziening is die de noodzaak van Wmo-opvang wegneemt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, omdat de Vrijheidsbeperkende Locatie (VBL) een voorliggende voorziening is voor maatschappelijke opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank Amsterdam en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de afwijzing van de aanvraag voor maatschappelijke opvang op grond van de Wmo wordt bevestigd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de VBL als voorliggende voorziening wordt erkend.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de opvang in een VBL als voldoende wordt aangemerkt.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat opvang in een Vrijheidsbeperkende Locatie (VBL) een voorliggende voorziening is die de noodzaak van Wmo-opvang voor vreemdelingen wegneemt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank Amsterdam en verklaart het beroep ongegrond, omdat de opvang in een VBL als voorliggende voorziening geldt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de opvang van vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond; afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op grond van de Wmo is terecht.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, omdat de Vrijheidsbeperkende Locatie (VBL) een voorliggende voorziening is voor maatschappelijke opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; VBL is voorliggende voorziening voor Wmo-opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; VBL als voorliggende voorziening voor Wmo-opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank Amsterdam en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de opvang in een VBL als voldoende wordt aangemerkt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; VBL als voorliggende voorziening voor Wmo-opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de afwijzing van Wmo-opvang wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waardoor de afwijzing van de aanvraag voor maatschappelijke opvang door het college in stand blijft.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep van de vreemdeling ongegrond, omdat de VBL als voorliggende voorziening geldt die de noodzaak voor Wmo-opvang wegneemt.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking één-oudertoeslag en terugvordering van € 2.738,16 wegens niet voldoen aan toekenningsvoorwaarden. Minister veroordeeld in proceskosten van € 1.984,-.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, omdat opvang in een Vrijheidsbeperkende Locatie voldoende is.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de afwijzing van Wmo-opvang wordt bevestigd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de afwijzing van de Wmo-aanvraag van een vreemdeling wordt bevestigd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de afwijzing van Wmo-opvang wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; opvang in VBL is voorliggende voorziening voor Wmo.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de afwijzing van de aanvraag voor maatschappelijke opvang op grond van de Wmo wordt bevestigd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond, omdat opvang in Vrijheidsbeperkende Locaties de noodzaak van Wmo-opvang wegneemt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, omdat opvang in een Vrijheidsbeperkende Locatie voldoende is en de noodzaak voor Wmo-opvang wegneemt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, omdat de Vrijheidsbeperkende Locatie een voorliggende voorziening is voor maatschappelijke opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; opvang in Vrijheidsbeperkende Locatie is voorliggende voorziening voor Wmo.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de afwijzing van Wmo-opvang voor vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de afwijzing van Wmo-opvang voor vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waardoor de afwijzing van de aanvraag maatschappelijke opvang door het college in stand blijft.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie als voorliggende voorziening wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties als voorliggende voorziening wordt bevestigd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond, bevestigt rol van VBL als voorliggende voorziening voor maatschappelijke opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; opvang in Vrijheidsbeperkende Locatie is voorliggende voorziening voor Wmo.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de afwijzing van de aanvraag voor maatschappelijke opvang op grond van de Wmo wordt bevestigd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de afwijzing van Wmo-opvang voor vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de afwijzing van Wmo-opvang wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de afwijzing van de aanvraag voor maatschappelijke opvang op grond van de Wmo wordt gehandhaafd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; VBL is voorliggende voorziening voor maatschappelijke opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de afwijzing van Wmo-opvang wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de VBL als voorliggende voorziening wordt erkend.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de afwijzing van Wmo-opvang voor vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de afwijzing van Wmo-opvang wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, omdat opvang in een Vrijheidsbeperkende Locatie voldoende is en de noodzaak voor Wmo-opvang wegneemt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; opvang in VBL is voorliggende voorziening voor Wmo.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep van betrokkene ongegrond, met betrekking tot de afwijzing van de aanvraag voor maatschappelijke opvang op grond van de Wmo.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; opvang in Vrijheidsbeperkende Locaties is voorliggende voorziening voor Wmo.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de afwijzing van Wmo-aanvraag wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; VBL is voorliggende voorziening voor maatschappelijke opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de opvang van vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de afwijzing van Wmo-opvang wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; VBL als voorliggende voorziening voor maatschappelijke opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep ongegrond, waardoor de afwijzing van de aanvraag voor maatschappelijke opvang op grond van de Wmo standhoudt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op grond van de Wmo is terecht.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie in de opvang van vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie in de afwijzing van Wmo-opvang wordt bevestigd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie in de opvang van vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op grond van de Wmo voor vreemdelingen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op grond van de Wmo, oordeelt dat VBL als voorliggende voorziening geldt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie als voorliggende voorziening wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waardoor de afwijzing van de aanvraag voor maatschappelijke opvang door het college in stand blijft.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de afwijzing van Wmo-opvang wordt bevestigd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de VBL als voorliggende voorziening wordt erkend.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond inzake afwijzing maatschappelijke opvang op grond van de Wmo voor vreemdelingen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op grond van de Wmo, oordeelt dat VBL een voorliggende voorziening is.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de opvang in een VBL als voorliggende voorziening wordt aangemerkt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op basis van Wmo.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, omdat opvang in VBL voorligt op Wmo.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie in de afwijzing van Wmo-opvang wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de VBL als voorliggende voorziening wordt aangemerkt voor maatschappelijke opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie in de afwijzing van de Wmo-aanvraag wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op grond van de Wmo.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van Vrijheidsbeperkende Locaties in de opvang van vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie in de afwijzing van Wmo-opvang voor vreemdelingen wordt bevestigd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroepen tegen afwijzing Wmo-opvang ongegrond, verwijzend naar VBL als voorliggende voorziening.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond inzake afwijzing maatschappelijke opvang op basis van de Wmo voor vreemdelingen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de VBL als voorliggende voorziening wordt erkend.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waardoor de afwijzing van de aanvraag voor maatschappelijke opvang door het college in stand blijft.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de VBL als voorliggende voorziening wordt aangemerkt voor maatschappelijke opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, bevestigt dat opvang in VBL voorliggende voorziening is voor Wmo.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond inzake afwijzing maatschappelijke opvang op basis van Wmo voor vreemdelingen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, omdat de afwijzing van Wmo-opvang terecht was gezien de beschikbaarheid van de Vrijheidsbeperkende Locatie.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, bevestigt dat VBL een voorliggende voorziening is voor maatschappelijke opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; opvang in VBL is voldoende voorziening voor vreemdelingen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waardoor de afwijzing van de aanvraag voor maatschappelijke opvang door het college in stand blijft.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie in de afwijzing van Wmo-opvang voor vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep van betrokkene ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie in de opvang van vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waardoor de afwijzing van de aanvraag voor maatschappelijke opvang op grond van de Wmo standhoudt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie in de afwijzing van Wmo-opvang voor vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op grond van de Wmo voor vreemdelingen, met nadruk op de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie als voorliggende voorziening.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, omdat opvang in een VBL als voorliggende voorziening geldt voor vreemdelingen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond inzake afwijzing maatschappelijke opvang op grond van de Wmo voor vreemdelingen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; opvang in VBL is voorliggende voorziening voor Wmo.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, omdat opvang in een VBL de noodzaak voor Wmo-opvang wegneemt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond; afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op grond van de Wmo is terecht.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie in de afwijzing van Wmo-opvang voor vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van Wmo-voorzieningen voor vreemdelingen, verwijzend naar rol van Vrijheidsbeperkende Locatie als voorliggende voorziening.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie in de opvang van vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de VBL als voorliggende voorziening wordt aangemerkt voor maatschappelijke opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de VBL als voorliggende voorziening wordt aangemerkt voor maatschappelijke opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, oordelend dat de Vrijheidsbeperkende Locatie een voorliggende voorziening is voor maatschappelijke opvang.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op grond van de Wmo, oordeelt dat VBL als voorliggende voorziening geldt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de VBL als voorliggende voorziening wordt aangemerkt voor maatschappelijke opvang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep ongegrond, waarbij opvang in een VBL als voorliggende voorziening wordt erkend.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep van betrokkene tegen de afwijzing van Wmo-opvang ongegrond, omdat opvang in een VBL als voorliggende voorziening geldt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de afwijzing van de aanvraag voor Wmo-opvang wordt bevestigd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op grond van de Wmo voor vreemdelingen, met verwijzing naar de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, bevestigt dat VBL een voorliggende voorziening is voor maatschappelijke opvang.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op grond van de Wmo voor vreemdelingen, verwijzend naar de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie als voorliggende voorziening.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie als voorliggende voorziening wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, omdat opvang in een VBL een voorliggende voorziening is die de noodzaak van Wmo-opvang wegneemt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie in de opvang van vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie in de opvang van vreemdelingen wordt bevestigd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op grond van de Wmo, o.a. vanwege de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie in de opvang van vreemdelingen wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de rol van de Vrijheidsbeperkende Locatie in de afwijzing van Wmo-opvang wordt benadrukt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; VBL is voorliggende voorziening die Wmo-opvang overbodig maakt.

Hoger beroep over de afwijzing van CAK om letselschadevergoeding buiten beschouwing te laten bij eigen bijdrage zorg. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de vaststelling van de eigen bijdrage in de zorg, waarbij de letselschadevergoeding en de aanwas daarvan in aanmerking zijn genomen. Hoger beroep van appellant afgewezen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de herziening van studiefinanciering en bestuurlijke boete, oordeelt dat het onderzoek door zzp’ers onrechtmatig was en herroept eerdere besluiten van de minister.

Centrale Raad van Beroep rectificeert onjuiste bepaling over griffierecht in eerdere uitspraak van 1 juni 2016.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering pgb aanvraag wegens onvoldoende oriëntatie op zorgaanbod. Slechte ervaringen appellant niet voldoende om conclusie Zorgkantoor te weerleggen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; opvang in VBL is voldoende voorziening voor vreemdelingen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond, bevestigt dat opvang in VBL voorliggende voorziening is voor Wmo.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; opvang in VBL is voldoende voorziening, waardoor Wmo-opvang niet nodig is.

Hoger beroep over afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang; Centrale Raad van Beroep bevestigt dat opvang in VBL voldoende is en vernietigt eerdere uitspraak voor het overige.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening studiefinanciering op basis van woonadres. Minister moet aannemelijk maken dat betrokkene niet op brp-adres woont. Vaste rechtspraak over bewijsvoering en verklaringen van derden.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat appellant recht heeft op vergoeding voor auto-aanpassing en wijst eerdere afwijzingen van het college deels af.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak over eigen bijdrage zorgfunctie Begeleiding en terugvordering voorschotten, oordeelt over bevoegdheid en schadevergoeding.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van de aanvraag om verlenging van hulp bij het huishouden; appellant kan met beperkingen huishouden zelf verrichten.

De aanvraag voor een persoonsgebonden budget werd afgewezen omdat appellant niet voldeed aan de voorwaarden. Het beroep op het vertrouwensbeginsel slaagde niet.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante terecht is geïndiceerd voor ZZP GGZ-5C en niet voor ZZP GGZ-6C, gezien haar medische situatie en zorgbehoefte.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat de brief van 4 juli 2014 geen besluit is in de zin van de Awb, waardoor het bezwaar van de appellant kennelijk niet-ontvankelijk is verklaard.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de brief van 4 juli 2014 geen besluit is in de zin van de Awb, waardoor het bezwaar van de appellant niet-ontvankelijk is verklaard.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de brief van 4 juli 2014 geen besluit is in de zin van de Awb, waardoor het bezwaar van appellant kennelijk niet-ontvankelijk is verklaard.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de brief van 4 juli 2014 geen besluit is in de zin van de Awb, waardoor het bezwaar van de appellant kennelijk niet-ontvankelijk is verklaard.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep van betrokkene ongegrond, omdat de brief van 26 juni 2014 geen besluit was in de zin van de Awb.

De Centrale Raad van Beroep wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat het emailbericht van 20 augustus 2015 niet als besluit kan worden aangemerkt en verzoeker onvoldoende spoedeisend belang heeft.

De Centrale Raad van Beroep wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat verzoeker gebruik kan maken van de bed-bad-broodvoorziening. Verzoek kennelijk ongegrond.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over bestuurlijke boetes voor onterecht ontvangen studiefinanciering. Boete vastgesteld op € 1.172,- na vernietiging van eerdere uitspraak.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over bestuurlijke boetes voor onterecht ontvangen studiefinanciering. Boete vastgesteld op € 1.154,- na vernietiging eerdere uitspraak.

Centrale Raad van Beroep vernietigt herziening studiefinanciering op basis van onrechtmatig verkregen bewijs en veroordeelt de minister in proceskosten.

Centrale Raad van Beroep rectificeert eerdere uitspraak van 23 maart 2016 inzake WMO-zaak, waarbij onterecht werd vermeld dat mr. W.G. Fischer namens appellant was verschenen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van het recht op leefgeld voor appellant uit Afghanistan, die ongewenst is verklaard en geen rechtmatig verblijf heeft.

Hoger beroep tegen niet-ontvankelijkverklaring bezwaar studiefinanciering. De Raad bevestigt dat appellante niet op het brp-adres woonde en dat de boete terecht is opgelegd.

Verzoek om voorlopige voorziening niet-ontvankelijk verklaard; verzoeker heeft geen recht op maatschappelijke opvang op grond van de Wmo.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de minister onvoldoende bewijs heeft geleverd voor de herziening van studiefinanciering en de opgelegde boete.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de herziening en terugvordering van studiefinanciering van betrokkene terecht zijn, omdat hij niet als migrerend werknemer kan worden aangemerkt.

Hoger beroep over studiefinanciering en woonsituatie; de Raad oordeelt dat betrokkene wel op het gba-adres heeft gewoond en herroept het besluit van de minister voor de maanden voorafgaand aan november 2013.

Hoger beroep over de toekenning van huishoudelijke verzorging onder de Wmo 2015; appellante krijgt 3 uur per week ondersteuning tot 19 mei 2016.

Hoger beroep over huishoudelijke verzorging onder de Wmo 2015. Appellante krijgt 5,5 uur per week ondersteuning, na vernietiging van eerdere toekenning van 156 uur per jaar.

Hoger beroep over intrekking van huishoudelijke hulp onder de Wmo 2015. Centrale Raad oordeelt dat de hulp moet worden voortgezet tot 20 december 2017, omdat de gemeente geen adequate algemene voorziening heeft gecreëerd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat de toekenning van huishoudelijke zorg in resultaatsgebieden onvoldoende maatstaven biedt voor compensatie onder de Wmo.

Centrale Raad van Beroep verklaart hoger beroep niet-ontvankelijk en besluit van 22 juli 2014 ongegrond, met proceskostenvergoeding van € 992,-.

Hoger beroep over afwijzing van een aanvraag voor maatschappelijke opvang en de bescherming van privé- en gezinsleven van een Iraanse man zonder rechtmatig verblijf.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van toelating tot maatschappelijke opvang, omdat niet is gebleken van dakloosheid of dreiging daarvan.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van verzoek tot kwijtschelding van studieschuld; appellant valt niet onder de hardheidsclausule.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat beroep te vroeg is ingesteld; verzoek om proceskostenvergoeding afgewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag maatschappelijke opvang; appellant had geen rechtmatig verblijf en was niet dakloos.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag maatschappelijke opvang op basis van Wmo; appellant niet als kwetsbaar aangemerkt volgens artikel 8 EVRM.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing maatschappelijke opvang aan Nigeriaanse vrouw; rechtmatigheid verblijfsstatus en voorliggende voorzieningen beoordeeld.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van verzoek om maatschappelijke opvang; geen bewijs van dakloosheid of dreiging daarvan.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat verzoek om plaatsing op GGD-lijst geen aanvraag is, waardoor beroep niet-ontvankelijk is verklaard.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging maatschappelijke opvang appellant wegens gebrek aan rechtmatig verblijf in Nederland.

Verzoek om voorlopige voorziening van Somaliërs voor maatschappelijke opvang afgewezen; verzoek niet-ontvankelijk wegens connexiteit.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat appellant geen aanspraak kan maken op opvang op grond van de Wmo, bevestigt niet-ontvankelijkheid van beroep tegen gemeentelijk beleid, en vernietigt eerdere uitspraak voor verdere beoordeling.

Appellant verzoekt om toelating tot maatschappelijke opvang, maar heeft geen rechtmatig verblijf in Nederland. De Centrale Raad van Beroep bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank en wijst het hoger beroep af.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de verplichting tot het afsluiten van een zorgverzekering en de rechtsgeldigheid van de opgelegde boete door het Zorginstituut Nederland.

Hoger beroep van appellant tegen beëindiging maatschappelijke opvang door college wegens ontbreken rechtmatig verblijf. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak en wijst verzoek om schadevergoeding af.

Hoger beroep van appellant tegen niet-ontvankelijkverklaring bezwaar over beëindiging bijdrage door STUV. Centrale Raad bevestigt uitspraak rechtbank, geen toerekening besluit aan college.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op grond van de Wmo; appellant maakte onvoldoende aannemelijk dat hij in nood verkeerde.

Appellant vraagt om maatschappelijke opvang, maar wordt niet als kwetsbaar beschouwd onder artikel 8 EVRM. De Centrale Raad bevestigt de afwijzing van zijn aanvraag en oordeelt dat het college niet verplicht was opvang te bieden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat Zorgkantoor bevoegd was om pgb lager vast te stellen en terug te vorderen wegens niet-naleving van verantwoordingsplicht door appellant.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van het Zorgkantoor van een pgb, omdat appellant niet voldoende verantwoording heeft afgelegd over de besteding van het budget.

Hoger beroep van appellante tegen afwijzing van aanvragen voor hulp bij het huishouden, traplift en scootmobiel. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak, oordeelt dat medisch advies correct is en dat geen recht bestaat op gevraagde voorzieningen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt besluit Zorgkantoor om garantiebedrag pgb te laten vervallen bij zorguitbreiding. Appellant krijgt recht op hoger pgb voor 2013.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over de verzekeringsplicht van vreemdelingen met een verblijfsvergunning en vernietigt boetebesluiten van het Zorginstituut Nederland.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag maatschappelijke opvang; appellant had rechtmatig verblijf, maar geen dakloosheid.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat vreemdelingen geen recht hebben op opvang of leefgeld onder de Wmo 2015, omdat zij gebruik kunnen maken van andere voorzieningen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag voor hulp bij het huishouden; appellant is in staat huishoudelijk werk uit te voeren ondanks medische beperkingen.

Hoger beroep over de afwijzing van een aanvraag voor een nieuw pgb voor een scootmobiel. De Raad bevestigt dat de keuze van appellante om het pgb voor een auto te gebruiken voor haar rekening komt.

Centrale Raad van Beroep vernietigt uitspraak rechtbank Gelderland; beroep ongegrond verklaard wegens niet-ontvankelijkheid bezwaarschrift tegen Zorgkantoor.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat termijnoverschrijding bij bezwaar tegen terugvordering pgb verschoonbaar is en vernietigt eerdere uitspraak.

Hoger beroep over afwijzing Wtcg tegemoetkoming; appellant ontving minder dan 26 weken zorg, dus geen recht op tegemoetkoming. Uitspraak bevestigd op 23 december 2015.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat behandeling onder de Zorgverzekeringswet voorligt op AWBZ-zorg, waarbij het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat appellant recht heeft op een tegemoetkoming van € 290,- op grond van de Wtcg, na eerdere afwijzing door CAK.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over de indicatie voor persoonlijke verzorging van appellant met niet-aangeboren hersenletsel. De Raad vernietigt de eerdere uitspraak en verklaart het beroep tegen het CIZ-besluit gegrond, maar het beroep tegen het herziene besluit ongegrond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de minister bevoegd is om private partijen zoals SV Land in te schakelen voor toezicht op studiefinanciering. Herziening van uitwonendenbeurs naar thuiswonendenbeurs op basis van huisbezoek is rechtmatig.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat uitgeprocedeerde asielzoekers geen recht hebben op Wmo-opvang, omdat zij zich kunnen wenden tot de DT&V voor opvang in een VBL. De eerdere uitspraken van de rechtbank zijn vernietigd.

De Centrale Raad van Beroep wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af, omdat er geen spoedeisend belang is voor verzoeker, die gebruik kan maken van bestaande voorzieningen.

Centrale Raad van Beroep herroept besluit van de minister en zet prestatiebeurs van appellant om in gift, omdat zijn opleiding aan de OAA gelijkwaardig is aan die van de NLS.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang; appellante voldeed niet aan voorwaarden Wmo en had geen recht op opvang.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang; appellante voldeed niet aan voorwaarden en verkeerde niet in dakloosheid.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang; geen dakloosheid aangetoond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang; geen bewijs van dakloosheid.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang; geen dakloosheid aangetoond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang; geen bewijs van dakloosheid.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang; geen bewijs van dakloosheid.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van de aanvraag voor maatschappelijke opvang van appellante, maar oordeelt dat het college in de proceskosten moet worden veroordeeld.

De Centrale Raad van Beroep verlaagt een boete voor het niet afsluiten van een zorgverzekering van € 343,74 naar € 150,-, gezien de uitzonderlijk lage financiële draagkracht van de appellant.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de verplichting tot zorgverzekering en de rechtmatigheid van boetes opgelegd door het Zorginstituut Nederland.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing studiefinanciering voor Belgische appellant wegens onvoldoende economische activiteiten.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van studiefinanciering van appellante naar de norm voor thuiswonende studenten, gebaseerd op bevindingen van huisbezoeken en de afwezigheid van persoonlijke spullen op het gba-adres.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat herziening eigen bijdrage op basis van definitief inkomen mogelijk is, ook als deze eerder is vastgesteld op basis van artikel 8 Bbz.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag maatschappelijke opvang aan Tibetaanse vreemdeling; geen feitelijke dakloosheid aangetoond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing maatschappelijke opvang voor appellante uit Tibet, geen feitelijke dakloosheid aangetoond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant geen recht heeft op maatschappelijke opvang op basis van de Wmo, gezien zijn gebrek aan rechtmatig verblijf en de afwezigheid van noodzaak voor opvang.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag maatschappelijke opvang; geen feitelijke dakloosheid vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de studiefinanciering van appellante naar de norm voor thuiswonende studerende, omdat zij niet op het gba-adres woonde.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van studiefinanciering en terugvordering van appellante, die niet woonachtig was op haar gba-adres.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de herziening van de studiefinanciering van betrokkene terecht was, omdat hij niet op het gba-adres woonde. De eerdere uitspraak van de rechtbank is vernietigd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van studiefinanciering van een studente naar de norm voor thuiswonende studenten, wegens niet woonachtig zijn op het gba-adres.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van studiefinanciering en terugvordering van € 3.988,59, omdat appellante niet woonachtig was op haar gba-adres.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang op basis van Wmo; geen substantiële bedreiging van gezondheid aangetoond.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de studiefinanciering van appellant, die niet op het gba-adres woonde, en verklaart het beroep ongegrond.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de studiefinanciering van appellante, gebaseerd op haar woonsituatie, en wijst het hoger beroep af.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening en terugvordering van pgb door Zorgkantoor DSW B.V. Appellante heeft niet aangetoond dat Zorgkantoor niet bevoegd was. Hoger beroep slaagt niet.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van de studiefinancieringsaanvraag van een appellant wiens opleiding in Oostenrijk niet als hoger onderwijs wordt erkend.

Centrale Raad van Beroep rectificeert uitspraak van 5 november 2014 inzake proceskostenvergoeding in WMO-zaak, waarbij appellant € 2.922,- en griffierecht van € 166,- vergoed krijgt.

Hoger beroep over afwijzing aanvraag voor Persoonlijke Verzorging en Begeleiding. CIZ heeft medische grondslag voor afwijzing bevestigd. Raad bevestigt uitspraak rechtbank.

Hoger beroep over de verantwoording van een pgb. De Raad bevestigt dat appellant niet aan zijn verplichtingen heeft voldaan en dat het Zorgkantoor bevoegd was om het pgb lager vast te stellen en voorschotten terug te vorderen.

Centrale Raad van Beroep herroept de herziening van studiefinanciering voor een studente, o.a. vanwege onvoldoende onderzoek naar haar woonadres.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening studiefinanciering en terugvordering van € 2.871,48 op basis van niet-wonen op gba-adres.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag Wtos-toelage; appellant voldoet niet aan nationaliteitsvereiste en hardheidsclausule is niet van toepassing.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant geen recht meer heeft op studentenreisproduct vanaf 1 januari 2013, in lijn met wijziging Wet studiefinanciering 2000.

Centrale Raad van Beroep vernietigt niet-ontvankelijkverklaring bezwaarschrift studiefinanciering en verklaart beroep ongegrond.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat appellant niet op zijn GBA-adres woonde, waardoor de herziening van zijn studiefinanciering en terugvordering gerechtvaardigd zijn.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep tegen CIZ-besluit gegrond, maar laat rechtsgevolgen in stand. CIZ moet schadevergoeding betalen voor overschrijding redelijke termijn.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat het Zorgkantoor bevoegd was het pgb te verlagen en terug te vorderen, omdat appellant niet voldeed aan de verantwoordingseisen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Gelderland en oordeelt dat de algemene voorzieningen van [stichting 2] adequaat zijn voor appellante, die geen recht heeft op een individuele voorziening.

Het hoger beroep van appellante wordt niet-ontvankelijk verklaard wegens het ontbreken van procesbelang in de studiefinancieringszaak.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank Limburg over de toekenning van huishoudelijke hulp op basis van de Wmo, waarbij het medisch onderzoek als voldoende zorgvuldig werd beoordeeld.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de studiefinanciering van appellante, die niet woonachtig was op haar GBA-adres, en oordeelt dat zij niet voldeed aan de voorwaarden voor uitwonende studenten.

Hoger beroep over aanvraag maatschappelijke opvang; Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de redelijke termijn om te beslissen was verstreken en stelt dwangsom vast op € 1.260,-.

Verzoek om voorlopige voorziening afgewezen; verzoeker beschikt over onderdak en er is geen spoedeisend belang.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep gegrond. Schadevergoeding van € 1.000,- wegens overschrijding redelijke termijn.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de indicatie voor Persoonlijke Verzorging, klasse 6, en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van studiefinanciering na een huisbezoek, waarbij toestemming van de hoofdbewoner voldoende was voor rechtmatig binnentreden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de toekenning van drie uren hulp bij het huishouden aan appellant, oordelend dat het college zorgvuldig onderzoek heeft gedaan naar zijn beperkingen en dat appellant niet met medische stukken heeft onderbouwd dat deze ernstiger zijn dan vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Den Haag over de verlaging van het aantal uren hulp bij het huishouden voor appellante, na zorgvuldig onderzoek door het college.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep van appellante ongegrond, omdat zij geen deugdelijk bewijs heeft geleverd voor de besteding van het pgb.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking pgb en terugvordering door Zorgkantoor wegens niet-nakoming van verplichtingen door appellant.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van studiefinanciering en terugvordering op basis van woonadres in de GBA. Hoger beroep van appellante afgewezen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van studiefinanciering en terugvordering door de minister, op basis van de bevindingen van een huisbezoek en het ontbreken van bewijs dat appellante op haar GBA-adres woonde.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat appellante recht heeft op verlenging van haar prestatiebeurs wegens ziekte. Besluit van de minister vernietigd en beurs met acht maanden verlengd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van studiefinanciering voor een Belgische houtopleiding, oordelend dat het eindniveau niet vergelijkbaar is met Nederlandse opleidingen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Rotterdam over de niet-ontvankelijkheid van het bezwaar van appellant tegen de besluiten van de minister over studiefinanciering en OV-schuld.

De Centrale Raad van Beroep wijst op 22 april 2015 het verzoek om wraking van mr. E.J.M. Heijs af, omdat verzoeker geen objectieve aanwijzingen voor vooringenomenheid heeft aangedragen.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat CIZ voldoende onderzoek heeft gedaan naar de beperkingen van appellant. Aanspraak op AWBZ-begeleiding afgewezen. CIZ veroordeeld tot proceskostenvergoeding van € 2.450,- en griffierecht van € 157,-.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat er geen nieuwe feiten zijn die herziening van de vordering wegens meerinkomen rechtvaardigen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing verzoek om studieschuld lager vast te stellen na het volgen van twee masteropleidingen; geen recht op vijf jaren prestatiebeurs.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening studiefinanciering van appellante naar norm voor thuiswonende studenten, op basis van GBA-inschrijving.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank over studiefinanciering en verblijfsvergunning, oordeelt dat tegenstrijdige informatie op DUO's website het vertrouwensbeginsel niet ondersteunt.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag om maatschappelijke opvang; geen herhaalde aanvraag, maar nieuwe aanvraag. Geen bewijs van dakloosheid of dreiging daarvan.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag voor grotere accu scootmobiel; geen noodzaak aangetoond.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de niet-ontvankelijkheid van het beroep van appellante, omdat het beroepschrift te laat was ingediend.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van verzoek om huishoudelijke verzorging; geen medische noodzaak aangetoond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van hoog persoonlijk kilometerbudget; geen medische redenen voor onmogelijkheid tot treinreizen aangetoond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van studiefinanciering en terugvordering op basis van inconsistentie in woonadresverklaringen van appellante.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de studiefinanciering van appellante, die niet op haar GBA-adres woonde. De Minister heeft voldoende bewijs geleverd voor de terugvordering van te veel betaalde studiefinanciering.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de moeder van appellante niet gemachtigd was om bezwaar te maken tegen de intrekking van het pgb, omdat de handtekeningen wezenlijk verschillen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt eerdere uitspraak; herziening studiefinanciering niet onderbouwd, onvoldoende bewijs van woonsituatie.

De Centrale Raad van Beroep verklaart het verzoek om een voorlopige voorziening niet-ontvankelijk, omdat er geen hoger beroep aanhangig was.

Hoger beroep over toekenning van huishoudelijke hulp. Appellant betwistte de conclusie dat zijn echtgenote en dochter in staat waren lichte taken over te nemen. De Raad bevestigde de eerdere uitspraak en wees het verzoek om schadevergoeding af.

Hoger beroep over de weigering van een tegemoetkoming in verhuis- en herinrichtingskosten op basis van de Wmo. Voorwaarden niet nageleefd door appellant. Hoger beroep afgewezen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van de aanvraag voor continuering van huishoudelijke verzorging en de terugvordering van eerder toegekende voorzieningen, omdat de echtgenote van de appellant in staat was de huishoudelijke taken uit te voeren.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat appellante met gebruik van twee elleboogkrukken niet in staat is om meer dan 100 meter te lopen, en verleent haar een gehandicaptenparkeerkaart voor vijf jaar.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante geen recht heeft op vergoeding voor bovenregionaal vervoer, er is geen dreigend sociaal isolement.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat culturele identiteit niet in de weg staat aan medische indicatie voor zorg onder de AWBZ. Hoger beroep van appellante afgewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt niet-ontvankelijkheid van beroep inzake Wmo-hulpaanvraag; hoger beroep slaagt niet.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van het verzoek om maatschappelijke opvang, omdat geen sprake was van dakloosheid en de Wmo geen hulp bij huisvesting biedt.

De Centrale Raad van Beroep heeft bepaald dat de gemeente Amsterdam nachtopvang en maaltijden moet bieden aan uitgeprocedeerde asielzoekers, in afwachting van een standpunt van het ECSR.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat een uitgeprocedeerde asielzoeker recht heeft op maatschappelijke opvang. Voorzieningenrechter wijst verzoek om voorlopige voorziening toe.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing verzoek om voorlopige voorziening voor leefgeld en opvang; verzoeker niet tot kwetsbare groep gerekend.

De Centrale Raad van Beroep wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat er geen spoedeisend belang is. Verzoeker is gearresteerd en verblijft in voorlopige hechtenis.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening en terugvordering van studiefinanciering aan appellant, die niet woonachtig was op zijn GBA-adres, en oordeelt dat het huisbezoek rechtmatig was.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de gemeente Sittard-Geleen niet bevoegd is om te beslissen op de aanvraag van appellant voor maatschappelijke opvang onder de Wmo, en vernietigt eerdere besluiten.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening en terugvordering van studiefinanciering, omdat appellanten niet bewezen hebben op hun GBA-adres te hebben gewoond.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van onterecht verstrekt pgb aan de erven van de betrokkene, die niet heeft voldaan aan de verantwoordingsplicht.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat betrokkene niet kan worden tegengeworpen dat hij geen toestemming vroeg voor verhuizing; college had hardheidsclausule moeten toepassen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt uitspraak rechtbank en verklaart beroep ongegrond. CAK heeft geen aanleiding gevonden voor kwijtschelding eigen bijdrage van € 490,45.

Centrale Raad van Beroep rectificeert een eerdere uitspraak van 4 juni 2014 over griffierecht, waarbij een foutief bedrag werd vermeld. De rectificatie is gedaan op 10 december 2014.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag voor auto in bruikleen; appellante kan met vervoerskostenvergoeding in haar vervoersbehoefte voorzien.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag voor huishoudelijke hulp na afbouw op grond van de Wmo, omdat klachten van appellante niet medisch zijn geobjectiveerd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag gesloten buitenwagen; medische adviezen bieden voldoende grondslag voor besluit.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van verzoek om maatschappelijke opvang; verzoeker heeft onvoldoende medische gegevens verstrekt en behoort niet tot kwetsbare personen onder het EVRM.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking en terugvordering van pgb voor huishoudelijke verzorging, omdat appellant geen deugdelijke administratie voerde en het pgb niet voor het juiste doel gebruikte.

Centrale Raad van Beroep wijst verzoek om immateriële schadevergoeding af; appellant kan schade niet voldoende onderbouwen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag voor verlenging van huishoudelijke verzorging; geen noodzaak aangetoond door appellante.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging VOM-voorziening voor appellante, die zelfredzaam is door eigen auto te gebruiken. Hoger beroep ongegrond verklaard.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking en terugvordering van pgb wegens niet-naleving verantwoordingsverplichtingen door appellant.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag voor persoonlijk kilometerbudget wegens gebrek aan medische indicatie.

Hoger beroep van appellant tegen CAK over aanmaning voor eigen bijdrage zorg. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat geen beroep mogelijk is tegen de aanmaning.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de weigering van het college om appellant maatschappelijke opvang te bieden onterecht was en verklaart het beroep gegrond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt uitspraak rechtbank: onvoldoende bewijs dat betrokkene niet op GBA-adres woonde, herziening studiefinanciering onterecht.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van studiefinanciering aan appellante, die niet woonachtig was op het GBA-adres. Hoger beroep afgewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van pgb door Zorgkantoor Zuid-Limburg na overlijden betrokkene. Verantwoording ligt bij de verzekerde.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de verantwoordelijkheid voor de verantwoording van pgb-gelden bij de verzekerde ligt, ook na uitbesteding aan een zorgaanbieder. Terugvordering van € 1.812,87 door Zorgkantoor is rechtmatig.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag tegemoetkoming Wtcg; appellant voldoet niet aan wettelijke criteria.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van het recht op studiefinanciering en de vaststelling van een OV-schuld wegens onterecht beschikken over een geactiveerd reisrecht.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag maatschappelijke opvang op basis van Wmo en artikel 8 EVRM. Hoger beroep slaagt niet.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag maatschappelijke opvang voor vreemdeling zonder rechtmatig verblijf; geen recht op opvang.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van verzoek om maatschappelijke opvang; appellante moet gebruik maken van beschikbare voorzieningen.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de brief van 24 mei 2012 van de Svb een informatief karakter heeft en dat het bezwaar van betrokkene niet-ontvankelijk is verklaard. De aangevallen uitspraak wordt vernietigd en het beroep ongegrond verklaard.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Oost-Nederland en oordeelt dat het college terecht de huisstofmijtallergie van appellant niet in aanmerking heeft genomen bij de toekenning van hulp bij het huishouden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat bezwaar tegen bestuursrechtelijke premie niet-ontvankelijk is. Appellant moet zich wenden tot zorgverzekeraar voor klachten over wanbetaling.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van verzoek om maatschappelijke opvang; geen noodzaak voor opvang ten tijde van het primaire besluit.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag AWBZ-begeleiding; appellant niet onbehandelbaar voor psychische klachten.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de verzekerde verantwoordelijk is voor de verantwoording van het persoonsgebonden budget, ook bij uitbesteding aan een bemiddelingsbureau. Terugvordering door het Zorgkantoor is gerechtvaardigd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing bijstandsaanvraag van appellanten wegens gebrek aan verblijfstitel.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang; geen noodzaak voor opvang en beroep op artikel 8 EVRM faalt.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag maatschappelijke opvang; college voldeed aan verplichtingen onder EVRM. Appellant maakte niet aannemelijk dat opvang niet adequaat was.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant niet verzekerd is onder de AWBZ vanwege het koppelingsbeginsel. Geen schending van artikel 8 EVRM.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant met FPU-uitkering als verdragsgerechtigde bijdrageplichtig is. Hoger beroep ongegrond verklaard.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Amsterdam over de buitenlandbijdrage voor zorgverzekering van een appellant woonachtig in Schotland.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag hoog persoonlijk kilometerbudget door Argonaut. Medische feiten niet relevant voor reisbeperkingen. Hoger beroep afgewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag maatschappelijke ondersteuning; appellant kan huishoudelijke taken uitvoeren ondanks medische beperkingen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van tweede traplift voor appellante met beperkingen, oordeelt dat normale gebruik van de woning niet in gevaar is.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag brommobiel; combinatie scootmobiel en TaxiBUS voldoet aan vervoersbehoefte.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de niet-ontvankelijkheid van het bezwaar van appellant tegen het CAK, omdat het bezwaarschrift na de termijn was ingediend. De rechtbank oordeelde dat er geen verschoonbare termijnoverschrijding was.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de niet-ontvankelijkverklaring van het bezwaar van appellante tegen besluiten over studiefinanciering, omdat de besluiten als ontvangen worden beschouwd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat het bezwaar van appellant tegen de vordering wegens meerinkomen niet tijdig was ingediend. De vordering is terecht vastgesteld op € 2.078,08.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking en terugvordering van pgb door Zorgkantoor Haaglanden wegens niet-nagekomen verantwoordingsverplichting door appellant.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag voorzieningen Wmo; appellante kan medische klachten niet onderbouwen.

De Centrale Raad van Beroep rectificeert op 18 juni 2014 zijn uitspraak van 26 februari 2014 over het griffierecht, waarbij het te vergoeden bedrag wordt aangepast van € 115,- naar € 230,-.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant de besteding van het pgb niet heeft verantwoord en wijst het hoger beroep af.

Centrale Raad van Beroep rectificeert uitspraak van 2 april 2014 inzake hoger beroep tegen rechtbank Rotterdam, waarbij een fout op het voorblad is hersteld.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat betrokkene niet voldeed aan de verplichting om een zorgverzekering af te sluiten, omdat haar Duitse verzekering niet als zodanig onder de Zvw kan worden erkend. De eerdere uitspraak van de rechtbank wordt vernietigd en het beroep van betrokkene ongegrond verklaard.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat bezwaarschrift niet tijdig is ingediend en geen verschoonbare termijnoverschrijding is aangetoond.

Hoger beroep van appellant over buitenlandbijdrage en bijdrageplicht voor zorg in Spanje ongegrond verklaard. Recht op zorg blijft bestaan ondanks niet-ingeschreven zijn.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de tegemoetkoming in verhuis- en inrichtingskosten op basis van de Wmo, omdat er geen objectief aantoonbare beperkingen zijn.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat staatloze vreemdeling recht heeft op maatschappelijke opvang onder de Wmo, gezien zijn kwetsbare situatie en medische omstandigheden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing zorgaanvraag van niet-verzekerde vreemdeling; geen schending van artikel 8 EVRM.

Centrale Raad van Beroep vernietigt het besluit van de Minister van Onderwijs inzake reiskostenvergoeding en bevestigt eerdere uitspraak rechtbank Arnhem. Minister moet nieuw besluit nemen en vergoedt proceskosten van € 15,80.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over studiefinanciering en reiskostenvergoeding. Beroep gegrond, besluit van 19 juli 2013 vernietigd. Appellant moet nieuw besluit nemen en vergoedt proceskosten van € 15,80.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking en terugvordering van bijstand en pgb wegens gezamenlijke huishouding en schending van inlichtingenverplichting.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de hoogte van de inkomensafhankelijke bijdrage voor zorg zonder verblijf, vastgesteld door CAK, en oordeelt dat er geen ruimte is voor matiging op basis van zorgkwaliteit.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat CIZ onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de beperkingen van appellant en draagt hen op het besluit te herstellen binnen twee maanden.

Tussenuitspraak over afwijzing aanvragen hulp bij het huishouden. De Raad draagt het college op om gebreken in eerdere besluiten te herstellen na nader onderzoek.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing verzoek om loskoppeling bij aanvullende beurs; geen fundamentele verstoring relatie met vader aangetoond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag tot voortzetting indicatie BI klasse 3, toekenning BI klasse 2. Appellant heeft geen nieuwe gronden aangevoerd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening en terugvordering studiefinanciering wegens niet woonachtig op GBA-adres. Hoger beroep afgewezen.

Herziening en terugvordering van studiefinanciering na huisbezoek. Appellant woonde niet op GBA-adres. Hoger beroep afgewezen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening en terugvordering van studiefinanciering, omdat appellante niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij op haar GBA-adres woonde.

Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens gebrek aan procesbelang in rolstoelenzaak.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de tegemoetkoming op basis van de WTOS, omdat de betrokkene niet voldeed aan de vereiste studielast voor een voltijdopleiding.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de studiefinanciering van appellant door de Minister, die oordeelt dat appellant niet op zijn GBA-adres woonde. De opgelegde boete blijft ook in stand.

Hoger beroep over indicatie persoonlijke verzorging en begeleiding AWBZ. Raad vernietigt eerdere uitspraak, maar laat rechtsgevolgen in stand. CIZ veroordeeld in proceskosten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van AWBZ-zorgaanvraag door CIZ, o.b.v. advies en beschikbare Zvw-behandeling.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over de vaststelling van een persoonsgebonden budget voor woningaanpassingen. Proceskostenveroordeling wordt gecorrigeerd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; weigering verhuiskostenvergoeding op basis van Wmo blijft staan.

Centrale Raad van Beroep vernietigt uitspraak rechtbank Rotterdam en verklaart beroep ongegrond inzake studiefinanciering en boete.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over de hoogte van een bestuurlijke boete voor misbruik van studiefinanciering. De opgelegde boete van € 571,62 blijft in stand, ondanks eerdere verlaging door de rechtbank.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank over de herziening van studiefinanciering en terugvordering, oordeelt dat de herziening niet proportioneel was en veroordeelt de Minister in proceskosten.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat CIZ de zorgbehoefte van appellant met autistische stoornis correct heeft vastgesteld en geen aanleiding ziet voor een hogere indicatie voor begeleiding.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat gemeente Heerenveen niet bevoegd is om te beslissen op aanvraag maatschappelijke opvang Wmo. Besluit van rechtbank vernietigd en college veroordeeld in proceskosten.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de eigen bijdrage zorg voor betrokkene, waarbij de eerdere lage bijdrage onterecht was vastgesteld. De erven hebben geen recht op kwijtschelding van de herziening.

Hoger beroep over toekenning pgb voor hulp in de huishouding; zorg voor maaltijden niet toegekend. Hoger beroep ongegrond verklaard.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Roermond over zorgindicatie en pgb. Appellante's hoger beroep wordt ongegrond verklaard.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante niet heeft aangetoond dat ZZP VV07 niet het juiste zorgpakket is, en dat CIZ niet in strijd met de hoorplicht heeft gehandeld.

De Centrale Raad van Beroep wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat verzoekster geen spoedeisend belang heeft bij de toekenning van meer uren huishoudelijke hulp.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van CZ Zorgkantoor B.V. om een persoonsgebonden budget te verlenen, omdat appellant volgens de GBA niet over een woonadres beschikte.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing zorgfunctie PV en BI voor appellant op basis van medische indicatie en zelfredzaamheid.

Hoger beroep van CAK tegen uitspraak rechtbank over eigen bijdrage AWBZ. Raad vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep betrokkene ongegrond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de AWBZ-zorg voor appellant, oordelend dat er geen medische gronden zijn voor zorg. De eerdere uitspraak van de rechtbank wordt onderschreven.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking en terugvordering van een pgb wegens onvoldoende verantwoording door appellant. Persoonlijke omstandigheden bieden geen grond voor matiging.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van een pgb voor appellante na misbruik. Zwaarwegende omstandigheden, zoals analfabetisme en dementie, rechtvaardigen zorg in natura.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de niet-ontvankelijkheid van de beroepen van appellanten en verklaart deze ongegrond, met proceskostenvergoeding aan appellanten.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van studiefinanciering voor appellante, die als thuiswonend is aangemerkt. De Minister had voldoende bewijs dat appellante niet op het GBA-adres woonde.

Centrale Raad van Beroep bevestigt uitspraak rechtbank dat herziening studiefinanciering onterecht was, omdat huisbezoek onvoldoende bewijs bood voor niet-wonen op GBA-adres.

Centrale Raad van Beroep verklaart hoger beroep van appellant niet-ontvankelijk inzake maatschappelijke opvang; bevestigt afwijzing bijstandsaanvraag WWB.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat appellante haar woonplaats in Groningen had, ondanks tijdelijk verblijf in Almere voor haar stage. De herziening van studiefinanciering door de Minister werd onterecht geacht.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat 24 uur huishoudelijke hulp per week voldoende is voor appellante met beperkingen. Hoger beroep afgewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante's bezwaarschrift tegen boete zorgverzekering niet-ontvankelijk is wegens termijnoverschrijding zonder verschoonbare reden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag zorgzwaartepakket en stelt dat behandeling vanuit Zvw voorligt op AWBZ-zorg.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de toekenning van twee en een half uur huishoudelijke hulp per week aan appellante, gebaseerd op medisch advies en objectieve criteria.

Hoger beroep over de toekenning van een Canta en huishoudelijke hulp. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de medische adviezen zorgvuldig zijn en de indicatie voor huishoudelijke hulp voldoende gemotiveerd is.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant niet is geïndiceerd voor behandeling en dat kosten van zorg door MBL niet ten laste van pgb mogen worden gebracht.

De Centrale Raad van Beroep verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk in de zaak over de toelating tot maatschappelijke opvang voor een gezin met minderjarige kinderen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van AWBZ-indicatie voor zorg aan appellant met ernstige psychische klachten, omdat hij niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij recht heeft op de gevraagde zorg.

Hoger beroep van Roma gezin zonder rechtmatig verblijf dat aanvraag voor maatschappelijke opvang op grond van de Wmo heeft afgewezen gekregen. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak en wijst verzoek om schadevergoeding af.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van CIZ voor zorgfuncties PV en BG; appellant biedt geen medische onderbouwing voor zwaardere problematiek.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de oplegging van een bestuurlijke boete aan appellant wegens het niet hebben van een ziektekostenverzekering, met verwijzing naar de rechtsbescherming en solidariteitsbeginsel in de Zorgverzekeringswet.

Centrale Raad van Beroep bevestigt boete van Cvz voor niet verzekerd zijn tegen ziektekosten. Appellant kon geen rechtvaardigingsgronden aanvoeren voor het niet voldoen aan de zorgverzekeringsplicht.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van bijstands- en opvangverzoeken van vreemdeling zonder rechtmatig verblijf. Geen schending van EVRM-artikelen vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van de aanvraag voor maatschappelijke opvang door appellanten, oordelend dat er geen schending is van artikel 8 EVRM.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep van appellante ongegrond wegens onvoldoende verantwoording van het pgb. Het college wordt veroordeeld in de proceskosten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van Wmo-aanvragen voor vervoersvoorziening en hulp bij het huishouden. Appellant bracht geen nieuwe gronden naar voren in hoger beroep.

Hoger beroep over terugvordering van niet verantwoorde AWBZ-zorgkosten. Geen bewijs dat het bedrag van € 999,26 aan zorg is besteed. Uitspraak bevestigd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van een pgb door Zorgkantoor 't Gooi, omdat appellante niet volledig verantwoording heeft afgelegd. Hoger beroep slaagt niet.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante geen prevalerend recht heeft in Frankrijk en dat de inhouding van de buitenlandbijdrage op haar pensioen rechtmatig is.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat een in Frankrijk woonachtige AOW-gerechtigde recht heeft op zorg volgens het woonlandpakket en dat de buitenlandbijdrage rechtmatig is.

Hoger beroep over buitenlandbijdrage Zorgverzekeringswet voor een in Frankrijk woonachtige verdragsgerechtigde. De Raad bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag voor hulpmiddelen op basis van Wmo; DSW voldeed aan compensatieplicht door verhuizing aan te bieden.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de appellant voor Zorgzwaartepakket VG07, omdat zijn gedragsproblematiek met reguliere middelen kan worden behandeld.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag voor aanpassing elektrische buitenrolstoel; geen medische noodzaak aangetoond en geen ondubbelzinnige toezegging gedaan.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag pgb voor elektrische binnenrolstoel; onvoldoende rekening gehouden met persoonlijke omstandigheden van betrokkene.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Haarlem over de indicatie voor zorg op basis van de AWBZ. Hoger beroep ongegrond verklaard.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de vervoerskostenvoorziening voor appellante met rug- en nekklachten, omdat zij in staat is gebruik te maken van het AOV.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep ongegrond; afwijzing aanvraag woningaanpassing op basis van Wmo is rechtmatig.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de brief van 16 september 2011 geen besluit is, waardoor het bezwaar van appellant niet-ontvankelijk is verklaard.

De Centrale Raad van Beroep verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk wegens het ontbreken van procesbelang na het overlijden van de appellant zonder erfgenamen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag voor gesloten buitenwagen; AOV plus en scootmobiel bieden voldoende compensatie voor beperkingen appellante.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de beslissing van het college over beëindiging bijzondere bijstand voor pension. Appellante's bezwaar wordt gegrond verklaard, college veroordeeld tot proceskosten van € 2.360,-.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van verzoek om bemiddeling bij woning op basis van Wmo; aanvraag is nieuw en valt niet onder prestatievelden.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de vrijheidsbeperkende maatregel aan de Roma-appellant adequaat was en verklaart het beroep ongegrond.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat indicatie voor verblijf bij pleegouder mogelijk is zonder machtiging tot uithuisplaatsing. Beroep appellante gegrond verklaard.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat een boodschappenservice een algemeen gebruikelijke voorziening is, waardoor geen hulp voor boodschappen nodig is. De eerdere uitspraak van de rechtbank is vernietigd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt eerdere uitspraak; appellant krijgt boete voor niet afsluiten zorgverzekering. Geen strijd met mensenrechten aangetoond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van pgb-aanvraag voor woningaanpassingen, omdat appellant niet meewerkte aan bouwtechnisch onderzoek.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank over de buitenlandbijdrage van appellant en oordeelt dat de bestuursrechter niet bevoegd is in deze zaak.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de voorlopige buitenlandbijdrage van appellant voor 2008 en wijst het hoger beroep af.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking en terugvordering van pgb voor huishoudelijke hulp wegens niet voldoen aan verantwoordingsplicht.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag voor verhuiskosten en traplift op basis van Wmo, omdat appellante zonder toestemming is verhuisd naar een niet-passende woning.

Hoger beroep over de weigering van het college om het aantal uren huishoudelijke hulp uit te breiden. De Raad bevestigt de eerdere uitspraak dat de HH2, klasse 2, toereikend is.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat CIZ onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de zorgindicatie van appellante met neurofibromatose en draagt CIZ op het besluit te herstellen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep van appellante tegen het besluit van CIZ ongegrond, met betrekking tot de AWBZ zorgindicatie.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de buitenlandbijdrage over zorgjaar 2008, appellant heeft geen recht op vrijstelling op basis van verzekering bij IAK.

De Centrale Raad van Beroep heeft op 11 september 2013 het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, omdat er geen spoedeisend belang was aangetoond voor de gevraagde vervoersvoorziening op grond van de Wmo.

Centrale Raad van Beroep wijst verzoek om voorlopige voorziening af; verzoekster met ME heeft geen spoedeisend belang voor extra zorg, aangezien zij al tot 26 oktober 2013 pgb ontvangt.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant redelijkerwijs moest begrijpen dat hij een eigen bijdrage verschuldigd was voor verblijf in zorginstelling, ondanks terugwerkende kracht.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat CIZ onvoldoende redenen had om zorgindicatie voor Begeleiding Individueel te weigeren. Proceskostenveroordeling onterecht.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag zorgzwaartepakket GGZ 3C door CIZ; appellante niet aangewezen op voortdurende zorg.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag voor vervoersvoorziening op grond van de Wmo; appellante is niet op gesloten buitenwagen aangewezen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Amsterdam over de voorlopige buitenlandbijdrage Zvw voor 2008, waarbij het hoger beroep van appellant niet slaagt.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank over de buitenlandbijdrage Zorgverzekeringswet, ondanks overschrijding van de termijn door Cvz.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag bijzondere bijstand door het college van burgemeester en wethouders van Almere. Appellant, een Roma, verbleef niet rechtmatig in Nederland en voldeed niet aan de voorwaarden voor bijstandsverlening.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt over de beëindiging van de noodopvang voor een Roma-familie in Almere. De Raad vernietigt de eerdere uitspraak en verklaart het beroep gegrond, waarbij het college wordt veroordeeld in de proceskosten.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt over de beëindiging van noodopvang voor Roma in Almere. De Raad verklaart het beroep gegrond en vernietigt het eerdere besluit van het college, maar wijst het beroep tegen een ander besluit af.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van aanvraag voor woningaanpassingen en verhuiskostenvergoeding wegens gebrek aan rechtmatig verblijf.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Arnhem over de toekenning van een persoonsgebonden budget aan appellante, die geen toestemming gaf voor medisch onderzoek door CIZ.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de toekenning van zes uur huishoudelijke hulp per week aan appellante, die onvoldoende medische onderbouwing biedt voor een hoger budget.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van bijstand en beëindiging van het pgb voor appellante, die inkomsten uit schoonmaakwerkzaamheden niet meldde.

Hoger beroep over eigen bijdrage scootmobiel; CAK heeft correct gehandeld bij vaststelling eigen bijdrage. Uitspraak rechtbank bevestigd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en besluit van college over afwijzing pgb-aanvraag, maar laat rechtsgevolgen in stand. Proceskosten van € 1.888,- worden vergoed.

Hoger beroep over omzetting studiefinanciering. Betrokkene heeft adreswijziging niet tijdig doorgegeven. Raad bevestigt uitspraak rechtbank en verklaart beroep Minister ongegrond.

De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank die het besluit van de IB-Groep vernietigde, omdat de termijnoverschrijding van het bezwaar niet terecht was. De besluiten van 12 maart 2011 worden herroepen en de Minister wordt veroordeeld in de proceskosten van de betrokkene.

Centrale Raad van Beroep veroordeelt CIZ in proceskosten van appellant tot € 1.416,- na intrekking hoger beroep.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van de aanvraag voor maatschappelijke opvang op basis van verblijfsstatus. Appellant heeft geen recht op opvang volgens de Wmo.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank die het beroep van appellante tegen de indicatiebeslissing van CIZ ongegrond verklaarde. Appellante heeft geen nieuwe bewijsstukken overgelegd die haar zorgbehoefte onderbouwen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van CIZ voor indicatie persoonlijke verzorging en begeleiding; appellant heeft geen medische onderbouwing overgelegd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de eerdere uitspraak dat de huidige scootmobiel van appellante adequaat is, ondanks haar bezwaren over veiligheid.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van het pgb van appellante en de terugvordering van € 2.714,--, omdat zij geen verantwoording heeft afgelegd over de besteding.