ECLI:NL:CRVB:2019:3799
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake aanvraag ontheffing van werkzaamheden door ambtenaar bij de politie
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 28 november 2019 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een ambtenaar bij de politie, die een aanvraag had ingediend voor ontheffing van werkzaamheden op basis van de 18-maandenregeling. De ambtenaar, vertegenwoordigd door mr. C. Lamuadni, had eerder een aanvraag ingediend die niet verder in behandeling werd genomen omdat er meer lege plekken waren dan herplaatsingskandidaten. De korpschef had de aanvraag afgewezen op basis van overbezetting op de peildatum van 1 juni 2017. De rechtbank had het beroep tegen deze afwijzing ongegrond verklaard, maar de ambtenaar ging in hoger beroep.
De Raad heeft in zijn beoordeling het uitgangspunt onderschreven dat aanvragen op gelijke wijze moeten worden beoordeeld en dat het niet onredelijk is om een peildatum te hanteren. De korpschef heeft ter zitting aangegeven dat het onderzoek naar de situatie op de peildatum onvolledig was. De Raad heeft geoordeeld dat de korpschef opnieuw moet onderzoeken of er op de peildatum een herplaatsingskandidaat kon worden geplaatst en een nieuwe beslissing op bezwaar moet nemen. Het verzoek om schadevergoeding is afgewezen, omdat niet zeker is of en in welke omvang schade is geleden. De Raad heeft de korpschef ook veroordeeld in de proceskosten van de ambtenaar, die in totaal € 1.792,- bedragen.