4.1Seatrade heeft in hoger beroep zowel de aanduiding van een aantal van de gedaagden als haar vordering gewijzigd. Zij vordert nu van de in de kop van dit arrest genoemde geïntimeerden:
primair
(I)
a. a) geïntimeerden sub 1, 2, 3 en 4 naar rato van hun aandelen op de polissen met de nummers [polisnummer 1] en [polisnummer 2] elk te veroordelen tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellanten te betalen in hoofdsom € 340.336,-, tot aan de dag der algehele voldoening vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 juli 2000, althans 3 oktober 2000, althans 23 juni 2005, althans vanaf een moment door het hof in goede justitie te bepalen, des dat en zodra aan een appellante door geïntimeerden sub 1, 2, 3 en 4 elk voor zich of gezamenlijk in hoofdsom € 1.361.344,- vermeerderd met de wettelijke rente is betaald, geïntimeerden sub 1, 2, 3 en 4 jegens alle appellanten ter zake dit bedrag vermeerderd met wettelijke rente zullen zijn gekweten;
b) geïntimeerden sub 5, 6, 7 en 8 naar rato van hun aandelen op de polissen met de nummers [polisnummer 1] en [polisnummer 2] elk te veroordelen tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellanten te betalen in hoofdsom € 226.890,- tot aan de dag der algehele voldoening vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 juli 2000, althans 3 oktober 2000, althans 23 juni 2005, althans vanaf een moment door het hof in goede justitie te bepalen, des dat en zodra aan een appellante door geïntimeerden sub 5, 6, 7 en 8 elk voor zich of gezamenlijk door geïntimeerden in hoofdsom € 907.560,- vermeerderd met de wettelijke rente is betaald, geïntimeerden sub 5, 6, 7 en 8 jegens alle appellanten ter zake dit bedrag vermeerderd met wettelijke rente zullen zijn gekweten; [ € 1.361.344 + € 907.560 = € 2.268.901 ]
c) geïntimeerde sub 9 met inachtneming van haar aandelen op de polissen met de nummers [polisnummer 3] en [polisnummer 5] te veroordelen tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellanten te betalen in hoofdsom € 8.757.339,- tot aan de dag der algehele voldoening vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 juli 2000, althans 3 oktober 2000, althans 23 juni 2005, althans vanaf een moment door het hof in goede justitie te bepalen, des dat en zodra aan een appellante door geïntimeerde sub 9 in hoofdsom € 8.757.339 vermeerderd met de wettelijke rente is betaald, geïntimeerde sub 9 jegens alle appellanten ter zake dit bedrag vermeerderd met wettelijke rente zal zijn gekweten; [€ 2.268.901 +
€ 8.757.339 =€ 1 1.026.240 ]
d) geïntimeerden sub 1, 2, 3 en 4 naar rato van hun aandelen op de polissen met de nummers [polisnummer 1] en [polisnummer 2] in de schade elk te veroordelen tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellanten te betalen rechtsbijstandskosten groot € 33.861,-, des dat en zodra aan een appellante door geïntimeerden elk voor zich of gezamenlijk door geïntimeerden sub 1,2,3 en 4 voor rechtsbijstandskosten € 135.444,- is betaald, geïntimeerden sub 1, 2, 3 en 4 jegens alle appellanten ter zake dit bedrag voor rechtsbijstandskosten zullen zijn gekweten;
[ 20/€ 1.128.705 = € 225.741 x 60% = € 135.444 ]
e) geïntimeerden sub 5, 6, 7 en 8 naar rato van hun aandelen op de polissen met de nummers [polisnummer 1] en [polisnummer 2] in de schade elk te veroordelen tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellanten te betalen rechtsbijstandskosten groot € 22.574,-, des dat en zodra aan een appellante door geïntimeerden elk voor zich of gezamenlijk door geïntimeerden sub 5, 6, 7 en 8 voor rechtsbijstandskosten € 90.296 is betaald, geïntimeerden sub 5, 6, 7 en 8 jegens alle appellanten ter zake dit bedrag voor rechtsbijstandskosten zullen zijn gekweten;
[ 20/van € 1.128.705 = € 225.741 x 40% = € 90.296 ]
f) geïntimeerde sub 9 met inachtneming van haar aandelen op de polissen met de nummers [polisnummer 3] en [polisnummer 5] in de schade te veroordelen tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellanten te betalen rechtsbijstand kosten groot € 902.964,-, des dat en zodra aan een appellante door geïntimeerde sub 9 in hoofdsom € 902.964 is betaald, geïntimeerde sub 9 jegens alle appellanten ter zake dit bedrag voor rechtsbijstandskosten zal zijn gekweten; [ 80/€ 1.128.705 = € 902.964 ] [ € 225.741 + € 902.964 = € 1.128.705 ]
g) geïntimeerden sub 1, 2, 3 en 4 naar rato van hun aandelen op de polissen met de nummers [polisnummer 1] en [polisnummer 2] in de schade elk te veroordelen tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellanten te betalen buitengerechtelijke kosten groot € 5.774,-, des dat en zodra aan een appellante door geïntimeerden elk voor zich of gezamenlijk door geïntimeerden sub 1,2,3 en 4 voor buitengerechtelijke kosten € 23.907,- is betaald, geïntimeerden sub1, 2, 3 en 4 jegens alle appellanten ter zake dit bedrag voor buitengerechtelijke kosten zullen zijn gekweten; [ 20/€ 192.495 = € 38.499 x 60% =
€ 23.907 ]
h) geïntimeerden sub 5, 6, 7 en 8 naar rato van hun aandelen op de polissen met de nummers [polisnummer 1] en [polisnummer 2] in de schade elk te veroordelen tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellanten te betalen buitengerechtelijke kosten groot € 3.850,-, des dat en zodra aan een appellante door geïntimeerden elk voor zich of gezamenlijk door geïntimeerden sub 5, 6, 7en 8 voor buitengerechtelijke kosten € 15.400,- is betaald, geïntimeerden sub5, 6, 7 en 8 jegens alle appellanten ter zake dit bedrag voor buitengerechtelijke kosten zullen zijn gekweten; [ 20/€ 192.495 = € 38.499 x |40% = € 15.400 ]
i. i) geïntimeerde sub 9 met inachtneming van haar aandelen op de polissen met de nummers [polisnummer 3] en [polisnummer 5] in de schade te veroordelen tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellanten te betalen buitengerechtelijke kosten groot € 153.996,-, des dat aan een appellante door geïntimeerde sub 9 in hoofdsom € 1 53.996 is betaald, geïntimeerde sub 9 jegens alle appellanten ter zake dit bedrag voor buitengerechtelijke kosten zal zijn gekweten; [ 80/€ 192.495 = € 1 53.996] [ € 38.499 + € 1 53.996 =
€ 192.495 ]
Subsidiair
Geheel conform het hiervoor onder het primair sub I, II en III gevorderde, met uitzondering van alle vorderingen van appellanten op geïntimeerde sub 3.
Appellanten verzoeken het hof te dien aanzien subsidiair de onderhavige procedure in hoger beroep voor onbepaalde tijd aan te houden.
Primair en subsidiair
Met veroordeling van geïntimeerden in de kosten van het geding in beide instanties te vermeerderen met de nakosten ad € 131,- en dit bedrag te verhogen met € 68,- indien bij gebreke van vrijwillige nakoming het door het hof te wijzen arrest moet worden betekend, geïntimeerde sub 3 hiervan subsidiair uitgezonderd in verband met de subsidiair verzochte aanhouding.