Uitspraak
OVERWEGINGEN
22 augustus 2013 met ingang van 17 september 2013 in aanmerking gebracht voor een loongerelateerde WGA-uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA). Bij beslissing op bezwaar van 18 februari 2014 (bestreden besluit 1) is het bezwaar van appellant tegen het besluit van 22 augustus 2013 ongegrond verklaard. Appellant heeft beroep ingesteld tegen bestreden besluit 1. Op 8 september 2014 heeft het Uwv een nader besluit genomen over de WGA-uitkering (bestreden besluit 2). Hierin is het dagloon waarop de uitkering is gebaseerd, uitgaande van een referteperiode van 1 september 2010 tot 1 september 2011, vastgesteld op € 179,27.
1 september 2010 tot 1 september 2011.
€ 2.450,80 bruto aan appellant overgemaakt, zijnde de WW-uitkering over de periode van
8 augustus 2011 tot en met 4 september 2011. Niet in geschil is dat dit bedrag op of kort na
6 september 2011 aan appellant is overgemaakt. Het Uwv heeft toegelicht dat de betaling van de WW-uitkering achteraf over een tijdstip van vier weken plaatsvindt en dat het Uwv bij de Belastingdienst op maandbasis aangifte doet van de op de uitkering in te houden loonbelasting. Alle betaalbaarstellingen die in een bepaalde maand hebben plaatsgevonden worden door het Uwv in de maandelijkse aangifte verwerkt, ongeacht de betalingscyclus. De betaalbaarstelling van de WW-uitkering op 6 september 2011 is daarom betrokken in de aangifte van september 2011.
31 augustus 2011 in augustus 2011 vorderbaar was, wordt niet gevolgd. Gelet op de in artikel 33 van de WW neergelegde betaalsystematiek was de uitkering eerst vorderbaar na afloop van de periode van vier kalenderweken die eindigde op 4 september 2011 (zie de onder 4.6 genoemde uitspraak van 27 januari 2012). Gelet hierop kan de WW-uitkering over deze periode niet op grond van artikel 15, tweede lid, van het Dagloonbesluit aan het refertejaar worden toegerekend.
13 september 2010 tot en met 10 oktober 2010 en van 8 november 2010 tot en met
5 december 2010 een te laag sv-loon vermeldt. Dit bedrag moet worden gecorrigeerd op basis van de salarisspecificaties van de werkgever, waaruit blijkt dat in die perioden in werkelijkheid een hoger sv-loon is genoten.