ECLI:NL:HR:2011:BU6507
Hoge Raad
- Cassatie
- D.G. van Vliet
- E.N. Punt
- J.A.C.A. Overgaauw
- P.M.F. van Loon
- M.A. Fierstra
- Rechtspraak.nl
Cassatie over naheffingsaanslag omzetbelasting en toepassing verlaagd tarief op hardlooptrainingen
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende, die een naheffingsaanslag in de omzetbelasting heeft ontvangen over het tijdvak van 1 januari 2006 tot en met 31 december 2006. De Inspecteur handhaafde deze aanslag na bezwaar, waarna de Rechtbank te Arnhem het beroep ongegrond verklaarde. Belanghebbende ging in hoger beroep bij het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, dat de uitspraak van de Rechtbank bevestigde. Hierop heeft belanghebbende cassatie ingesteld.
De Hoge Raad oordeelt dat belanghebbende, die hardlooptrainingen verzorgt, als ondernemer in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968 moet worden aangemerkt. De trainingen beginnen en eindigen op een sportcomplex, waarbij de deelnemers gebruik maken van de aanwezige faciliteiten zoals kantine en kleedkamers. De Hoge Raad verwijst naar eerdere jurisprudentie en concludeert dat de dienstverlening van belanghebbende valt onder de reikwijdte van post b.3 van tabel I van de Wet, die het verlaagde btw-tarief toepast op het verlenen van het recht gebruik te maken van sportaccommodaties.
De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het Hof, alsmede de eerdere uitspraken van de Rechtbank en de Inspecteur. De naheffingsaanslag wordt vernietigd en de Staat wordt veroordeeld tot vergoeding van griffierechten aan belanghebbende. Tevens worden de kosten van rechtsbijstand aan de zijde van belanghebbende vergoed. Dit arrest is openbaar uitgesproken op 2 december 2011, na behandeling in raadkamer op 9 november 2011.