ECLI:NL:CRVB:2015:4828
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- O.L.H.W.I. Korte
- E.C.R. Schut
- J.T.H. Zimmerman
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen terugvordering van bijstandsvoorschotten en vaststelling van aflossingscapaciteit
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland, die op 4 juni 2014 een beslissing heeft genomen over de terugvordering van bijstandsvoorschotten en de vaststelling van de aflossingscapaciteit. Appellant, die een eenmanszaak exploiteerde, had in 2012 een aanvraag ingediend voor bijstandsverlening, welke door het college van burgemeester en wethouders van Almere werd afgewezen op de grond dat zijn bedrijf niet levensvatbaar was. Vervolgens heeft het college in 2012 voorschotten teruggevorderd, wat leidde tot een rechtszaak. De rechtbank heeft het beroep van appellant gegrond verklaard, maar de rechtsgevolgen van het bestreden besluit in stand gelaten. Appellant heeft hoger beroep ingesteld, waarbij hij aanvoert dat het college ten onrechte voorschotten terugvordert van zijn partner en dat de aflossingscapaciteit te laag is vastgesteld. De Centrale Raad van Beroep heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen, evenals de relevante wetgeving, waaronder de Algemene wet bestuursrecht. De Raad oordeelt dat de besluiten van het college, met betrekking tot de terugvordering en de aflossingscapaciteit, in de beoordeling moeten worden betrokken. Uiteindelijk wordt het beroep tegen het besluit van 28 mei 2015 gegrond verklaard en dat besluit vernietigd, terwijl de beroepen tegen de andere besluiten ongegrond worden verklaard. Het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen.