Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Uitspraak van 29 november 2022
[X] te [Z] , belanghebbende,
Procesverloop
- verklaart de beroepen gegrond;
- vernietigt de uitspraken op bezwaar;
- draagt verweerder op de navorderingsaanslag IB/PVV 2014 en de aanslagen IB/PVV 2015 en 2016 nader vast te stellen (te verminderen) met inachtneming van wat hiervoor is overwogen onder 17;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van de vernietigde bestreden besluiten;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 2.026;
- draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 48 aan eiser te vergoeden.”
Feiten
“Ons vergoedingssysteem: hoe het werkt
Wat zijn IPs en hoe werkt het?
Aanbevelingsbonussen
Directe Aanbevelingscontacten
Indirecte Aanbevelingscontacten
Hoe werken leiderschapsbonussen?
Leiderschapsbonussen
Dynamische compressie
Maandelijkse Pool-bonus
€ 4.368
€ 139.876
€ 197.304
€ 205.974
€ 89.451
€ 84.949
€ 20.289
€ 23.776
€ 68.632
Oordeel van de Rechtbank
Beoordeling van het geschil
Omschrijving geschil in hoger beroep en conclusies van partijen
- primair: tot vernietiging van de navorderingsaanslag 2014 en de beschikking belastingrente 2014 en tot vermindering van de aanslagen 2015 en 2016 naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van nihil en tot dienovereenkomstige vermindering van de belastingrente over de jaren 2015 en 2016;
- subsidiair: tot vernietiging van de navorderingsaanslag 2014 en de beschikking belastingrente 2014 (wegens het ontbreken van een nieuw feit);
- meer subsidiair: tot vernietiging van de navorderingsaanslag 2014 en de beschikking belastingrente 2014 en tot vermindering van de aanslagen 2015 en 2016 conform de door belanghebbende ingediende (herziene) aangiften voor die jaren en tot dienovereenkomstige vermindering van de belastingrente over de jaren 2015 en 2016;
- nog meer subsidiair: tot vermindering van de navorderingsaanslag 2014 en de aanslagen 2015 en 2016 zoals deze zijn vastgesteld bij de onder 2.24 genoemde verminderingsbeschikkingen onder toepassing van een nadere aftrek van € 10.000 aan kosten in elk van de jaren, onder dienovereenkomstige vermindering van de belastingrente voor elk van de jaren;
Beoordeling van het hoger beroep
downline), maar heeft daarbij geen enkele zeggenschap of andere juridisch afdwingbare (dwang)middelen ten opzichte van de zelfstandige sub-distributeurs en kan hen derhalve tot niets dwingen; noch tot de verkoop van producten, noch tot het werven van nieuwe sub-distributeurs. Er is volgens belanghebbende dan ook geen sprake van een bron van inkomen maar van speculatie. Belanghebbende verwijst naar de zogenoemde piramidespeljurisprudentie en het in dat kader gewezen arrest van de Hoge Raad van 1 februari 2002, ECLI:NL:HR:2002:AD8763, BNB 2000/128. Volgens belanghebbende is er gelet op de aard van de organisatie en de werkzaamheden van de deelnemers, sprake van speculatie (een kansspel). De daaruit behaalde resultaten vormen geen bron van inkomen en kunnen niet in de heffing van inkomstenbelasting worden betrokken. Belanghebbende verwijst daartoe voorts naar jurisprudentie over zogenoemde WIN-systemen.
downline) verbruik plaats vond (bestellingen) door hemzelf (eventueel), zijn sub-distributeurs of hun sub-distributeurs of klanten dan wel door hemzelf of zijn sub-distributeurs bepaalde in het vergoedingssysteem beschreven targets werden behaald, waren deze inkomsten in de onderhavige jaren ook objectief redelijkerwijs te verwachten. Dat de hoogte van deze inkomsten onzeker was, maakt dit niet anders. De Inspecteur heeft met hetgeen hij heeft aangevoerd derhalve aannemelijk gemaakt dat er in de onderhavige jaren sprake is van een bron van inkomen.