Uitspraak
uitspraak van de meervoudige kamer van 20 april 2023 in de zaak tussen
[naam 1] en [naam 2] , uit Middelstum, eisers,
Instituut Mijnbouwschade Groningen, het Instituut,
Inleiding
gemachtigden van het Instituut. De rechtbank heeft achter gesloten deuren geluisterd naar het verhaal van de minderjarige zoon van eisers.
Beoordeling door de rechtbank
€ 5.000,-) en de vraag hoe hier mee moet worden omgegaan in het geval van eisers, waarbij sprake is geweest van sloop/nieuwbouw.
.Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
Achtergrond van smartengeld ten gevolge van gaswinning
-voor zover van belang- als volgt:
“Voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat, heeft de benadeelde recht op een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding: indien de benadeelde (…) op andere wijze in zijn persoon is aangetast.”
“de Persoonlijke Impact Analyse (PIA)”.Dit houdt in dat aanvragers de feiten en omstandigheden die volgen uit voornoemde bouwstenen kunnen aanvullen door middel van het invullen van een vragenlijst. Hiermee kan de persoonlijke impact op de persoon van de aanvrager verder worden ingeschat.
15 maart 2019, ECLI:NL:HR:2019:376, en het arrest van het Hof van 17 december 2019, r.o. 7.34). Dat is een andere grond dan die waar de gestandaardiseerde methode van het Instituut op is geënt en doet zich hier niet voor.
(€ 1.375,- respectievelijk € 875,- na gedurende vier maanden elders moeten wonen door asbest in de huurwoning);
(€ 5.000,- na gedurende ruim vijf jaar bijzonder ernstige overlast van buren met gevolgen voor psychisch welzijn en welbevinden);
“Iets van erkenning”, Vergoeding van immateriële schade in Groningenvan 2 december 2019). Op grond van dat advies zou per huishouden maximaal een vergoeding van € 3.000,- kunnen worden toegekend op basis van drie vignetten (wonen, gezondheid en welzijn).
€ 2.151,31.
De bouwstenen 3 en 4 houden geen rekening met sloop/nieuwbouw, maar enkel met de uitgekeerde vergoeding voor
fysieke schade(bouwsteen 3) en de duur van de afhandeling hiervan (bouwsteen 4). Kort samengevat levert onder bouwsteen 3 een vergoeding van schade van meer dan € 45.000,-, ongeacht de duur van de schadeafhandeling, een maximaal aantal van 4 punten op en de noodzaak tot slopen en nieuwbouw van een huis 0 punten. Het is dit onderscheid wat de gemachtigde van eisers op zitting heeft aangekaart. Op zitting is door eiseres naar voren gebracht dat er -na twee meldingen- geen fysieke schade meer is gemeld omdat het huis gesloopt zou worden. Eiseres heeft naar voren gebracht dat het feit dat het huis is gesloopt de grootst mogelijke schademelding is en dat ze er niet bij kan dat de bouwstenen zo zijn gemaakt dat de immateriële schade (enkel) wordt gekoppeld aan de materiële schade.
17 december 2019 aangehaalde onderzoek
‘Gaswinning en versterking’van Gronings Perspectief van mei 2019 (r.o. 7.15.4). Eiseres heeft ter zitting een situatie geschetst die hierbij aansluit en ook past bij de uitkomst van de door eisers ingevulde PIA.
wijze waarop de versterkingsoperatie feitelijk is uitgevoerd. De rechtbank overweegt daartoe het volgende.
wijze waarop de versterkingsoperatie feitelijk is uitgevoerd, zoals de duur van de afhandeling, acht het Instituut zich niet bevoegd. Daarbij is gewezen op Kamerstukken
(35 603, nr. 3, blz. 49-50 en nr. 4, blz. 10-11).
wijze waarop de versterkingsoperatie feitelijk is uitgevoerdniet wordt betrokken bij de beoordeling van de bestreden besluiten, zijn de hierna genoemde bedragen wel op zijn plaats. De rechtbank slaat daarbij acht op het gegeven dat het Instituut bij de toekenning van immateriële schade in het kader van veiligheid (bouwsteen 2) wel rekening houdt met het gegeven dat gaswinning ertoe heeft geleid dat de woning van eisers is gesloopt en opnieuw is opgebouwd. Voor de rechtbank is zonneklaar dat het enkele feit dat deze keuze moest worden gemaakt een ingrijpende gebeurtenis is geweest die -los van de (duur van de) afhandeling door de NCG- het normale gezinsleven ernstig heeft verstoord. De zoon van eisers heeft dit op zitting treffend verwoord. Voor het stellen van prejudiciële vragen bestaat geen aanleiding.