ECLI:NL:CRVB:2017:1253
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake bijstandsverlening en studiefinanciering voor schoolverlater
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van het dagelijks bestuur van Orionis Walcheren tegen een uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De rechtbank had geoordeeld dat de schoolverlaterskorting, toegepast door appellant, niet correct was en dat betrokkene recht had op een bijstandsnorm die aansluit bij de ondergrens voor verlaging, namelijk de norm voor uitwonende studenten in het hoger onderwijs. Betrokkene ontving studiefinanciering op basis van de Wet studiefinanciering 2000, maar deze werd beëindigd door DUO. Appellant verleende bijstand met een lagere norm, waarbij de schoolverlaterskorting werd toegepast. De rechtbank oordeelde dat deze korting niet van toepassing was, omdat betrokkene in de maand augustus 2014 geen inkomen had en daardoor betalingsachterstanden opliep. In hoger beroep heeft appellant de uitspraak van de rechtbank bestreden, maar de Centrale Raad van Beroep bevestigde de uitspraak van de rechtbank. De Raad oordeelde dat de door appellant toegepaste verlaging van de bijstand niet aansluit bij de noodzakelijke bestaanskosten van betrokkene, en dat de rechtbank terecht de bijstand heeft vastgesteld op de norm voor een uitwonende student. De Raad concludeerde dat er geen zeer dringende redenen waren voor het verlenen van bijstand, ondanks de betalingsachterstanden van betrokkene. De uitspraak werd gedaan op 21 maart 2017.