ECLI:NL:HR:2008:BC1370
Hoge Raad
- Cassatie
- G.J.M. Corstens
- A.J.A. van Dorst
- B.C. de Savornin Lohman
- W.M.E. Thomassen
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Verschoningsrecht van de apotheker en de doorzoeking ter inbeslagneming
In deze zaak gaat het om de vraag of het verschoningsrecht van een apotheker kan worden doorbroken in het kader van een strafrechtelijk onderzoek. De Hoge Raad behandelt een cassatieberoep tegen een beschikking van de Rechtbank te Leeuwarden, waarin de klagers, een apotheker en zijn apotheek, zich verzetten tegen de inbeslagneming van documenten die onder hun verschoningsrecht vallen. De klagers stellen dat de inbeslaggenomen recepten en medicatielijsten niet het voorwerp uitmaken van het strafbare feit waarvan zij worden verdacht en dat hun verschoningsrecht dient ter bescherming van de vertrouwelijkheid van de relatie tussen apotheker en patiënt. De Rechtbank oordeelt echter dat er zich zeer uitzonderlijke omstandigheden kunnen voordoen waarin het belang van de waarheidsvinding prevaleert boven het verschoningsrecht. De Hoge Raad bevestigt dit oordeel en stelt dat de samenleving moet kunnen vertrouwen op de onkreukbaarheid van apothekers, vooral gezien hun rol in de geneesmiddelenvoorziening. De rechtbank heeft terecht geoordeeld dat de inbeslaggenomen stukken kunnen dienen om de waarheid aan het licht te brengen, en dat de inbeslagneming noodzakelijk is om de ernst van de beschuldigingen te onderzoeken. De Hoge Raad verwerpt het beroep van de klagers en bevestigt de beslissing van de Rechtbank.