Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
- de bekennende verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting in hoger beroep d.d. 6 september 2023;
- het proces-verbaal van verhoor van de verdachte d.d. 28 september 2022, dossierpagina’s 421-435;
- het proces-verbaal van aangifte d.d. 6 juli 2021, dossierpagina’s 13-28;
- het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 2] d.d. 22 december 2021, dossierpagina’s 67-71;
- het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 3] d.d. 4 januari 2022, dossierpagina’s 73-76;
- het geschrift, te weten de WhatsApp-gesprekken tussen de verdachte en aangeefster vanaf 4 mei 2021, dossierpagina’s 381-394.
,nu het hof het wenselijk acht dat de Staat der Nederlanden schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert. Het hof zal daarbij bepalen dat gijzeling voor na te melden duur kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid niet opheft.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
24 (vierentwintig) maanden;
6 (zes) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 2 (twee) jaren ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang als de reclasseringsinstelling dit noodzakelijk acht daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
€ 5.000,00 (vijfduizend euro)aan immateriële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 10 mei 2021 tot aan de dag der voldoening;
€ 5.000,00 (vijfduizend euro)aan immateriële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 10 mei 2021 tot aan de dag der voldoening, en bepaalt dat gijzeling voor de duur van ten hoogste 60 (zestig) dagen kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat toepassing van die gijzeling de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft;