ECLI:NL:HR:2004:AO9053
Hoge Raad
- Cassatie
- R. Herrmann
- J.B. Fleers
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- E.J. Numann
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Cassatie over niet-ontvankelijkheid van eiseres in hoger beroep tegen niet-bestaande rechtspersoon na fusie
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 10 september 2004 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure waarin [eiseres] een vordering had ingesteld tegen AEX, een rechtspersoon die op 22 september 2000 als gevolg van een fusie met Euronext was opgehouden te bestaan. [Eiseres] had AEX gedagvaard voor de kantonrechter te Amsterdam en vorderde schadevergoeding voor materiële en immateriële schade. De kantonrechter wees de vordering af, waarna [eiseres] in hoger beroep ging. De rechtbank bekrachtigde het vonnis van de kantonrechter, waarop [eiseres] cassatie instelde. De Hoge Raad oordeelde dat [eiseres] niet-ontvankelijk was in haar cassatieberoep voor zover ingesteld tegen AEX, omdat deze rechtspersoon niet meer bestond ten tijde van de cassatiedagvaarding. De Hoge Raad benadrukte dat een rechtsmiddel in beginsel moet worden ingesteld tegen de processuele wederpartij in de vorige instantie, en dat het instellen van een rechtsmiddel tegen een niet-bestaande rechtspersoon kan leiden tot niet-ontvankelijkheid. De Hoge Raad verklaarde ook Euronext niet-ontvankelijk in haar incidentele cassatieberoep, en veroordeelde beide partijen in de proceskosten.