ECLI:NL:GHAMS:2017:5175
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake naheffingsaanslag omzetbelasting en verzuimboetes
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 14 december 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep over een naheffingsaanslag omzetbelasting en verzuimboetes die aan belanghebbende waren opgelegd door de inspecteur van de Belastingdienst. De inspecteur had op 28 mei 2015 een naheffingsaanslag van € 250 opgelegd voor het tijdvak van 1 januari 2015 tot en met 31 maart 2015, alsook verzuimboetes voor het niet tijdig doen van aangifte en betalen van belasting. Belanghebbende maakte bezwaar tegen deze beslissingen en verzocht om proceskostenvergoeding. De inspecteur heeft op 6 november 2015 uitspraak gedaan op het bezwaar, waarbij de naheffingsaanslag en de betaalverzuimboete werden verminderd tot nihil, maar de aangifteverzuimboete werd gehandhaafd. Belanghebbende stelde dat hij recht had op een dwangsom wegens het niet tijdig beslissen op zijn bezwaar. Het Hof oordeelde dat de inspecteur geen dwangsom verschuldigd was, omdat de uitspraken op bezwaar tijdig waren gedaan en de bezwaarfase was geëindigd. Het Hof bevestigde de uitspraak van de rechtbank, die het beroep van belanghebbende ongegrond had verklaard. De rechtbank had geoordeeld dat de inspecteur terecht geen kostenvergoeding had toegekend, omdat het verzoek om kostenvergoeding voorwaardelijk was geformuleerd. Het Hof concludeerde dat het hoger beroep ongegrond was en bevestigde de uitspraak van de rechtbank.