6.3Op grond van artikel 4:87, eerste lid, van de Wft treft een beleggingsonderneming adequate maatregelen:
a. ter bescherming van de rechten van cliënten op aan hen toebehorende gelden en financiële instrumenten; en
b. ter voorkoming van het gebruik van die gelden of financiële instrumenten, behoudens uitdrukkelijke instemming van de cliënt indien het financiële instrumenten betreft, voor eigen rekening door de beleggingsonderneming.
Op grond van het tweede lid van dit artikel kunnen bij of krachtens algemene maatregel van bestuur nadere regels worden gesteld met betrekking tot:
a. de maatregelen ter bescherming van de rechten van de cliënt en ter voorkoming van het gebruik van financiële instrumenten of gelden van de cliënt; en
b. de wijze waarop instemming kan worden verkregen van de cliënt voor het gebruik van diens financiële instrumenten voor eigen rekening door de beleggingsonderneming.
Op grond van artikel 165, eerste lid, van het BGfo draagt een beleggingsonderneming:
(…)
d. er zorg voor dat financiële instrumenten van cliënten die overeenkomstig artikel 165a bij een derde worden aangehouden, door middel van verschillend getitelde rekeningen in de boeken van de derde of door middel van andere vergelijkbare maatregelen waarmee hetzelfde beschermingsniveau wordt bereikt, kunnen worden onderscheiden van de financiële instrumenten die aan de beleggingsonderneming zelf toebehoren, en van de financiële instrumenten die aan de derde toebehoren;
e. er zorg voor dat de gelden van cliënten die overeenkomstig artikel 165b worden aangehouden op een rekening of rekeningen die kan of kunnen worden onderscheiden van alle rekeningen die worden gebruikt voor het aanhouden van gelden die aan de beleggingsonderneming zelf toebehoren;
(…).
Op grond van het tweede lid van dit artikel stelt de AFM regels met betrekking tot de maatregelen ter bescherming van de rechten van de cliënt en ter voorkoming van het gebruik van financiële instrumenten of gelden van de cliënt, bedoeld in artikel 4:87, eerste en tweede lid, van de wet.
Deze regels heeft de AFM gesteld in de Nadere Regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft (Nrgfo).
Op grond van artikel 7:17, eerste lid, van de Nrgfo kan een beleggingsonderneming die een beleggingsdienst verleent als bedoeld in onderdeel a, b of c van de definitie van het verlenen van een beleggingsdienst in artikel 1:1 van de wet voldoen aan het vereiste dat zij adequate maatregelen treft ter bescherming van de rechten van cliënten op aan hen toebehorende gelden of financiële instrumenten en ter voorkoming van het ongeoorloofd gebruik daarvan als bedoeld in artikel 4:87, eerste lid, van de wet door het sluiten van een schriftelijke overeenkomst met een cliënt, waarin tenminste is bepaald dat:
a. de door de beleggingsonderneming aangehouden financiële instrumenten die de cliënt toebehoren worden bewaard en geadministreerd:
1. overeenkomstig het bepaalde in de Wet giraal effectenverkeer, of
2. in een bewaarinstelling;
b. de gelden, als bedoeld in artikel 4:87, eerste lid, onder a, van de wet, worden aangehouden op een of meer rekeningen bij een bank ten name van de cliënt, of in een bewaarinstelling, indien de gelden ter uitvoering van een transactie in financiële instrumenten worden aangehouden;
(…)
Op grond van artikel 7:17, tweede lid, onder d en e, van de Nrgfo draagt de beleggings-onderneming er zorg voor dat de bewaarinstelling, bedoeld in het eerste lid, voldoet aan de volgende voorwaarden:
(…)
d. de bewaarinstelling verricht geen andere activiteiten dan het bewaren en administreren van de financiële instrumenten, bedoel in het eerste lid, onderdeel a, of de gelden, bedoeld in het eerste lid, onder b;
e. de bewaarinstelling treedt uitsluitend op in het belang van de cliënten van wie financiële instrumenten en gelden door de beleggingsonderneming bij de bewaarinstelling in bewaring zijn gegeven.
Op grond van artikel 165b, eerste lid, aanhef en onder b, van het BGfo stort een beleggingsonderneming die gelden van een cliënt ontvangt deze gelden onmiddellijk op een of meer rekeningen bij een erkend geldmarktfonds indien de cliënt daarmee uitdrukkelijk heeft ingestemd.
Op grond van het derde lid van dit artikel wordt voor de toepassing van het eerste lid, aanhef en onderdeel d, onder een erkend geldmarktfonds verstaan een erkend geldmarktfonds in de zin van artikel 1, vierde lid, van de gedelegeerde uitvoeringsrichtlijn markten voor financiële instrumenten 2014 (MIFID II Gedelegeerde richtlijn 2017/593/EU; Gedelegeerde Richtlijn).
Op grond van artikel 1, vierde lid, van de Gedelegeerde Richtlijn wordt onder ‘erkend geldmarktfonds’ verstaan een instelling voor collectieve belegging die in het kader van Richtlijn 2009/65/EG een vergunning heeft gekregen dan wel onder toezicht staat en, indien van toepassing, een vergunning van een autoriteit heeft gekregen naar het nationale recht van de lidstaat die de vergunning verleent, en die aan alle volgende voorwaarden voldoet:
haar primaire beleggingsdoelstelling moet zijn dat de intrinsieke waarde van de instelling constant a pari (exclusief winsten) dan wel op de waarde van het aanvangskapitaal plus winsten wordt gehouden;
om deze primaire beleggingsdoelstelling te verwezenlijken, mag zij uitsluitend beleggen in hoogwaardige geldmarktinstrumenten met een looptijd of een resterende looptijd van niet meer dan 397 dagen of met periodieke rendementsaanpassingen die aansluiten bij een dergelijke looptijd, en met een gewogen gemiddelde looptijd van 60 dagen. Zij mag deze doelstelling ook verwezenlijken door bij wijze van nevenactiviteit in deposito's bij kredietinstellingen te beleggen;
zij moet liquiditeit verschaffen door afwikkeling op dezelfde dag of de dag daarop.
a.
a) Tekorten [fonds]