ECLI:NL:GHSHE:2020:421
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Verstek
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in fiscale fraudezaak wegens niet tijdig doen van aangifte inkomstenbelasting
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 11 februari 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Limburg. De verdachte was eerder veroordeeld voor het niet tijdig doen van aangifte inkomstenbelasting over het jaar 2014, wat resulteerde in een taakstraf. De verdachte had geen aangifte gedaan binnen de door de inspecteur gestelde termijnen, ondanks meerdere herinneringen en aanmaningen. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte pas na de laatste aanmaning, op 12 november 2015, een strafrechtelijk verwijt kan worden gemaakt. De tenlastelegging betrof de periode van 1 mei 2015 tot en met 11 november 2015, maar het hof oordeelde dat de verdachte niet kon worden veroordeeld voor het niet doen van aangifte in deze periode, omdat hij niet tijdig was herinnerd en aangemaand. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten. De uitspraak benadrukt het belang van de juiste procedurele stappen door de belastingautoriteiten voordat strafrechtelijke vervolging kan plaatsvinden.