ECLI:NL:HR:2011:BQ0709
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- C.A. Streefkerk
- W.D.H. Asser
- C.E. Drion
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling op grond van artikel 350 lid 3, aanhef en onder f
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 17 juni 2011 uitspraak gedaan over de tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling van verzoekster, die op 6 april 2009 een verzoek indiende om tot de schuldsaneringsregeling te worden toegelaten. Dit verzoek werd aanvankelijk door de rechtbank afgewezen, maar in hoger beroep door het gerechtshof toegewezen. Tijdens de saneringsregeling bleek dat verzoekster ten onrechte een werkloosheidsuitkering had ontvangen, omdat zij haar arbeidsinkomsten niet had gemeld. Het UWV vorderde de onterecht ontvangen uitkering terug, wat leidde tot de vraag of de schuldsaneringsregeling op grond van artikel 350 lid 3, aanhef en onder f, moest worden beëindigd.
De Hoge Raad oordeelde dat de beëindigingsgrond van artikel 350 lid 3, aanhef en onder f, is bedoeld voor feiten en omstandigheden die op het moment van toelating tot de regeling al bestonden, maar pas tijdens de saneringsregeling bekend worden. Het hof had terecht geoordeeld dat de schuld aan het UWV al bestond op het moment van toelating tot de schuldsaneringsregeling, ondanks dat het UWV de schuld pas later formeel had vastgesteld. De Hoge Raad bevestigde dat de schuldsaneringsregeling moest worden beëindigd, omdat verzoekster niet te goeder trouw was geweest ten aanzien van het ontstaan van de schuld aan het UWV. De uitspraak benadrukt het belang van transparantie en eerlijkheid in het proces van schuldsanering, en dat schulden die niet te goeder trouw zijn ontstaan, kunnen leiden tot beëindiging van de regeling.
De conclusie van de Advocaat-Generaal strekte tot verwerping van het cassatieberoep, en de Hoge Raad volgde deze conclusie. De uitspraak heeft implicaties voor de interpretatie van de wetgeving rondom schuldsanering en de verantwoordelijkheden van schuldenaren.