ECLI:NL:CRVB:2021:569
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.J.T. van den Corput
- H. Lagas
- A.T. Marseille
- Rechtspraak.nl
Strafontslag wegens toerekenbaar plichtsverzuim van ontvreemding van geld door ambtenaar
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 11 maart 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De appellante, werkzaam bij de gemeente Rijswijk, was ontslagen wegens plichtsverzuim, specifiek het ontvreemden van geld van de gemeente. De rechtbank had eerder geoordeeld dat het bestreden besluit onzorgvuldig was voorbereid, maar na nadere motivering door het college werd het besluit in stand gelaten. De Raad oordeelde dat het ontslag terecht was gegeven, ondanks het beroep van appellante op de onschuldpresumptie, omdat er voldoende bewijs was voor het plichtsverzuim. De Raad benadrukte dat de onschuldpresumptie niet in strijd was met de bestuursrechtelijke procedure, aangezien de bewijsstandaard in bestuursrecht minder streng is dan in het strafrecht. De Raad concludeerde dat het ontslag niet onevenredig was aan het gepleegde plichtsverzuim, gezien de ernst van de gedragingen van appellante, die het vertrouwen in haar functie ernstig had geschaad. De uitspraak bevestigde de eerdere beslissing van de rechtbank, en de Raad wees de proceskosten af.