Conclusie
Nummer 23/02071 P
Inleiding
De hoofdzaak
Het eerste middel
Het tweede middel
Het derde middel
“de volledige investeringskosten en de kosten voor de gestelde 2 kweekperioden onvoldoende zijn meegenomen”.
“Ik wil uw hof vragen om de pleitnota ter terechtzitting in eerste aanleg als voorgehouden te beschouwen.”Blijkens het proces-verbaal heeft (de voorzitter van) het hof hierop niet expliciet gereageerd, dan wel beslist. Aangezien het hof in het bestreden arrest door middel van de aanvulling van gronden wel heeft gereageerd op een verweer, ga ik ervan uit dat het hof met het ter terechtzitting gedane verzoek van de verdediging heeft ingestemd. De pleitnota in eerste aanleg houdt in:
Berekening volgens BOOM uitgangspunten indien conclusie één eerdere oogst
144.kweekruimte 1
195.kweekruimte 2
Vaststelling van het wederrechtelijk verkregen voordeel
Bewijsmiddel wederrechtelijk verkregen voordeel
Het proces-verbaal van aangifte, nummer PL1700-2020407389-2, opgemaakt op 16 december 2020, van de politie, regionale eenheid Rotterdam, inhoudende als verklaring van aangever [aangever] namens Stedin Netbeheer B.V.:
Het proces-verbaal berekening wederrechtelijk verkregen voordeel ex art. 36e Sr, van de politie, regionale eenheid Rotterdam d.d. 3 december 2020:
Wederrechtelijk verkregen voordeel EUR 36.025,90
Vaststelling van het te betalen bedrag
De beoordeling van het middel
“kosten die in directe relatie staan tot het delict dat ten grondslag ligt aan de becijfering van het wederrechtelijk verkregen voordeel”, zijnde de formulering waarmee de Hoge Raad de hiervoor onder (1) bedoelde voorwaarde tot uitdrukking brengt, moeten die kosten worden gerekend die bespaard zouden zijn geweest als het delict dat in de voordeelberekening wordt betrokken, niet zou zijn gepleegd. [8]
Redelijker termijn