Uitspraak
18 1772 PW
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
Ingevolge artikel 58, zevende lid, van de PW kan het college in afwijking van het eerste lid besluiten van terugvordering of van verdere terugvordering als bedoeld in het eerste lid af te zien, indien de persoon van wie de kosten van bijstand worden teruggevorderd:
a. gedurende tien jaar volledig aan zijn betalingsverplichtingen heeft voldaan;
b. gedurende tien jaar niet volledig aan zijn betalingsverplichtingen heeft voldaan, maar het achterstallige bedrag over die periode, vermeerderd met de daarover verschuldigde wettelijke rente en de op de invordering betrekking hebbende kosten, alsnog heeft betaald;
c. gedurende tien jaar geen betalingen heeft verricht en niet aannemelijk is dat hij deze op enig moment zal gaan verrichten; of
d. een bedrag, overeenkomend met ten minste 50% van de restsom, in één keer aflost.
De bepaling in het zevende lid omvat de bevoegdheid om een vordering die gevolg is van een schending van de inlichtingenverplichting, indien aan één van de voorwaarden is voldaan, kwijt te schelden.
.
verwijtbareschending van de inlichtingenverplichting. Zie onder meer Kamerstukken II, 2011-12, 33 207, nr. 3, blz. 5-6; nr. 6, blz. 6, 15, 18 en 36; nr. 15, blz. 4. Daarmee wijkt de definitie in de Beleidsregels 2015 af van wat de wetgever van de Wet aanscherping voor ogen stond.
BESLISSING
- vernietigt de aangevallen uitspraak;
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het besluit van 1 augustus 2017;
- draagt het college op een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen met inachtneming van deze uitspraak en bepaalt dat beroep tegen dit besluit slechts bij de Raad kan worden ingesteld;
- veroordeelt het college in de proceskosten van appellanten tot een bedrag van € 1.575,-;
- bepaalt dat het college aan appellant het in beroep en in hoger beroep betaalde griffierecht van in totaal € 172,- vergoedt.