ECLI:NL:CRVB:2016:1415
Centrale Raad van Beroep
- Tussenuitspraak bestuurlijke lus
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak over de arbeidsongeschiktheid van een werkneemster en de motiveringsplicht van het Uwv
In deze tussenuitspraak van de Centrale Raad van Beroep, gedateerd 20 april 2016, wordt het besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) inzake de arbeidsongeschiktheid van een werkneemster beoordeeld. De werkneemster had zich op 17 september 2012 ziek gemeld na de beëindiging van haar dienstverband per 14 september 2012. Het Uwv had haar met terugwerkende kracht vanaf 17 september 2012 een uitkering op grond van de Ziektewet (ZW) toegekend, maar de appellante betwistte deze datum en stelde dat de werkneemster pas per 20 september 2012 ziek was. De rechtbank Midden-Nederland had het beroep van appellante tegen het besluit van het Uwv ongegrond verklaard, maar in hoger beroep oordeelt de Centrale Raad dat het Uwv niet voldoende heeft gemotiveerd waarom 17 september 2012 als eerste ziektedag is vastgesteld. De Raad benadrukt dat het Uwv bij geschillen over arbeidsongeschiktheid zorgvuldig en inzichtelijk moet motiveren. De Raad draagt het Uwv op om het geconstateerde gebrek in het bestreden besluit binnen 10 weken te herstellen. Deze uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer en is openbaar uitgesproken.