Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- veroordeelt appellant in de proceskosten van betrokkene tot een bedrag van € 980,-;
- bepaalt dat van appellant een griffierecht wordt geheven van € 493,-.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 12 augustus 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de intrekking van een persoonsgebonden budget (pgb) voor het jaar 2012. De appellant, Achmea Zorgkantoor N.V., had het pgb voor 2012 ingetrokken op basis van vermeende onregelmatigheden die betrekking hadden op het jaar 2011. De Raad oordeelde dat de verweten gedragingen van betrokkene, zoals het niet verstrekken van een origineel bankafschrift en een onjuiste mededeling over het ontvangen voorschot, niet konden worden aangemerkt als schending van de verplichtingen die bij de verlening van het pgb voor 2012 aan betrokkene waren opgelegd. De Raad benadrukte dat gedragingen die niet relevant zijn voor de beoordeling van het recht op een pgb niet kunnen leiden tot intrekking van dat budget. De rechtbank had eerder het besluit van Achmea Zorgkantoor N.V. vernietigd, en de Centrale Raad bevestigde deze uitspraak. Tevens werd appellant veroordeeld in de proceskosten van betrokkene, die zijn begroot op € 980,-. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, met R.M. van Male als voorzitter, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.