In deze zaak heeft de Autoriteit Consument & Markt (ACM) de leveringsvergunningen van Welkom Energie B.V. voor gas en elektriciteit aan kleinverbruikers ingetrokken, met ingang van 1 november 2021. Eiser, die stelt schade te lijden door deze intrekking, heeft beroep ingesteld tegen het besluit van de ACM dat zijn bezwaren niet-ontvankelijk verklaarde. De rechtbank heeft geoordeeld dat eiser geen belanghebbende is bij de primaire besluiten, omdat zijn belang niet voldoende afwijkt van dat van andere ex-afnemers van Welkom Energie. De rechtbank erkent dat de motivering van het bestreden besluit gebrekkig is, maar concludeert dat dit eiser niet benadeelt, aangezien de ACM terecht heeft vastgesteld dat eiser geen persoonlijk belang heeft. De rechtbank wijst erop dat de gevolgen van de intrekking voor alle afnemers gelden en dat eiser in een civiele procedure kan opkomen tegen de nieuwe overeenkomst met Eneco. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en is onbevoegd om te oordelen over de verzoeken om schadevergoeding en nadeelcompensatie. Wel wordt de ACM veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht en de proceskosten van eiser.