Indien de Managementovereenkomst als bedoeld in artikel 4.1 wordt beëindigd, is de Aandeelhouder verplicht om uiterlijk 4 weken na beëindiging van bedoelde
overeenkomst zijn aandelen aan te bieden aan de overige Aandeelhouders, die
alsdan pro rata gehouden zijn de aandelen van de Aandeelhouder te betalen en af
te nemen. De Vennootschap is in een zodanig geval te allen tijde bevoegd de
Aandelen in te kopen, in welk geval een aanbieding aan de Vennootschap geacht
zal worden een aanbieding aan de overige Aandeelhouders te vormen. De
Vennootschap is verplicht de aangeboden Aandelen af te nemen en de koopprijs te
voldoen indien sprake is van beëindiging van de pensionering of aanhoudende
arbeidsongeschiktheid op grond waarvan de aandelen moeten worden
aangeboden. Tenzij in deze Overeenkomst niet uitdrukkelijk wordt afgeweken van
hetgeen in de Statuten van de Vennootschap is bepaald omtrent aanbieding van
de Aandelen, is deze regeling van overeenkomstige toepassing.
(…)
Artikel 8 - Waardering Aandelen in geval van aanbieding
Ingeval van aanbieding op grond van het bepaalde in artikel 7, vierde lid, onderdeel i, ii, iii, iv en viii, wordt, zulks in afwijking in zoverre van de statuten en het elders in deze overeenkomst bepaalde, gesteld op de nominale waarde van de aandelen. Indien de aandelen op andere gronden zoals opgenomen in deze Overeenkomst en/of de Statuten moeten worden aangeboden, zal de prijs zal worden bepaald conform het bepaalde in artikel 6 van de Statuten, met dien verstande dat - zulks in zoverre in afwijking van het bepaalde in de statuten van de Vennootschap en het bepaalde in artikel 2:192 BW – de deskundigen de waarde van de Aandelen bepalen op basis van het intrinsieke vermogen van de vennootschap en bij de waardebepaling van de aandelen geen rekening gehouden wordt met goodwill van de Vennootschap en/of haar dochtermaatschappijen.