ECLI:NL:CRVB:2017:2401
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- K.J. Kraan
- J.J.A. Kooijman
- H. Lagas
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de rechtsgeldigheid van een vaststellingsovereenkomst en de handhaving van een ontslagbesluit in het ambtenarenrecht
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 13 juli 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland. De appellant, werkzaam bij de provincie Groningen, had een vaststellingsovereenkomst (vso) ondertekend waarin hij ontslag op eigen verzoek nam. Later trok hij zijn ontslagverzoek in, maar de Raad oordeelde dat hij gebonden bleef aan de vso. De Raad stelde vast dat de vso niet als een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kon worden aangemerkt, maar dat het ontslagbesluit van 20 augustus 2014 dat wel was. Het bezwaar van de appellant tegen dit ontslagbesluit werd terecht ontvankelijk geacht. De Raad oordeelde dat er geen sprake was van ontoelaatbare druk bij het sluiten van de vso, aangezien de appellant bijgestaan werd door een advocaat en er voldoende bedenktijd was. De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en wees het verzoek om schadevergoeding af, omdat er geen onrechtmatig besluit was vastgesteld. De uitspraak benadrukt de rechtszekerheid in het ambtenarenrecht en de bindende kracht van vaststellingsovereenkomsten.