In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvraag voor een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv). De minister heeft deze aanvraag met het besluit van 17 maart 2021 afgewezen. Met het bestreden besluit van 29 november 2022 op het bezwaar van eiseres is de minister bij de afwijzing van de aanvraag gebleven. De rechtbank heeft het beroep op 31 mei 2024 op zitting behandeld, waarbij de gemachtigde van eiseres en de gemachtigde van de minister aanwezig waren. Eiseres, geboren in 2006 en afkomstig uit Sierra Leone, wil verblijf bij haar tante en pleegmoeder, referente. De rechtbank oordeelt dat de minister de hoorplicht heeft geschonden door alleen referente te horen en niet eiseres zelf. Dit is in strijd met artikel 7:2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en draagt de minister op om binnen acht weken een nieuw besluit te nemen, waarbij eiseres gehoord moet worden. Tevens moet de minister het griffierecht en proceskosten aan eiseres vergoeden.