Uitspraak
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heemstede(hierna: het College) alsmede het incidentele beroep in cassatie van
[X]te
[Z](hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het
Gerechtshof Amsterdamvan 4 juni 2015, nr. 14/00578, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland (nr. HAA 14/334) betreffende de ten aanzien van belanghebbende gegeven beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken voor het jaar 2013 betreffende de onroerende zaak [a-straat 1] te [Z] (hierna: de WOZ-beschikking). De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.
1.Geding in cassatie
2.Uitgangspunten in cassatie
€ 0
3.Beoordeling van het in het principale beroep voorgestelde middel
,dat voorschrijft dat bij vernietiging van die uitspraak op of na 1 januari 2015 de proceskostenvergoeding wordt toegekend op basis van het nieuwe Bpb. Leidt het overgangsrecht van artikel II (tweede volzin) van het wijzigingsbesluit - niet zijnde een wet in formele zin - wel tot een zodanige positieverslechtering, dan dient het buiten toepassing te blijven, en moet het vóór 1 januari 2015 geldende recht worden toegepast overeenkomstig de hoofdregel van de eerste volzin van artikel II van het wijzigingsbesluit.