Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
uitspraak van 17 december 2019
[X] , te [Z] , belanghebbende,
de directeur belastingen Rotterdam, de Heffingsambtenaar,
Procesverloop
- van de zijde van belanghebbende een faxbericht van 30 juni 2019;
- van de zijde van de Heffingsambtenaar een faxbericht van 4 juli 2019, met bijlagen;
- van de zijde van belanghebbende een faxbericht van 8 juli 2019;
- van de zijde van de Heffingsambtenaar een brief van 4 juli 2019 met bijlagen, ingekomen op 9 juli 2019, overeenkomend met het faxbericht van 4 juli 2019;
- van de zijde van de Heffingsambtenaar een faxbericht van 8 augustus 2019, met bijlage;
- van de zijde van de Heffingsambtenaar een brief van 8 augustus 2019, met bijlage, ingekomen op 14 augustus 2019, overeenkomend met het faxbericht van 8 augustus 2019;
- van de zijde van belanghebbende een faxbericht van 30 september 2019, met bijlagen, waarin onder meer wordt aangekondigd dat van de zijde van belanghebbende tijdens de tweede mondelinge behandeling geen vertegenwoordiging aanwezig zal zijn;
- van de zijde van de Heffingsambtenaar een faxbericht van 25 oktober 2019 met bijlagen;
- van de zijde van de Heffingsambtenaar een brief van 24 oktober 2019, met bijlagen, ingekomen op 30 oktober 2019, overeenkomend met het faxbericht van 25 oktober 2019.
Vaststaande feiten
Schending hoorplicht
Geschil
Oordeel van de Rechtbank
Beoordeling hoger beroep
Uitnodiging voor zitting bij de Rechtbank
bij voortduringinladen en uitladen van zaken van enige omvang of enig gewicht, onmiddellijk nadat het voertuig tot stilstand is gebracht en gedurende de tijd die daarvoor nodig is. Belanghebbende heeft dit, alle omstandigheden in aanmerking genomen, waaronder de afstand tussen de parkeerplaats en de bandenwinkel met hetgeen hij heeft aangevoerd en overgelegd, niet aannemelijk gemaakt. Er is dus geen sprake van laden en lossen.
Proceskosten en griffierecht
Beslissing
- veroordeelt de Heffingsambtenaar in de proceskosten aan de zijde van belanghebbende, vastgesteld op € 768, en
- gelast de Heffingsambtenaar aan belanghebbende een bedrag van € 126 aan griffierecht te vergoeden.