Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
uitspraak van de meervoudige kamer van 8 november 2016 op het hoger beroep van:
Koninklijke PostNL B.V. (PostNL), appellante
(gemachtigden: mr. P. Glazener, mr. M.J. Geus en mr. D.P. Kuipers),
PostNL en de Autoriteit Consument en Markt (ACM)
Als derde-partijen hebben aan het geding deelgenomen:
Van Straaten Post B.V., te Nieuwegein (VSP) en Intrapost B.V., te ’s-Hertogenbosch (IP)
Procesverloop in hoger beroep
4 februari 2016, kenmerk 15/3081 (ECLI:NL:RBROT:2016:823). PostNL heeft tevens hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak met hetzelfde ECLI-nummer, voor zover de rechtbank hierin haar beroepen met kenmerk 15/6250 en 16/123 heeft beoordeeld, op welk hoger beroep door het College onder zaaknummer 16/639 heden uitspraak wordt gedaan.
Grondslag van het geschil
Uitspraak van de rechtbank
Beoordeling van het geschil in hoger beroep
Beslissing
- herroept het primaire besluit van 24 september 2013, zoals gewijzigd bij besluit van 4 oktober 2013;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde besluit;
- draagt ACM op het betaalde griffierecht van € 331,- (rechtbank) en € 503,- (College) aan PostNL te vergoeden;
- veroordeelt ACM in de proceskosten en de in bezwaar gevallen kosten tot een bedrag van € 2.976,-.
.