Uitspraak
1.De procedure
- de dagvaarding van 4 september 2024;
- de conclusie van antwoord ex artikel 843a Rv, tevens houdende een incidentele vordering ex artikel 843a Rv, een conclusie van antwoord in conventie en een eis in reconventie in de hoofdzaak;
- de conclusie van antwoord in het incident, tevens houdende een conclusie van repliek in conventie en een conclusie van antwoord in reconventie in de hoofdzaak;
- de conclusie van dupliek in conventie en van repliek in reconventie in de hoofdzaak;
- de conclusie van dupliek in reconventie, tevens akte uitlating producties, in de hoofdzaak.
2.2. De feiten
3.De vordering en het verweer in de hoofdzaak en de incidenten
“(…) [lessee] werd door [tussenpersoon] telefonisch benaderd. De medewerker van [tussenpersoon] stelde voor om een afspraak te maken voor een huisbezoek om de financiële situatie van [lessee] door te nemen met een financieel adviseur van [tussenpersoon] . [lessee] heeft hiermee ingestemd. Vervolgens heeft er een huisbezoek plaatsgevonden. Bij het huisbezoek waren zowel [lessee] als haar beide ouders aanwezig. (…) Tijdens het gesprek heeft de adviseur van [tussenpersoon] (hierna te noemen: ‘adviseur’), geïnformeerd naar de wensen en de financiële situatie van [lessee] . Zo is met de adviseur besproken dat [lessee] op dat moment nog bij haar ouders thuis woonde, dat zij net een baan had en het bijbehorende inkomen, dat zij ook net een auto had gekocht en de verzorging droeg over haar eigen paard. Daarnaast is met de adviseur gesproken over de wens van [lessee] om vermogen op te bouwen ter aanvulling op haar pensioen, omdat zij nog niet zoveel pensioen had opgebouwd. De adviseur gaf aan dat het mogelijk was om dit doel te bereiken en dat hij hier een geschikt product voor wist. (…) De adviseur adviseerde [lessee] om een Capital Effect product van Bank Labouchere af te sluiten met een maandelijkse inleg van ongeveer NLG 200,-. Aan de hand van de hoogte van het inkomen van [lessee] heeft de adviseur de hoogte van de maandelijkse inleg geadviseerd. De adviseur gaf aan dat de aandelenfondsen van het Capital Effect product goede fondsen waren van betrouwbare bedrijven. Volgens de adviseur zou [lessee] op deze wijze aanzienlijk vermogen opbouwen, waardoor [lessee] haar pensioen kon aanvullen. De adviseur heeft aan de hand van rekenvoorbeelden zijn advies verder onderbouwd. (…) De adviseur heeft [lessee] niet geïnformeerd over de specifieke risico’s. Zo heeft hij er niet op gewezen dat met geleend geld werd belegd en dat bij tegenvallende koersontwikkelingen, de inleg geheel verloren kon gaan en er bovendien een schuld kon ontstaan uit hoofde van de effectenleaseovereenkomst. Als [lessee] op deze risico’s gewezen was had zij het Capital Effect nooit afgesloten. (…) [lessee] had geen ervaring met beleggen of kennis van complexe financiële producten en vertrouwde daarom volledig op de deskundigheid van de adviseur en zijn advies. Om deze reden heeft [lessee] het advies van de adviseur opgevolgd. De aanvraag voor het Capital Effect is door de adviseur in orde gemaakt en de uiteindelijke overeenkomst is op een later moment ondertekend. (…) [lessee] heeft, conform het advies van de adviseur, een Capital Effect overeenkomst met een maandelijkse inleg van NLG 197,79 afgesloten. (…)”.
- een kopie van de overeenkomst van 13 november 2000 met contractnummer [contract] , voorzien van het adviseursnummer:
[nummer] - [tussenpersoon] B.V.,
- een kopie van een uittreksel van de KvK van [tussenpersoon] B.V. met als beschrijving van de werkzaamheden
‘Adviesbureau in de financiële dienstverlening’.
€ 135,00