ECLI:NL:CRVB:2015:2724
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- C.H. Bangma
- K.J. Kraan
- M.T. Boerlage
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake aansprakelijkheid van de Minister van Defensie voor schade door PTSS na uitzending in Libanon
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 2 juli 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de aansprakelijkheid van de Minister van Defensie voor schade die betrokkene heeft geleden als gevolg van posttraumatische stressstoornis (PTSS) na zijn uitzending naar Libanon. Betrokkene, die van 27 juli 1983 tot 20 oktober 1983 als militair deelnam aan de UNIFIL-missie, heeft in 2006 de Minister aansprakelijk gesteld voor de gevolgen van PTSS die hij aan deze uitzending toeschrijft. De Minister heeft de aansprakelijkheid afgewezen op grond van verjaring, stellende dat betrokkene al in 1993 bekend was met de schade en de mogelijke aansprakelijke persoon.
De rechtbank heeft in de eerdere uitspraak geoordeeld dat betrokkene niet eerder dan 13 maart 2006 voldoende duidelijkheid had over de oorzaak van zijn klachten om actie te ondernemen. De Centrale Raad van Beroep heeft deze conclusie bevestigd. De Raad oordeelt dat de diagnose PTSS pas in september 2002 is gesteld en dat betrokkene tot dat moment niet met voldoende zekerheid kon vaststellen dat zijn klachten verband hielden met zijn uitzending. De Raad benadrukt dat de verjaringstermijn pas begint te lopen wanneer de benadeelde daadwerkelijk bekend is met zowel de schade als de daarvoor aansprakelijke persoon.
De Raad heeft de Minister in het ongelijk gesteld en bevestigd dat de aansprakelijkstelling van betrokkene tijdig was. De Minister is veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van betrokkene in hoger beroep. De uitspraak is openbaar uitgesproken en de Raad heeft de Minister opgedragen om inhoudelijk te beslissen over de schadevergoeding.