Uitspraak
18 2798 PW
6 april 2018, 17/3331 (aangevallen uitspraak)
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 28 juli 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland. Appellant, die lijdt aan Psoriasis Vulgaris, had bij het college van burgemeester en wethouders van Stadskanaal bijzondere bijstand aangevraagd. Het college had in het verleden besluiten genomen waarbij aan appellant bijzondere bijstand was toegekend voor extra kosten van bewassing en kledingslijtage. Appellant verzocht het college om terug te komen van deze besluiten, omdat hij meende dat het college te lage bedragen had toegekend. Het college weigerde dit verzoek, met de onderbouwing dat het advies van SCIO Consult, dat appellant had ingediend, niet als nieuw feit kon worden aangemerkt volgens artikel 4:6 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank had het beroep van appellant tegen deze afwijzing ongegrond verklaard.
In hoger beroep heeft de Raad de argumenten van appellant beoordeeld. De Raad concludeerde dat het college terecht had vastgesteld dat er geen nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden waren die een herziening van de besluiten rechtvaardigden. De Raad oordeelde dat de afwijzing van het verzoek om herziening niet evident onredelijk was. Appellant had niet aangetoond dat hij door psychische problematiek niet in staat was om bezwaar te maken tegen de oorspronkelijke besluiten. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.