ECLI:NL:HR:2011:BT2416
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van de beschikking van het gerechtshof te 's-Gravenhage inzake tijdige indiening van een verzoekschrift
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 23 september 2011 uitspraak gedaan over de tijdige indiening van een verzoekschrift in hoger beroep. De man had op 12 november 2009 een verzoekschrift per fax verzonden naar de griffie van de rechtbank 's-Gravenhage, maar dit verzoekschrift was gericht aan het gerechtshof te 's-Gravenhage. De fax was na sluitingstijd bij de rechtbank binnengekomen, waardoor het verzoekschrift pas de volgende dag bij het hof was bezorgd. Het hof verklaarde de man niet-ontvankelijk in zijn hoger beroep, omdat het verzoekschrift volgens hen te laat was ingediend. De Hoge Raad oordeelde echter dat de griffie van de rechtbank, die het verzoekschrift per abuis had ontvangen, deze fout had moeten onderkennen en het verzoekschrift onverwijld had moeten doorgeleiden naar het juiste gerecht. De Hoge Raad concludeerde dat de man het verzoekschrift tijdig had ingediend, omdat de ontvangst en het tijdstip van het verzoekschrift met voldoende zekerheid vaststonden. De beschikking van het hof werd vernietigd en de zaak werd terugverwezen naar het hof voor verdere behandeling en beslissing.