Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
[adres] :eigenaar geeft aan 1 kamer te hebben voor B&B. Kamer is ± 24 m2 en bevindt zich op zolder. Maximaal 2 personen te plaatsen. Gebruik als B&B is bij gemeente gemeld.”
binnen 4 weken na de verzenddatum van deze briefeen aanvraag om een omgevingsvergunning bij ons in te dienen. Wij kunnen deze vergunning enkel verlenen als uw beroep aan huis aan de volgende eisen voldoet: (…)
vergunning B&B”. Verder heeft hij op dat blad achter ‘projectomschrijving’ ingevuld
“De gemeente Waalre heeft ons gewaarschuwd dat wij een vergunning moeten aanvragen voor het voeren van een B&B (ondanks dat ze daar al Jaren van op de hoogte zijn) Vandaar deze aanvraag, waarin alle door de gemeente verzochte informatie wordt verstrekt”. Bij ‘opmerking’ heeft belanghebbende vermeld: “
indien gewenst is de gemeente van harte welkom om eea in ogenschouw te nemen en zelf vast te stellen wat we doen. (en laten)”.
het voeren van een B&B komt vlgns de gemeente Waalre niet voor in het vigerende bestemmingsplan; derhalve is het daarmee in strijd”.
“Hierbij verklaar ik dat ik de aanvraag/melding naar waarheid heb ingevuld, dat ik correspondentie over mijn aanvraag/melding wil ontvangen op het door mij opgegeven emailadres of op het door mij opgegeven adres van de berichtenbox en dat ik weet dat er kosten verbonden kunnen zijn aan het indienen van een aanvraag.”
3.Geschil en conclusies van partijen
4.Gronden
Ook een kleine «bed en breakfastgelegenheid», met bijvoorbeeld twee gastenkamers voor één of twee personen wordt niet als een logiesfunctie beschouwd maar als een woonfunctie.” [10] Het Bouwbesluit 2012 maakt immers – zo heeft belanghebbende ook ter zitting bevestigd – geen onderdeel uit van het juridische kader op dit punt. Dat het college van B&W, althans de bezwaaradviescommissie, in het kader van de procedure tegen het handhavingsbesluit argumenten heeft ontleend aan het Bouwbesluit 2012, maakt dat niet anders. In aanmerking genomen dat het Bouwbesluit 2012 regulering betreft op een ander terrein en met een ander doel dan een bestemmingsplan, ligt het daarnaast niet zonder meer voor de hand om aan een toelichting bij een begrip voor toepassing van het Bouwbesluit 2012 zwaar gewicht toe te kennen voor de uitleg van een begrip in het kader van een bestemmingsplan. Het hof ziet geen aanleiding om dat voor de onderhavige kwestie wel te doen. Het hof volgt belanghebbende verder niet in zijn betoog, onder verwijzing naar een uitspraak van de ABRvS, [11] dat de vraag of de B&B-activiteit in strijd is met de woonbestemming, moet worden beantwoord aan de hand van de ruimtelijke uitstraling die de activiteit heeft gezien haar aard, omvang en intensiteit. In de aangehaalde uitspraak is inderdaad dat criterium gehanteerd, maar belanghebbende gaat eraan voorbij dat het in die zaak om een niet aan huis verbonden bedrijfsactiviteit ging, terwijl het hier gaat om een gebruik van de woning. Bovendien is voor een activiteit als in dit geval het criterium ontwikkeld zoals vermeld in 4.4.2. Het beroep op het gelijkheidsbeginsel in verband met de behandeling van een ‘vrij beroep’, helpt belanghebbende evenmin. De bestemmingsplangever kan zonder schending van het gelijkheidsbeginsel een ‘vrij beroep’ onder de bestemming ‘wonen’ scharen. Een ‘vrij beroep’ is overigens feitelijk ook wezenlijk anders dan een B&B-activiteit.
5.Beslissing
- verklaart het hoger beroep ongegrond;
- bevestigt de uitspraak van de rechtbank.
de Hoge Raad der Nederlanden via het webportaal van de Hoge Raad www.hogeraad.nl.
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag.Alle andere personen en gemachtigden die beroepsmatig rechtsbijstand verlenen, zijn in beginsel verplicht digitaal te procederen (zie
www.hogeraad.nl).