Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 23 juni 2021 in de zaken tussen
de minister van buitenlandse Zaken, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Voor de relevante wet- en regelgeving verwijst de rechtbank naar de bijlagen bij de bestreden besluiten.
12 maart 1996 trad eiser in Kayseri, Turkije, in het huwelijk met [A] , geboren op [geboortedag 2] 1971 in [geboorteplaats 2] , Griekenland. Niet is gebleken dat dit huwelijk is ontbonden. Eiseres, geboren op [geboortedag 3] 2007 in [geboorteplaats 1] , Turkije, is de dochter van eiser en [B] , geboren op [geboortedag 4] 1966 in Turkije (hierna: de moeder). De dochter verkreeg door geboorte de Turkse nationaliteit. De ouders van eiseres zijn niet met elkaar getrouwd. Uit het Turkse uittreksel van het bevolkingsregister blijkt dat eiser zijn dochter ter gelegenheid van de geboorteaangifte op 24 oktober 2007 heeft erkend. De moeder van eiseres is in het bezit van de Turkse nationaliteit. Zij heeft nooit de Nederlandse nationaliteit verkregen. Op 20 oktober 2006 is eiser uitgeschreven uit de Basisregistratie Personen (BRP) wegens emigratie met onbekende bestemming. Eiser heeft op de paspoortaanvraag aangegeven dat hij sinds 2 januari 2007 in Turkije verblijft. Eiseres heeft nooit in Nederland gewoond. Aan eiser is voor het laatst op 12 mei 2005 een Nederlands paspoort verstrekt, geldig tot 12 mei 2010. Eiser heeft van 20 oktober 2006 tot en met 20 oktober 2016, of in ieder geval van 2 januari 2007 tot en met 2 januari 2017, onafgebroken hoofdverblijf gehad in Turkije, een land waarop het Verdrag betreffende de Europese Unie van toepassing is. Eiser heeft verder geen dienstverband met Nederland, Aruba, Curaçao of Sint Maarten, dan wel met een internationaal orgaan waarin het Koninkrijk is vertegenwoordigd. Evenmin is hij echtgenoot van of als ongehuwde in een duurzame relatie samenlevend met een persoon in een zodanig dienstverband. Op 1 juni 2010 kreeg eiser een brief van de IND, waarin is bevestigd dat hij op 26 april 1994 is genaturaliseerd. Eiser is in het bezit van een Turkse identiteitskaart, geldig tot 31 mei 2027.
family life,zoals bedoeld in artikel 1:204, eerste lid, aanhef en onder e, van het BW, zoals dat luidde tot 1 april 2014. Uit dat artikel blijkt dat alleen de civiele rechter bevoegd is om dit vast te stellen. Eisers kunnen een verzoek tot vaststelling van het Nederlanderschap indienen op grond van artikel 17 van de RWN. In die procedure stelt de civiele rechter het Nederlanderschap vast waarbij tegelijkertijd
family lifekan worden vastgesteld.