Uitspraak
[X] ,
1.De zaak in het kort
2.Het geding in hoger beroep
3.Feiten
4.De klacht
5.Beoordeling
Kamerstukken II2011/12, 33054, nr. 3, p. 34). Daarbij past volgens vaste jurisprudentie dat de bewindvoerder namens de rechthebbende tuchtklachten tegen een notaris kan indienen (zie ECLI:NL:GHAMS:2020:2793
). Voldoende is daarvoor dat de rechthebbende enig redelijk belang daarbij heeft in de zin van artikel 99 lid 1 Wna. Dit is hier het geval, aangezien de klacht ziet op een vermogensbestanddeel van vader dat hij verkocht en geleverd heeft, waarbij volgens de bewindvoerder de notaris tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld.
Uitgangspunten proceskostenveroordeling in hoger beroep’ (te raadplegen op de website van dit hof). Nu het hoger beroep van klager leidt tot oplegging van dezelfde maatregel, ziet het hof – overeenkomstig de uitgangspunten – af van een kostenveroordeling in hoger beroep; de door de kamer uitgesproken proceskostenveroordeling blijft in stand.