ECLI:NL:HR:2006:AY6205
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- O. de Savornin Lohman
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- P.C. Kop
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Bepaling van de (on)toelaatbaarheid van een machtiging tot voortgezet verblijf in een psychiatrisch ziekenhuis
In deze zaak gaat het om de verlening van een machtiging tot voortgezet verblijf in een psychiatrisch ziekenhuis op verzoek van de officier van justitie. De verzoeker, hierna betrokkene genoemd, had eerder een machtiging tot voortgezet verblijf die op 7 maart 2006 afliep. Op 20 januari 2006 verleende de geneesheer-directeur van het Psychiatrisch Centrum Zon en Schild te Amersfoort betrokkene voorwaardelijk ontslag uit het ziekenhuis. De officier van justitie diende op 1 februari 2006 een verzoek in bij de rechtbank om een voorwaardelijke machtiging te verlenen, maar de rechtbank stelde de beslissing uit omdat betrokkene niet instemde met het behandelingsplan. Op 16 maart 2006 diende de officier van justitie een aanvullend verzoek in voor een machtiging tot voortgezet verblijf, wat leidde tot een hoorzitting op 28 maart 2006. De rechtbank verleende de machtiging tot 28 februari 2007, maar betrokkene ging in cassatie tegen deze beschikking. De Hoge Raad oordeelde dat de rechtbank niet op basis van de overgelegde geneeskundige verklaring de machtiging had mogen verlenen, omdat deze niet voldeed aan de vereisten van de Wet Bopz. De Hoge Raad vernietigde de beschikking van de rechtbank en verwees de zaak terug voor verdere behandeling.