ECLI:NL:CRVB:2022:791
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Misbruik van recht bij herhaald verzoek om schadevergoeding na ontslag
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep geoordeeld over een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland. De rechtbank had geoordeeld dat appellant misbruik van recht had gemaakt door herhaaldelijk verzoeken om schadevergoeding in te dienen zonder nieuwe feiten of omstandigheden aan te voeren. Appellant was eerder eervol ontslagen en had sindsdien meerdere keren om schadevergoeding verzocht, maar telkens zonder succes. De Raad bevestigde dat er geen reëel geschilpunt meer bestond, aangezien de rechtsvraag al meerdere keren was beantwoord. De Raad oordeelde dat het indienen van een nieuw verzoek en het maken van bezwaar tegen de afwijzing daarvan evident zonder redelijk doel was, wat blijk gaf van kwade trouw. Hierdoor werd het hoger beroep van appellant afgewezen en de uitspraak van de rechtbank bevestigd. De Raad concludeerde dat appellant misbruik had gemaakt van zijn bevoegdheid om bezwaar te maken, en dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.