Bijlage
Artikel 125, eerste en tweede lid
Het gemeentebestuur is bevoegd tot oplegging van een last onder bestuursdwang.
De bevoegdheid tot oplegging van een last onder bestuursdwang wordt uitgeoefend door het college, indien de last dient tot handhaving van regels welke het gemeentebestuur uitvoert.
Algemene wet bestuursrecht:
Artikel 5:1, tweede lid
Onder overtreder wordt verstaan: degene die de overtreding pleegt of medepleegt.
De bevoegdheid tot het opleggen van een bestuurlijke sanctie bestaat slechts voor zover zij bij of krachtens de wet is verleend.
Een bestuurlijke sanctie wordt slechts opgelegd indien de overtreding en de sanctie bij of krachtens een aan de gedraging voorafgaand wettelijk voorschrift zijn omschreven.
Artikel 5:32, eerste lid
Een bestuursorgaan dat bevoegd is een last onder bestuursdwang op te leggen, kan in plaats daarvan aan de overtreder een last onder dwangsom opleggen.
Artikel 8:73, derde lid aanhef en onder b
De bestuursrechter kan bepalen dat zijn uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde besluit of het vernietigde gedeelte daarvan.
Artikel 8:75, eerste lid
De bestuursrechter is bij uitsluiting bevoegd een partij te veroordelen in de kosten die een andere partij in verband met de behandeling van het beroep bij de bestuursrechter, en van het bezwaar of van het administratief beroep redelijkerwijs heeft moeten maken. De artikelen 7:15, tweede tot en met vierde lid, en 7:28, tweede, vierde en vijfde lid, zijn van toepassing. Een natuurlijke persoon kan slechts in de kosten worden veroordeeld in geval van kennelijk onredelijk gebruik van procesrecht. Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld over de kosten waarop een veroordeling als bedoeld in de eerste volzin uitsluitend betrekking kan hebben en over de wijze waarop bij de uitspraak het bedrag van de kosten wordt vastgesteld.
Besluit proceskosten bestuursrecht:
Artikel 1, aanhef en onder a
Een veroordeling in de kosten als bedoeld in artikel 8:75 onderscheidenlijk een vergoeding van de kosten als bedoeld in artikel 7:15, tweede lid, of 7:28, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht kan uitsluitend betrekking hebben op kosten van door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht:
Artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c
Het is verboden zonder omgevingsvergunning een project uit te voeren, voor zover dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan, een beheersverordening, een exploitatieplan, de regels gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, of 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening of een voorbereidingsbesluit voor zover toepassing is gegeven aan artikel 3.7, vierde lid, tweede volzin, van die wet.
Bestemmingsplan Oude Stad Zuidwest 2016:
Artikel 16.1.1
De voor “Wonen” aangewezen gronden zijn bestemd voor:
wonen met dien verstande dat er sprake is van grondgebonden woningen;
water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
bouwwerken van algemeen nut.
Artikel 16.1.2
Ter plaatse van de aanduiding:
detailhandel;
dienstverlening;
erf;
garagebox;
horeca van categorie 1;
kantoor;
maatschappelijk;
parkeerterrein,
zijn de voor ´Wonen´ aangewezen gronden mede bestemd voor de daarbij weergegeven functie(s).
bedrijf van categorie 1, bedrijf van categorie 2 en bedrijf van categorie 3.1, zoals nader aangeduid in Bijlage 2 Overzicht bedrijven met afwijkende milieucategorie zijn de voor Wonen aangewezen gronden mede bestemd voor deze functie, waarbij bedrijven die zijn opgenomen in Bijlage 2 Overzicht bedrijven met afwijkende milieucategorie volgens de opgenomen omschrijving en categorie uitsluitend op het genoemde adres zijn toegestaan;
'kamerverhuur' zijn de voor ´Wonen´ aangewezen gronden mede bestemd voor de huisvesting van meer dan 5 personen in onzelfstandige wooneenheid/eenheden tot het maximaal aantal bewoners, zoals is opgenomen in de Bijlage 3 Kamerverhuurpanden.
Artikel 16.1.3
De voor ‘Wonen’ aangewezen gronden zijn tevens bestemd voor:
aan- en uitbouwen en bijgebouwen;
tuinen en erven;
bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
parkeer-, stallings- en verkeersvoorzieningen;
groen- en speelvoorzieningen;
objecten voor beeldende kunst;
beroepsmatige activiteiten als een aan huis verbonden beroep;
bed & breakfast tot maximaal twee kamers;
productiegeboden detailhandel behorende bij de aanduiding bedrijf met uitzondering van detailhandel in voedings- en genotsmiddelen, zijnde maximaal 20 % van de bedrijfsvloeroppervlakte met een maximum van 100m²;
voor zover deze voorzieningen behoren bij en ondergeschiktheid aan een van de onder 16.1.1 en 16.1.2 genoemde functies.
Artikel 16.1.5
Tot een gebruik van gronden en bouwwerken strijd met de bestemming wordt in elk geval gerekend:
het gebruik van (vrijstaande) bijgebouwen, waaronder garages (ga) als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte;
het gebruik van een woning voor huisvesting van meer dan 5 personen in onzelfstandige wooneenheden (kamerverhuur) anders dan toegelaten op grond van 16.1.1 en 16.1.2;
de uitoefening van enige tak van handel, nijverheid of dienstverlening daaronder begrepen detailhandel, ambachtelijk of industrieel bedrijf, anders dan toegelaten op grond van 16.1;
het gebruik van gronden en bouwwerken als geluidshinderlijke inrichting of risicovolle inrichting;
het splitsen van een (grondgebonden) woning in twee of meer zelfstandigen woonruimten;
het storten van puin en afvalstoffen, anders dan ter realisering en/of handhaving van de bestemming;
opslag van gerede of ongerede goederen, zoals vaten, kisten, bouwmaterialen, werktuigen, machines en onderdelen hiervan, anders dan ter realisering en/of handhaving van de bestemming;
opslag van gebruiksklare of onklare voer- en vaartuigen of onderdelen daarvan, anders dan ter realisering en/of handhaving van de bestemming;
het plaatsen of geplaatst houden van onderkomens;
het gebruik van gronden en bouwwerken voor zelfstandige kantoren of zelfstandige kantoorruimten.
Algemene Plaatselijke Verordening Tilburg:
Artikel 94, aanhef en onder c
In deze afdeling wordt verstaan onder seksinrichting: de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotische-massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
Artikel 95
In dit hoofdstuk wordt verstaan onder bevoegd bestuursorgaan: het college of, voor zover het betreft voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij behorende erven als bedoeld in artikel 174 van de Gemeentewet, de burgemeester.
Artikel 97, eerste lid
Het is verboden een seksinrichting of escortbedrijf te exploiteren of te wijzigen zonder vergunning van het bevoegd bestuursorgaan.