Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
[Z](hierna: belanghebbende)
heffingsambtenaarvan
Gemeenschappelijk Belastingkantoor Lococensus-Tricijn(GBLT) (hierna: de heffingsambtenaar)
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden uitspraak gedaan in hoger beroep over de zuiveringsheffing voor de jaren 2013, 2014 en 2015, opgelegd aan [X] B.V. door de heffingsambtenaar van het Gemeenschappelijk Belastingkantoor Lococensus-Tricijn (GBLT). De heffingsambtenaar had de belastingaanslagen opgelegd en de bezwaren van belanghebbende ongegrond verklaard. De rechtbank Overijssel had de beroepen van belanghebbende tegen deze uitspraken eveneens ongegrond verklaard. Belanghebbende stelde dat de aanslagen niet correct waren vastgesteld, met name omdat de NEN-normen, waarnaar in de belastingverordening werd verwezen, niet aan de kenbaarheidseisen voldeden. Het Hof oordeelde dat de verordening geen verwijzing bevatte naar het publicatiejaar en -nummer van de Staatscourant waarin de NEN-normen waren gepubliceerd, waardoor deze niet voldoende kenbaar waren gemaakt. Het Hof concludeerde dat de aanslagen niet konden worden gehandhaafd en dat de NEN-normen niet zodanig waren gepubliceerd dat zij voor iedereen toegankelijk waren. De uitspraak van de rechtbank werd vernietigd, en de aanslagen voor de jaren 2013, 2014 en 2015 werden verminderd naar respectievelijk 21,52, 19,72 en 19,64 vervuilingseenheden. Tevens werd de heffingsambtenaar veroordeeld tot vergoeding van proceskosten en griffierechten aan belanghebbende.