ECLI:NL:CRVB:2014:4180
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- T.L. de Vries
- H.J. Simon
- E.E.V. Lenos
- Rechtspraak.nl
Verlaging kinderbijslag op grond van de Wet woonlandbeginsel voor kinderen die in Egypte wonen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan op de hoger beroepen tegen een beslissing van de rechtbank Amsterdam. De zaak betreft de verlaging van de kinderbijslag voor een betrokkene die in Nederland woont, terwijl zijn kinderen in Egypte verblijven. De Raad heeft geoordeeld dat de toepassing van het woonlandbeginsel, zoals vastgelegd in de Algemene Kinderbijslagwet (AKW), niet in strijd is met het internationale recht. De wet, die op 1 juli 2012 in werking is getreden, wijzigt de hoogte van de kinderbijslag voor kinderen die in landen met een lager kostenniveau wonen. In dit geval is het percentage voor Egypte vastgesteld op 40% van het in Nederland geldende bedrag aan kinderbijslag. De betrokkene ontving al voor de wijziging kinderbijslag, maar kreeg te maken met een verlaging van de uitkering. De rechtbank had eerder geoordeeld dat er geen sprake was van schending van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) en andere internationale verdragen, maar de Centrale Raad heeft deze uitspraak vernietigd. De Raad concludeert dat het woonlandbeginsel een legitiem doel dient en dat de gekozen middelen passend zijn. De Raad heeft de eerdere uitspraak van de rechtbank vernietigd en het beroep ongegrond verklaard, waarmee de verlaging van de kinderbijslag is bevestigd.